Ziekte van von Gierke: Glycogeenstapelingsziekte
De ziekte van von Gierke is een erfelijke aandoening waarbij het lichaam niet in staat is om glycogeen af te breken. Glycogeen is een opslagvorm van glucose, een suiker die wordt opgeslagen in de lever en de spieren. Normaal gesproken wordt glycogeen afgebroken tot glucose om het lichaam van energie te voorzien. Bij mensen met de ziekte van von Gierke is dit proces verstoord, wat leidt tot een ernstige lage bloedsuikerspiegel, epileptische aanvallen, een korte gestalte en snelle bloedingen. De behandeling bestaat voornamelijk uit een aangepaste voeding en medicatie. De vooruitzichten voor patiënten met deze aandoening zijn doorgaans goed. De ziekte werd voor het eerst beschreven in 1929 door de Duitse patholoog E. von Gierke (1877–1945).
Synoniemen van de ziekte van von Gierke
De ziekte van von Gierke staat ook bekend onder de volgende synoniemen:
- glucose-6-phosphatase deficiëntie
- niet-lysosomale hepatorenale glycogenose t.g.v. glucose-6-fosfatase deficiëntie
- type glycogenose I
- type I glycogeenstapelingsziekte (GSD I)
- von Gierke syndroom
- ziekte van von Gierke-van Creveld
De afkorting "GSDI" wordt vaak gebruikt voor deze ziekte.
Epidemiologie van glycogeenstapelingsziekte
Type I glycogeenstapelingsziekte komt voor bij ongeveer 1 op 100.000 levendgeborenen. De prevalentie van GSDI is vijf keer hoger dan in de algemene bevolking. Deze aandoening treft mannen en vrouwen in gelijke aantallen.
Oorzaken van de erfelijke aandoening
De ziekte van von Gierke wordt veroorzaakt door een defect in het enzym glucose-6-fosfatase, dat essentieel is voor de afbraak van glycogeen tot glucose. Door het ontbreken van dit enzym stapelt glycogeen zich op in de lever en de nieren, wat leidt tot een ernstige lage bloedsuikerspiegel. De ziekte volgt een autosomaal recessief overervingspatroon. Dit betekent dat een kind de ziekte alleen ontwikkelt als beide ouders drager zijn van een niet-werkende kopie van het gen. De kans dat een kind deze ziekte ontwikkelt, is 25% als beide ouders drager zijn.
Aandoeningen gepaard met de ziekte van von Gierke
Patiënten met de ziekte van von Gierke die geen behandeling hebben ontvangen, kunnen last krijgen van de volgende aandoeningen:
Symptomen van de ziekte van von Gierke
De symptomen van de ziekte van von Gierke worden meestal zichtbaar bij kinderen tussen de drie en vier maanden oud. Wanneer de symptomen later optreden, is de ziekte vaak minder ernstig. Meestal presenteren de patiënten zich met symptomen van
hypoglykemie (verlaagde bloedsuikerspiegel). Een chronisch lage bloedsuikerspiegel kan leiden tot vertraagde groei en ontwikkeling, spierzwakte en andere complicaties.
De symptomen van de ziekte van von Gierke omvatten:
Diagnose en onderzoeken
Lichamelijk onderzoek
Tijdens het lichamelijk onderzoek kan de arts vergrote lever (
hepatomegalie) en vergrote nieren (nefromegalie) vaststellen. Zuigelingen kunnen ook zwakke spierspanning (
hypotonie) vertonen. Andere tekenen zijn xanthomen (vette
huidgezwellen) op de billen en strekspieren door hoge lipidenconcentraties. Acute symptomen van jicht,
hypertensie (hoge bloeddruk), nierfalen en een
kort gestalte kunnen ook aanwezig zijn. Het gezicht van patiënten met de ziekte vertoont vaak een popachtig uiterlijk met dikke wangen, relatief dunne ledematen, een kort gestalte en een opgezette buik. Meestal wordt de diagnose gesteld vóór de leeftijd van één jaar.
Diagnostisch onderzoek
Diagnostische tests kunnen omvatten:
- een lever- of nierbiopsie genetisch onderzoek bloedonderzoek om de bloedsuikerspiegel en andere chemische afwijkingen te controleren
- volledig bloedonderzoek waarbij verhoogde concentraties van lactaat (metabole acidose), urinezuur en lipiden worden aangetoond
Differentiële diagnose
De diagnose van de ziekte van von Gierke kan moeilijk zijn omdat de symptomen vergelijkbaar zijn met andere aandoeningen. Mogelijke aandoeningen waarmee het verward kan worden zijn:
- een alcoholische vette lever
- een glucagonoom (tumor van het pancreas met teveel glucagon in het bloed)
- een primair hepatisch carcinoom (kanker op huid, in slijmvliezen en in organen)
- fructose-intolerantie
- glucose-intolerantie
- het hemolytisch-uremisch syndroom (uremie)
- hypoglykemie
- type II glycogeenstapelingsziekte (ziekte van Pompe)
- type III glycogeenstapelingsziekte
- type IV glycogeenstapelingsziekte
- type V glycogeenstapelingsziekte
- type VI glycogeenstapelingsziekte
- type VII glycogeenstapelingsziekte
- ziekte van Andersen
Behandeling via medicijnen en aangepaste voeding
Het doel van de behandeling is om hypoglykemie te voorkomen door het handhaven van stabiele bloedsuikerspiegels. Behandelmethoden omvatten:
- Regelmatige inname van koolhydraatrijke voedingsmiddelen gedurende de dag
- Oudere kinderen en volwassenen nemen vaak maïszetmeel om de koolhydraatinname te verhogen
- Bij sommige kinderen wordt een neussonde geplaatst voor nachtelijke toediening van suikers of ongekookte maïzena, die dagelijks wordt verwijderd
- Medicijnen om urinezuur in het bloed te verlagen, het risico op jicht te verminderen, nierziekten te behandelen en hoge lipiden te verlagen
- Vermijden van voedingsmiddelen met melksuiker en fruit, die moeilijk af te breken zijn
Prognose van de ziekte van von Gierke
De vooruitzichten voor patiënten met de ziekte van von Gierke zijn doorgaans goed, vooral met een vroege en effectieve behandeling. Vroege behandeling kan de ontwikkeling van ernstige complicaties zoals jicht, levensbedreigende hypoglykemie, levertumoren en nierfalen aanzienlijk verminderen en de kwaliteit van leven verbeteren.
Complicaties van de ziekte van von Gierke
Mogelijke complicaties van de ziekte van von Gierke zijn:
- frequente infecties kleine gestalte epileptische aanvallen, lethargie (slaapzucht) en verwardheid door lage bloedsuikerspiegel jicht levertumoren nierfalen onderontwikkelde secundaire geslachtskenmerken osteoporose (dunnere botten) zweren in de mond of darmen