Prostaatkanker (prostaatcarcinoom): symptomen en behandeling
Prostaatkanker is kanker die optreedt in de prostaat. De prostaat of voorstanderklier is een kleine walnootvormige klier bij mannen die de zaadvloeistof produceert die sperma voedt en transporteert. Prostaatkanker is een van de meest voorkomende vormen van kanker. In Nederland krijgen jaarlijks ongeveer 12.000 mannen prostaatkanker. Het is ten onzent, maar ook wereldwijd, de tweede meest dodelijke kanker. In het beginstadium van prostaatkanker hebben de meeste mannen nog weinig tot geen klachten of symptomen. Sommige mannen ervaren problemen bij het plassen, zoals vaak/veel plassen, moeite met plassen, pijn en een branderig gevoel bij het plassen, nadruppelen en/of een zwakke of onderbroken straal en/of het gevoel dat de blaas na plassen niet leeg is. Welke behandeling voor prostaatkanker het beste is, is afhankelijk van verschillende factoren.
Wat is prostaatkanker?
Stel je voor: het is zaterdagochtend. Jan, 58 jaar, zit in zijn favoriete stoel met een kop koffie. Maar vandaag voelt anders. Hij heeft de laatste tijd vaker een vreemde, zeurende pijn in zijn onderrug, alsof er een onzichtbare hand op drukt. En dat plassen? Een ramp. Het duurt eeuwen voordat er iets komt, en dan voelt het nog niet alsof de tank echt leeg is. Hij denkt: "Ach joh, gewoon ouderdom, hoort erbij." Tot zijn vrouw hem een strenge blik geeft en hem bijna letterlijk naar de huisarts duwt. Wat blijkt? Prostaatknaker. Jan had er nog nooit van gehoord, en eerlijk, hij is niet de enige.
Oké, laten we het simpel houden. Prostaatknaker is één van de meest voorkomende kankersoorten bij mannen, vooral boven de 50. Het zit ‘m allemaal in dat kleine, kastanjegrote orgaan vlak onder je blaas. Kanker in de prostaat kan langzaam groeien en jarenlang bijna onzichtbaar blijven. Maar het kan ook agressief zijn en zich snel verspreiden. En dat is precies waarom mannen zoals Jan, die symptomen negeren, een wake-up call nodig hebben.
De signalen zijn niet altijd even duidelijk. Soms is het alsof je blaas je beste vriend wil worden: je moet constant naar de wc, maar het voelt alsof je nooit helemaal klaar bent. Rugpijn of pijn in je bekken kan ook een teken zijn. En als je ineens bloed ziet tijdens het plassen? Dat is sowieso een reden om meteen in actie te komen. Maar weet je wat het lastig maakt? Deze symptomen kunnen ook bij andere dingen horen, zoals een goedaardige vergroting van de prostaat. Daarom: checken, niet gokken.
De prostaat
De
prostaat is een klier die alleen in het mannelijke lichaam voorkomt. De
prostaat bestaat uit klierbuisjes die prostaatvocht produceren. Bij een zaadlozing worden de zaadcellen met het prostaatvocht getransporteerd naar buiten via de plasbuis. Dit vocht houdt de zaadjes in leven tijdens hun tocht in de
vagina.
De prostaat heeft de vorm van en is ongeveer zo groot als een kastanje. Hij bevindt zich onder de blaas, grenst aan de endeldarm en ligt rond het begin van de urethra (de plasbuis). De prostaat kan vrij eenvoudig rectaal onderzocht worden; de arts brengt in dat geval de vinger in de aars en onderzoekt de prostaat op onregelmatigheden (zie afbeelding).
Wat is kanker?
Vorming van een tumor
Het menselijke lichaam is opgebouwd uit miljarden cellen. Er vindt doorlopend celverlies en celaanmaak plaats. Celaanmaak vindt plaats door celdeling. Door dit proces worden verouderde en beschadigde cellen vervangen door nieuwe. Normaalgesproken bestaat er een evenwicht tussen celaanmaak en celverlies. Dit evenwicht kan verstoord worden door toeval (er kan wel eens wat misgaan in de celdeling) of door externe invloeden als roken of overmatige blootstelling aan zonnestralen/UV-stralen. Bij een verstoring worden er meer cellen gevormd dan verloren gaan, met als gevolg dat er een gezwel of tumor ontstaat.
Goedaardige en kwaadaardige tumoren
Een tumor of gezwel kan goed- of kwaadaardig zijn. Men spreekt alleen bij kwaadaardige tumoren van kanker. Niet alle vormen van kanker doen zich voor als een tastbaar gezwel, denk bijvoorbeeld aan bloedkanker of leukemie. Tussen goedaardige en kwaadaardige gezwellen bestaan duidelijk van elkaar te onderscheiden verschillen. De groeiwijze van een kwaadaardig gezwel is infiltratief, dat wil zeggen dat de tumorcellen penetreren (binnendringen) buiten het weefselgebied waarin ze zijn ontstaan: ze penetreren in andere weefsels en organen en gaan daar ook groeien. Kankercellen kunnen ook via de bloedbaan of lymfeklieren naar andere plaatsen in het lichaam overgebracht worden en daar verder groeien. Dit heeft uitzaaiing of metastase. De groeisnelheid van een kwaadaardig gezwel is hoog ten opzichte van een goedaardig gezwel. Een goedaardig gezwel is niet infiltratief en penetreert geen ander weefsel. Ook verspreidt het zich niet door het lichaam. Een voorbeeld van een goedaardig gezwel is een wrat.
Vóórkomen
In Nederland krijgen jaarlijks grofweg 12.000 mannen prostaatkanker. Van hen
sterven er iets meer dan 4.000 aan de ziekte. Het is in Nederland, maar ook wereldwijd, de tweede meest dodelijke
kanker.
