Teenlopen: Behandeling van op de tenen lopen bij kinderen

- Mechanisme
- Neurologische oorzaken van teenlopen
- Verhoogde spierspanning (spasticiteit)
- Biomechanische afwijkingen
- Aandoeningen van de voeten en enkels
- Oorzaken van teenlopen bij kinderen
- Bekende oorzaken
- Onbekende oorzaken
- Risicofactoren
- Neurologische aandoeningen
- Verlies van spierkracht of balans
- Hereditaire factoren en spierziekten
- Zwangere vrouwen en toegenomen lichaamsgewicht
- Risicogroepen
- Kinderen met neurologische aandoeningen
- Ouderen met mobiliteitsproblemen
- Patiënten na een beroerte of hersenletsel
- Atleten met overbelasting of blessures aan de voeten
- Symptomen
- Alarmsymptomen
- Onvermogen om de voeten volledig op de grond te plaatsen
- Verlies van balans of frequent vallen
- Pijn in de benen of voeten
- Beperkingen in de bewegingsvrijheid
- Diagnose en onderzoeken
- Behandeling
- Brace of spalk
- Serieel gipsen
- Botoxtherapie
- Chirurgie
- Fysiotherapie
- Prognose
- Herstel met therapie bij neurologische aandoeningen
- Behandeling van spasticiteit
- Prognose bij tijdelijke oorzaken
- Complicaties
- Preventie van op de tenen lopen
- Fysiotherapie voor het verbeteren van de mobiliteit
- Gebruik van ondersteunende schoenen en orthesen
- Behandeling van onderliggende aandoeningen
- Praktische tips voor het omgaan met teenlopen
- Oefeningen voor de voeten en kuiten
- Gebruik van orthopedische inlegzolen
- Raadpleeg een specialist
- Misvattingen rond teenlopen
- Teenlopen is altijd een teken van een neurologisch probleem
- Teenlopen veroorzaakt blijvende skeletafwijkingen
- Alleen kinderen lopen op hun tenen
- Teenlopen heeft geen invloed op andere lichaamsdelen
- Als een kind op zijn tenen loopt, moet het altijd behandeld worden
- Teenlopen wordt altijd veroorzaakt door een onderliggend orthopedisch probleem
- Teenlopen kan alleen met chirurgie worden behandeld
Mechanisme
Teenlopen is een gangpatroon waarbij een persoon zijn of haar tenen gebruikt om vooruit te komen, in plaats van de normale manier van lopen waarbij de volledige voetcontact maakt met de grond. Dit mechanisme wordt vaak geassocieerd met verschillende neurologische, musculaire of orthopedische aandoeningen die de beweging en de coördinatie beïnvloeden. Het is een onnatuurlijke manier van bewegen die kan optreden als gevolg van motorische stoornissen of fysiologische disfunctie.Neurologische oorzaken van teenlopen
Een van de belangrijkste oorzaken van teenlopen is neurologische schade, zoals bij aandoeningen die het centrale zenuwstelsel beïnvloeden. Ziekten zoals cerebrale parese kunnen leiden tot verstoorde motorische controle, waardoor patiënten onbewust op hun tenen gaan lopen. Dit wordt vaak veroorzaakt door een verstoorde spierspanning en een gebrek aan coördinatie tussen de zenuwen en spieren die de bewegingen aansteken.Verhoogde spierspanning (spasticiteit)
Spasticiteit is een aandoening waarbij de spieren te strak of te gespannen blijven, wat kan resulteren in een beperkte beweeglijkheid van de gewrichten. Bij teenlopen kan verhoogde spierspanning in de kuit- of kuitspieren ervoor zorgen dat de voeten niet volledig op de grond komen, waardoor patiënten op hun tenen blijven staan of lopen. Dit komt vaak voor bij aandoeningen zoals cerebrale parese of na een beroerte.Biomechanische afwijkingen
Teenlopen kan ook het gevolg zijn van een biomechanische afwijking, zoals een te korte Achillespees, voetafwijkingen zoals een platvoeten of door de beperkte flexibiliteit van de enkel. Dit kan leiden tot een ongemakkelijke of inefficiënte manier van lopen, waarbij de patiënt zich meer op de tenen concentreert om het evenwicht te bewaren of te corrigeren.Aandoeningen van de voeten en enkels
In sommige gevallen kan de oorzaak van teenlopen liggen in een aandoening van de voeten of enkels, zoals hallux rigidus of een peesontsteking. Deze aandoeningen kunnen het moeilijk maken om de voet volledig op de grond te plaatsen, waardoor de patiënt geneigd is om over te stappen naar een teenlopend gangpatroon.Oorzaken van teenlopen bij kinderen
Bekende oorzaken
Op de tenen lopen kan het gevolg zijn van verschillende bekende factoren, zoals:- Een aangeboren korte achillespees
- Een paralytische spierziekte, zoals Duchenne spierdystrofie
- Een ruggenmergaandoening
- Spasticiteit, vooral wanneer deze geassocieerd is met hersenverlamming
Hoewel kinderen met autismegerelateerde aandoeningen vaker op hun tenen lopen dan kinderen met een normale ontwikkeling, is er geen direct causaal verband tussen deze aandoeningen.
