Ureterocele: Zwelling aan onderkant van de urineleider
Ureters (urineleiders) zijn de buizen die urine van de nieren naar de blaas transporteren. Een zwelling in dit gebied kan de urinestroom blokkeren. Een ureterocele is een aangeboren aandoening waarbij een zwelling ontstaat aan de onderkant van één van de urineleiders. De klinische presentatie varieert, aangezien sommige patiënten geen klachten ervaren, terwijl anderen last hebben van urine-incontinentie en buikpijn. Een operatie verhelpt de klachten bij de meeste patiënten, maar soms kan er permanente schade aan de nier ontstaan.
Epidemiologie van ureterocele
Een ureterocele komt voor bij ongeveer 1 op de 500 tot 1.000 levend geborenen. Deze aandoening komt zowel in de linker- als in de rechterurineleider voor en gebeurt aan beide kanten even vaak. Meisjes zijn vier tot zeven keer vaker aangetast dan jongens.
Oorzaken van zwelling aan de onderkant van de urineleider
Een ureterocele komt voor in het onderste gedeelte van de ureter, het gedeelte waar de buis de blaas binnenkomt. Door de zwelling kan de urine zich niet vrij in de blaas bewegen. De urine verzamelt zich dan in de urineleider en strekt zich uit over de wanden, waardoor de ureterocele zich uitzet zoals een waterballon. Een ureterocele kan er ook voor zorgen dat urine achterwaarts van de blaas naar de nier stroomt, wat bekend staat als ‘
vesicoureterale reflux’. De precieze oorzaak van deze aandoening is anno september 2024 nog onbekend.
Risicofactoren
Er zijn geen specifiek aangetoonde risicofactoren voor het ontwikkelen van een ureterocele. Het wordt echter vaker gezien bij meisjes, wat mogelijk te maken heeft met aangeboren afwijkingen in de ontwikkeling van de urineleiders. Genetische factoren kunnen ook een rol spelen.
Symptomen: Problemen met plassen en urine
De meeste patiënten met een ureterocele hebben geen symptomen. Wanneer symptomen zich voordoen, kunnen de volgende tekenen aanwezig zijn:
Alarmsymptomen
Alarmsymptomen van een ureterocele kunnen ernstige buikpijn, flankpijn, koorts, urine-incontinentie en ernstige rugpijn zijn. Bij deze symptomen is het belangrijk om onmiddellijk medische hulp te zoeken om complicaties te voorkomen.
Diagnose en onderzoeken
Grote ureteroceles worden vaak sneller gediagnosticeerd dan kleinere. Deze aandoening kan worden ontdekt tijdens een
zwangerschapsechografie, nog voordat de
baby ter wereld komt. Tijdens de echografie kan hydronefrose (
waternier: verstopping van urine met
pijn) worden opgemerkt. Bij sommige patiënten worden ureteroceles pas later in het leven ontdekt, bijvoorbeeld wanneer zij lijden aan
nierstenen of infecties waarvoor verder onderzoek nodig is. Een urineanalyse kan bloed in de urine of tekenen van een urineweginfectie onthullen. Hoge bloeddruk kan ook optreden bij nierschade.
De volgende testen kunnen worden uitgevoerd:
Behandeling via operatie
De arts schrijft vaak
antibiotica voor om verdere infecties te voorkomen totdat de patiënt een operatie kan ondergaan. Het doel van de behandeling is om de blokkade te verhelpen. Het plaatsen van
stents in de ureter of in het niergebied kan tijdelijk verlichting bieden van de symptomen. Een operatie is echter noodzakelijk om de aandoening te genezen. Tijdens de operatie kan de chirurg de ureterocele insnijden of verwijderen en de ureter opnieuw aan de blaas bevestigen. Het type operatie hangt af van de leeftijd, algehele gezondheid en de omvang van de blokkade.
Prognose van de aandoening
De prognose varieert. De schade kan tijdelijk zijn als de arts erin slaagt de blokkade te herstellen. Wanneer echter permanente schade aan de nier is ontstaan, kan dit blijvend zijn.
Nierfalen is zeldzaam, en de andere nier functioneert meestal normaal.
Complicaties aan de nier
Mogelijke complicaties van een ureterocele zijn langdurige blaasbeschadiging (zoals incontinentie of urineretentie),
chronische nierziekte (inclusief functieverlies in één nier) en terugkerende urineweginfecties. Er is ook een klein risico op het ontwikkelen van nierstenen.
Preventie
Hoewel het niet altijd mogelijk is om ureteroceles te voorkomen, kunnen bepaalde maatregelen helpen om het risico te verlagen:
- regelmatige gynaecologische controles en echografieën tijdens de zwangerschap
- het tijdig behandelen van symptomen die kunnen wijzen op een ureterocele
- bewaking van niergezondheid bij risicopatiënten