Cutis laxa: Losse huid en afwijkingen aan organen
Bij cutis laxa komt een sterk plooibare en slappe huid voor door een aanzienlijke verzwakking van de subcutis (de onderhuidse bindweefsellaag). Deze aandoening heeft niet alleen invloed op de huid, maar kan ook andere organen aantasten en gaat vaak gepaard met diverse bijkomende symptomen. Cutis laxa kan op verschillende manieren ontstaan, en de manier van overerving varieert; in sommige gevallen kan de aandoening zich ook op latere leeftijd ontwikkelen. De behandeling bestaat meestal uit een combinatie van chirurgie en medicatie. De vooruitzichten voor de patiënt zijn afhankelijk van de getroffen lichaamsdelen. De symptomen kunnen variëren van mild tot levensbedreigend.
Synoniemen cutis laxa
Cutis laxa (CL) is eveneens gekend onder deze synoniemen:
- chalazodermie
- dermatolyse
- dermatolysis
- dermatomegalie
- elastolyse
- elastolysis
Epidemiologie aandoening
Cutis laxa is een zeldzame aandoening. Enkele honderden families wereldwijd kampen met deze afwijking. Naar schatting bedraagt de prevalentie 1 op 1.000.000 mensen wereldwijd. Mannen en vrouwen zijn in gelijke aantallen getroffen. De werkelijke frequentie is mogelijk hoger omdat het diagnosticeren van de ziekte moeilijk is. De aandoening kent tot slot geen raciale of etnische voorliefde.
Oorzaken en erfelijkheid
Genmutatie
Cutis laxa is het gevolg van mutaties (= veranderingen) in het ATP6V0A2-, ATP7a-, EFEMP2-, ELN-, of FBLN5-gen. Door de mutatie ontstaat een tekort aan elastische vezels waardoor het bindweefsel in de huid, de bloedvaten, de longen en andere organen verzwakt. Deze bindweefseldefecten veroorzaken de belangrijkste kenmerken van cutis laxa.
Overerving
Meestal vertoont een patiënt met de ziekte een autosomaal dominant overervingspatroon, waardoor één kopie van het gemuteerde gen reeds voldoende is om de ziekte tot uiting te laten komen. Maar enkele genmutaties hebben eveneens een autosomaal recessief overervingspatroon waardoor beide kopieën van het gemuteerde gen aanwezig moeten zijn opdat de symptomen van de ziekte verschijnen. Ook is een X-gebonden recessieve vorm aanwezig, die dan gekend is als het Occipitale Horn Syndroom. Deze vorm komt enkel bij mannen voor. Elke vorm presenteert zich met andere symptomen.
Verworven
Zeldzame gevallen van cutis laxa zijn verworven. Patiënten ontwikkelen dan de ziekte op latere leeftijd. Dit is dan gerelateerd aan de vernietiging van normale elastische vezels. De oorzaken van verworven cutis laxa zijn onduidelijk, maar de ziekte komt voor als bijwerking van medicijnen die koper uit het lichaam verwijderen, wat gekend is als '
chelatietherapie'.
Symptomen: Losse huid en afwijkingen aan organen
De symptomen van cutis laxa variëren van mild tot ernstig en zijn niet altijd en bij elke patiënt aanwezig.
Huid
De huid is bij cutis laxa niet rekbaar (inelastisch). De huid hangt vaak los, waardoor de armen, de
benen, het
gezicht en de romp en andere lichaamsdelen een hangend uiterlijk hebben. Vooral op de hals en in de
oksels en liezen is de huid zeer gerimpeld. Hierdoor ontwikkelt de patiënt een verouderd uiterlijk.
Organen
Cutis laxa tast ook bindweefsel in andere lichaamsdelen aan, zoals het hart (traag hartritme), de bloedvaten, de gewrichten, de darmen en de longen (
onderontwikkeldelongen). De aandoening leidt tot
hartproblemen en problemen met de belangrijke slagaders. Ook ontstaat soms een
liesbreuk (uitstulping of zwelling in lies of balzak) of navelbreuk. In de wanden van organen zoals de blaas en darmen ontwikkelen zich voorts divertikels (uitstulpingen). Vanaf de kindertijd treedt de
longaandoening longemfyseem op. Hierdoor vertoont de patiënt met
ademhalingsproblemen.
Bijkomende symptomen
Autosomaal recessieve vorm
De autosomaal recessieve vorm van cutis laxa is vaak ernstiger dan de autosomale dominante vorm. Patiënten met cutis laxa met een autosomaal recessief overervingspatroon hebben naast de huidafwijking ook nog progressieve afwijkingen waaronder een vertraagde ontwikkeling, een verstandelijke handicap,
epileptische aanvallen en bewegingsproblemen.