Onbekende oorzaken
In de meeste gevallen is het op de tenen lopen idiopathisch; de oorzaak is dan onbekend. Kinderen lopen dan op beide voeten op de tenen zonder dat er sprake is van orthopedische of neurologische problemen. Deze kinderen kunnen soms vrijwillig met een normaal hiel-teenpatroon lopen, maar geven de voorkeur aan een teen-teenpatroon. Om als idiopathisch te worden beschouwd, moet de medische geschiedenis van het kind vrij zijn van neurologische, orthopedische of neuropsychiatrische aandoeningen, waaronder andere loopafwijkingen.Risicofactoren
Er zijn verschillende risicofactoren die de kans op het ontwikkelen van teenlopen vergroten. Deze kunnen genetisch, omgevingsgerelateerd of het gevolg zijn van bestaande medische aandoeningen.Neurologische aandoeningen
Patiënten met neurologische aandoeningen zoals cerebrale parese, spierziekten, of een beroerte hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van teenlopen. Deze aandoeningen beïnvloeden de controle over spierbewegingen en de coördinatie van de gang, wat leidt tot onbewuste bewegingen zoals lopen op de tenen.Verlies van spierkracht of balans
Een vermindering van spierkracht of een verstoorde balans kan de stabiliteit tijdens het lopen beïnvloeden. Dit kan vaak voorkomen bij aandoeningen zoals Multiple Sclerose (MS) of bij patiënten die herstellende zijn van een blessure of operatie aan de benen of enkels. De verminderde stabiliteit kan ervoor zorgen dat patiënten instinctief op hun tenen gaan lopen om het evenwicht te bewaren.Hereditaire factoren en spierziekten
Genetische aandoeningen die de spieren of het zenuwstelsel beïnvloeden, zoals spierdystrofie, kunnen leiden tot een gangpatroon waarbij de patiënt regelmatig op de tenen loopt. Aandoeningen die de normale spierfunctie of het zenuwstelsel verstoren, verhogen de kans op het ontwikkelen van een afwijkend looppatroon.Zwangere vrouwen en toegenomen lichaamsgewicht
In sommige gevallen kan de toename van het lichaamsgewicht of de hormonale veranderingen tijdens de zwangerschap de stabiliteit van de voeten en enkels beïnvloeden. Dit kan, hoewel tijdelijk, bijdragen aan het ontwikkelen van een gangpatroon waarbij vrouwen op hun tenen lopen.Risicogroepen
Bepaalde groepen patiënten lopen meer kans op het ontwikkelen van teenlopen, afhankelijk van medische aandoeningen, genetische factoren of andere risicofactoren.Kinderen met neurologische aandoeningen
Kinderen die gediagnosticeerd zijn met aandoeningen zoals cerebrale parese lopen een verhoogd risico op teenlopen. Deze aandoeningen belemmeren de ontwikkeling van normale motorische vaardigheden, waardoor kinderen vaak met hun tenen lopen.Ouderen met mobiliteitsproblemen
Ouderen die last hebben van mobiliteitsproblemen, zoals spierzwakte of gewrichtspijn, kunnen de neiging hebben om op hun tenen te lopen. Dit kan veroorzaakt worden door een gebrek aan kracht in de benen of door pijn die hen belemmert om de volledige voet op de grond te plaatsen.Patiënten na een beroerte of hersenletsel
Mensen die herstellen van een beroerte of hersenletsel hebben vaak neurologische schade die hun motorische controle beïnvloedt. Dit kan leiden tot een onregelmatige gang, waaronder het lopen op de tenen, als gevolg van verstoorde zenuwimpulsen naar de spieren van de benen en voeten.Atleten met overbelasting of blessures aan de voeten
