Ziekte van Canavan: Schade aan zenuwcellen in hersenen
De ziekte van Canavan is een zeldzame erfelijke aandoening waarbij schade ontstaat aan de zenuwcellen (neuronen) in de hersenen door een genetische verandering. Hierdoor ontstaan diverse klachten bij baby’s, die moeilijk de ontwikkelingsmijlpalen behalen. Enkele symptomen zijn onder meer voedingsproblemen, prikkelbaarheid en een verstandelijke beperking. Er zijn milde, matige en ernstige vormen van de aandoening bekend. Baby’s die ter wereld zijn gekomen met de ernstige vorm, hebben een verkorte levensduur terwijl de prognose van kinderen met de milde vorm meestal goed is.
Synoniemen van ziekte van Canavan
Andere benamingen voor de ziekte van Canavan zijn:
- ACY2-tekort
- aminoacylase 2-deficiëntie
- aspartoacylasasedeficiëntie
- Aspa-tekort
- ASPA-tekort
- Canavan's leukodystrofie
- Canavan-Van Bogaert-Bertrand-ziekte
- sponzige degeneratie van het centrale zenuwstelsel
- Van Bogaert-Bertrandsyndroom
Epidemiologie
Hoewel deze
neurologische aandoening optreedt bij patiënten van alle etnische achtergronden, komt de ziekte van Canavan het meest voor bij patiënten van het joodse bevolking van de Ashkenazi (Oost- en Midden-Europees). Deze aandoening treft 1 op 6.400 tot 13.500 mensen in de Ashkenazische Joodse bevolking. De incidentie bij andere populaties is onbekend anno oktober 2020.
Oorzaken: Schade aan zenuwcellen in hersenen
Deze ziekte behoort tot de leukodystrofieën. Dit zijn erfelijke aandoeningen waarbij de groei of het onderhoud van de myelineschde (de omhulling die de zenuwen beschermt en de efficiënte overdracht van zenuwimpulsen bevordert) verstoord is. Mutaties (wijzigingen) in het ASPA-gen veroorzaken de ziekte van Canavan. Het ASPA-gen codeert voor het maken van het enzym aspartoacylase. Dit enzym breekt normaal gesproken de verbinding N-acetyl-L-asparaginezuur (NAA) af, die voornamelijk aanwezig is in neuronen (zenuwcellen) in de
hersenen. De functie van NAA is onduidelijk anno oktober 2020. Mutaties in het ASPA-gen verminderen de functie van aspartoacylase, wat de normale afbraak van NAA voorkomt. Door het ontbrekend enzym aspartoacylase ontstaat een opeenhoping van materiaal (N-acetylasparaginezuur) in de hersenen. Hierdoor breekt de witte massa van de hersenen af.
Risicofactoren
De belangrijkste risicofactor voor de ziekte van Canavan is het zijn van een drager van een mutatie in het ASPA-gen. Het is een autosomaal recessieve aandoening, wat betekent dat beide ouders drager moeten zijn van de mutatie voor een kind om de ziekte te ontwikkelen. Het komt vaker voor bij bepaalde etnische groepen, zoals Ashkenazi Joden.
Symptomen
Neonatale/infantiele (ernstige) vorm
De neonatale/infantiele vorm van de ziekte van Canavan is de meest voorkomende en meest ernstige vorm van de aandoening. De aangetaste zuigelingen lijken normaal in de eerste paar maanden van het leven, maar op de leeftijd van drie tot vijf maanden bemerken de ouders problemen met de ontwikkeling. Deze baby’s ontwikkelen meestal geen motorische vaardigheden zoals omkeren, het regelen van de bewegingen van het hoofd en zitten zonder ondersteuning. Andere veel voorkomende kenmerken van deze aandoening zijn zwakke spierspanning (hypotonie), een
ongewoon grote hoofdomtrek (macrocefalie) en prikkelbaarheid. Ook voedings- en slikproblemen,
toevallen en
slaapstoornissen komen mogelijk tot uiting.
Milde/juveniele vorm
De milde/juveniele vorm van de ziekte van Canavan komt minder vaak voor. De getroffen patiënten hebben een licht vertraagde ontwikkeling van spraak en motoriek. Deze vertragingen zijn soms zo minimaal en niet-specifiek dat de arts deze niet altijd toewijst aan de ziekte van Canavan.
Andere bekende symptomen van de aandoening zijn onder meer:
- apathie
- een abnormale houding met gebogen armen en rechte benen
- een ernstige verstandelijke beperking
- een gebrek aan hoofdcontrole wanneer de baby vanuit een liggende naar een zittende positie wordt geplaatst
- een slechte spierspanning, vooral van de nekspieren
- een vergroting van de hoofdomtrek
- epileptische aanvallen
- prikkelbaarheid
- reflux met braken
- slecht volgen van visuele bewegingen of blindheid
- slikproblemen
- voedingsproblemen
- voedseldeeltjes stromen terug in de neus
Alarmsymptomen
Alarmsymptomen van de ziekte van Canavan beginnen meestal in de vroege kindertijd en omvatten vertraagde motorische ontwikkeling, spasticiteit, en een verminderde spiertonus. Kinderen met deze aandoening kunnen ook last hebben van mentale achterstand en problemen met de coördinatie.
Diagnose en onderzoeken
Voor de geboorte
De arts stelt de diagnose voordat de baby ter wereld komt door middel van een vruchtwaterpunctie waarbij hij het vruchtwater test. Het vruchtwater is de vloeistof die de
baarmoeder omringt.
Na de geboorte
Wanneer de baby ter wereld is gekomen, onthult een fysiek onderzoek overdreven reflexen, gewrichtsstijfheid en een verlies van weefsel in de oogzenuw van het oog. Een uitgebreid bloedonderzoek, een genetisch onderzoek, een CT-scan en MRI-scan van het hoofd, een urineonderzoek en een DNA-analyse zijn mogelijke onderzoeken voor patiënten met de ziekte van Canavan.
Behandeling
Er is geen genezende behandeling voor de ziekte van Canavan. Behandeling richt zich op het verlichten van symptomen en het verbeteren van de levenskwaliteit door middel van fysiotherapie, ergotherapie, en ondersteunende zorg. Het management van de ziekte is vaak multidisciplinair.
Prognose
De prognose voor de ziekte van Canavan is meestal somber, aangezien de ziekte progressief is en vaak leidt tot ernstige beperkingen in motorische en cognitieve functies. De levensverwachting kan variëren, maar de meeste patiënten hebben een aanzienlijk verminderd levensduur en levenskwaliteit.
Complicaties
Deze aandoening leidt mogelijk tot ernstige beperkingen, zoals:
Preventie van erfelijke aandoening
Preventie van de ziekte van Canavan kan worden bereikt door genetische expertise en screening, vooral voor paren met een familiegeschiedenis van de aandoening of voor etnische groepen met een hogere frequentie van dragerschap. Prenatale tests kunnen ook helpen bij het identificeren van de ziekte bij ongeboren kinderen.