X-gebonden vorm
De X-gebonden vorm van cutis laxa is gekend als het occipitale horn syndroom. Deze vorm van de aandoening is een mild type van het
Menkes-syndroom (neurodegeneratieve aandoening met symptomen aan gezicht, haar en
hersenen), een aandoening waarbij koperstapeling in het lichaam plaatsvindt. Naast de inelastische huid ontstaan wigvormige kalkafzettingen in een bot aan de basis van de schedel (het occipitale bot). De patiënt heeft bovendien grof haar en soepele gewrichten.
Diagnose en onderzoeken
Diagnostisch onderzoek
Een chirurgische verwijdering en microscopisch onderzoek van de getroffen huid (
huidbiopsie) onthult de kenmerkende veranderingen in de elastische vezels. Een genetisch onderzoek bevestigt de diagnose.
Differentiële diagnose
Volgende aandoeningen en syndromen verwart de arts mogelijk met cutis laxa omdat de symptomenreeks gelijkaardig is:
Behandeling: Medicatie en operatie
Zelfzorg
Roken verergert emfyseem door cutis laxa, dus dit vermijdt de patiënt. Zonnebaden is daarnaast niet aanbevolen omdat een overmatige blootstelling aan
zonlicht schade toebrengt aan de huid.
Professionele medische zorg
De arts bekijkt de ernst en uitgebreid van de symptomen van cutis laxa en stemt hierop een geschikte behandeling af. Kinderartsen, chirurgen, dermatologen (
medische term: huidartsen), cardiologen (hartspecialisten), longartsen, neurologen en andere zorgverstrekkers werken hierbij multidisciplinair samen. Een operatie is nodig bij een hernia, skeletmisvormingen of divertikels. Plastische (cosmetische) chirurgie voor de huid verbetert sommige symptomen. Medicatie (
bètablokkers) helpen bij hartproblemen. Daarnaast krijgt de patiënt een regelmatig hart- en longonderzoek zodat de arts tijdig hart en longgerelateerde symptomen opspoort en behandelt.
Prognose en verwachte uitkomsten
De prognose bij cutis laxa varieert afhankelijk van de ernst van de symptomen en de betrokken organen. Sommige patiënten ervaren alleen milde symptomen, terwijl anderen ernstige en mogelijk levensbedreigende complicaties ontwikkelen. Cosmetische chirurgie kan vaak goede resultaten bieden, maar de losse, slappe huid kan regelmatig terugkeren. Aanpassingen in de levensstijl kunnen noodzakelijk zijn om het dagelijks leven met cutis laxa te vergemakkelijken. Dit kan het vermijden van zware lichamelijke activiteiten en het dragen van ondersteunende kleding omvatten om de huid te beschermen en te ondersteunen.
Complicaties van cutis laxa
Cutis laxa kan leiden tot diverse complicaties, afhankelijk van de getroffen organen en systemen:
Huidcomplicaties
De inelastische huid kan leiden tot huidinfecties, door het verhoogde risico op scheuren en wonden. Bovendien kan de constante rek van de huid leiden tot littekens en andere huidproblemen.
Hart- en vaatcomplicaties
De aandoening kan hartproblemen veroorzaken zoals hartfalen of ernstige afwijkingen in de bloedvaten, wat kan resulteren in verhoogde bloeddruk en andere cardiovasculaire aandoeningen.
Longcomplicaties
Bij patiënten met longemfyseem kunnen ernstige ademhalingsproblemen ontstaan, zoals een verminderde longcapaciteit en chronische ademhalingsmoeilijkheden, die een significante impact hebben op de algehele gezondheid en levenskwaliteit.
Maagdarmcomplicaties
Divertikels in de darmen kunnen leiden tot complicaties zoals diverticulitis, waarbij de uitstulpingen ontstoken raken en pijn, koorts en andere symptomen veroorzaken. Dit kan soms leiden tot chirurgische interventie.
Neurologische complicaties
In ernstige gevallen kunnen neurologische problemen ontstaan, zoals epileptische aanvallen of vertraagde ontwikkeling bij de autosomaal recessieve vorm, wat kan leiden tot bijkomende medische uitdagingen en de noodzaak voor gespecialiseerde zorg.
Preventie
Er is momenteel geen specifieke manier om cutis laxa te voorkomen, vooral omdat het vaak genetisch bepaald is. Voor patiënten met een familiaire voorgeschiedenis van de aandoening kan genetisch advies en preconceptietests nuttig zijn om het risico te begrijpen en te beheren.
Beheer van symptomen
Het beheer van cutis laxa omvat regelmatige medische controles en een proactieve benadering van symptomatische behandelingen. Dit kan het aanpassen van de levensstijl, het vermijden van risicovolle activiteiten en het naleven van medische aanbevelingen omvatten.
Ondersteuning en educatie
Het zoeken naar steun bij medische professionals en steungroepen kan patiënten en hun families helpen om effectief met de aandoening om te gaan. Educatie over de ziekte, behandelingsopties en dagelijkse aanpassingen speelt een cruciale rol in het verbeteren van de levenskwaliteit.