Atleten of mensen die regelmatig fysiek intensieve activiteiten uitvoeren, kunnen door overbelasting of blessures, zoals een verkrampte kuitspier, de neiging ontwikkelen om op hun tenen te lopen. Dit kan optreden als een manier om de belasting op een pijnlijke of zwakke voet te verminderen.Symptomen
De meeste jonge kinderen die op hun tenen lopen, kunnen op platte voeten lopen wanneer daarom wordt gevraagd. Oudere kinderen die doorgaan met teenlopen (meestal kinderen ouder dan vijf jaar) kunnen echter moeite hebben om met hun hielen naar beneden te lopen. Deze kinderen ervaren mogelijk problemen met het dragen van schoenen of met deelname aan bepaalde sport- of recreatieve activiteiten zoals rolschaatsen of schaatsen. Sommige kinderen met teenlopen hebben geen specifieke klachten, maar ouders maken zich vaak zorgen over de impact van hun looppatroon op de toekomstige functie als tieners en volwassenen.Alarmsymptomen
Teenlopen kan wijzen op onderliggende aandoeningen die mogelijk medische aandacht vereisen. Het is belangrijk om de symptomen die met teenlopen gepaard gaan te herkennen, zodat een juiste diagnose kan worden gesteld.Onvermogen om de voeten volledig op de grond te plaatsen
Een duidelijk alarmsymptoom van teenlopen is het onvermogen om de voeten volledig op de grond te plaatsen, wat resulteert in het lopen op de tenen. Dit kan worden veroorzaakt door spierspanning, zenuwbeschadiging of gewrichtsproblemen.Verlies van balans of frequent vallen
Patiënten die niet in staat zijn om hun voeten goed neer te zetten, kunnen ook verlies van balans ervaren en vaak vallen. Dit kan het gevolg zijn van een verstoorde proprioceptie of zwakte in de spieren van de benen en voeten.Pijn in de benen of voeten
Patiënten die teenlopen kunnen ook pijn ervaren in de voeten of kuiten door de onnatuurlijke belasting van de spieren. Pijn kan worden veroorzaakt door spasticiteit, ontstekingen of overbelasting van de voet- of beenspieren.Beperkingen in de bewegingsvrijheid
Teenlopen kan de beweeglijkheid van de benen en enkels beperken. Dit kan leiden tot een stijf gevoel in de benen, vooral na langere periodes van lopen of staan. Dit symptoom kan wijzen op onderliggende problemen zoals een korte Achillespees of spasticiteit.Diagnose en onderzoeken
VraaggesprekDe arts zal verschillende vragen stellen aan de ouders, zoals:
- Hoe oud was het kind toen het ontwikkelingsmijlpalen bereikte, zoals glimlachen, zitten en lopen?
- Is er een familiegeschiedenis van teenlopen?
- Kan het kind, indien gevraagd, op platte voeten lopen?
- Klaagt het kind over voet- of beenpijn, zwakte in de benen of moeite om kinderen van dezelfde leeftijd bij te houden?
- Treedt het teenlopen aan één voet of beide voeten op? (Wanneer dit aan één kant gebeurt, kan dit wijzen op een neurologisch probleem)
- Wanneer begon het teenlopen? (Is het bijvoorbeeld begonnen toen het kind zelfstandig begon te lopen of nadat het al even had gelopen?)
- Welk percentage van de tijd wordt besteed aan het teenlopen?
- Waren er zwangerschapscomplicaties of werd het kind te vroeg geboren?
Lichamelijk onderzoek
De arts zal doorgaans het volgende doen:
- Vragen of het kind met beide voeten op de tenen kan lopen.
- Het bewegingsbereik van de voeten, heupen en knieën testen.
- Controleren op voetafwijkingen of verschillen tussen de voeten.
- Een mogelijk verschil in beenlengte en de grootte van de dijen en kuiten beoordelen.
- Zoeken naar huidafwijkingen in de onderste ledematen en de lage rug.
- Een basis neurologisch onderzoek uitvoeren.