Wie krijgt het eigenlijk?
Prostaatcarcinoom is écht een mannenzaak. Logisch, want alleen mannen hebben een prostaat. Maar wist je dat de kans om het te krijgen sterk afhangt van je leeftijd? Het begint meestal pas op te spelen bij mannen boven de 50. Het risico schiet daarna flink omhoog: tegen de tijd dat je 80 bent, heeft bijna één op de acht mannen er last van. Onder de 40? Bijna nooit, hooguit een medische zeldzaamheid. Het is dus geen kinderziekte, laten we dat meteen helder hebben. Vrouwen en kinderen zijn veilig, maar voor mannen: die jaarlijkse check is geen overbodige luxe.
Neem bijvoorbeeld Pieter, 65 jaar. Hij voelde zich topfit, fietste elk weekend 60 kilometer, en dacht dat hij onoverwinnelijk was. Tot hij voor een routineonderzoek een verhoogd PSA (prostaatspecifiek antigeen) bleek te hebben. Geen klachten, maar toch prostaatkanker. Dit laat zien dat het ook sluipend kan zijn.
Nederland en de rest van de wereld: grote verschillen
In Nederland wordt prostaatcarcinoom elk jaar bij ongeveer 12.000 mannen gediagnosticeerd. Het maakt het de meest voorkomende vorm van kanker onder mannen hier. De overzeese gebieden zoals Curaçao en Aruba laten een wat lager aantal diagnoses zien, wat deels te maken heeft met minder screeningsprogramma’s én genetische verschillen. Maar als je verder kijkt dan onze landsgrenzen, dan zie je pas echt hoe groot de verschillen zijn.
In België lijkt het op Nederland: de incidentie ligt rond de 100 per 100.000 mannen per jaar. Wereldwijd is het een ander verhaal. In West-Europa en Noord-Amerika komt prostaatkanker het meest voor, terwijl Azië en Afrika lagere cijfers hebben. Maar dat betekent niet dat mannen daar 'veiliger' zijn. De verschillen zijn vaak een kwestie van onderdiagnose. Minder screenings en andere toegang tot zorg spelen een grote rol.
Leeftijd, genen en je omgeving: het complete plaatje
Leeftijd is een van de grootste risicofactoren, maar het zit ook in de familie. Heb je een vader of broer met prostaatkanker? Dan is je kans twee tot drie keer groter. Dat wordt nog sterker als er meerdere familieleden zijn met de diagnose. Genen zoals BRCA2 (die ook borstkanker kan veroorzaken) spelen een rol, en etnische achtergrond is ook belangrijk. Zwarte mannen in de VS hebben bijvoorbeeld een veel hogere incidentie dan Aziatische mannen in Japan.
En dan is er je leefstijl. Eet je veel rood vlees en verzadigde vetten? Niet zo’n slim idee. Een dieet met veel groenten, fruit en vis kan je risico juist verlagen. Hetzelfde geldt voor je lichaamsgewicht: overgewicht wordt in verband gebracht met agressievere vormen van de ziekte. En bewegen? Dat helpt altijd. Klinkt als een open deur, maar zelfs een dagelijkse wandeling kan al schelen.
Wat heeft het klimaat er mee te maken?
Je zou het niet meteen denken, maar klimaat en zonlicht hebben indirect invloed. In zonnige gebieden waar mensen meer vitamine D aanmaken, lijkt het risico iets lager te zijn. Vitamine D speelt namelijk een rol in celgroei en kan mogelijk beschermen tegen kanker. Maar goed, dat betekent niet dat je in Nederland met zijn regenachtige dagen meteen kansloos bent. Suppletie kan ook een verschil maken.
Voeding en gewoonten: jouw invloed telt
Wat je eet en hoe je leeft heeft een grotere impact dan je denkt. Neem Japan als voorbeeld. Daar zijn de incidentiecijfers traditioneel laag, wat deels te maken heeft met hun dieet: veel vis, sojaproducten, en weinig verzadigde vetten. Maar: Japanners die naar de VS emigreren, krijgen na een paar generaties bijna dezelfde cijfers als Amerikanen. Het laat zien hoe groot de invloed van voeding en leefstijl is.
Dus, moraal van het verhaal? Wacht niet tot je klachten hebt. Ga op tijd naar de huisarts, hou een gezond gewicht, en denk twee keer na voordat je die derde hamburger naar binnen werkt. Een fitte prostaat betekent een fitter leven. Zoals Pieter het na zijn diagnose zegt: “Je ziet het niet aankomen, maar als je er vroeg bij bent, is de uitkomst stukken beter.”
Symptomen van prostaatkanker
Verschijnselen
Bij prostaatkanker ontstaat in 95% van de gevallen een gezwel in de cellen van de klierbuisjes van de prostaat. Het betreft dikwijls een langzaam groeiende tumor die door zijn ligging – meestal aan de buitenste rand van de prostaat waar het geen andere organen in de weg zit – in veel gevallen aanvankelijk geen klachten geeft. Soms treden de volgende verschijnselen en symptomen op bij prostaatkanker:
- vaker moeten plassen, de klok rond;
- moeite met plassen;
- pijn of een branderig gevoel bij het plassen;
- nadruppelen en/of een zwakke of onderbroken straal;
- troebele of bloederige urine of sperma.
Deze symptomen kunnen echter ook een gevolg zijn van een
goedaardige vergroting van de prostaat of van een
urineweginfectie. Raadpleeg je huisarts als je één van deze klachten hebt.
Langzaam groeiende kanker
Prostaatkanker is over het algemeen een langzaam groeiende kankersoort. Bij ongeveer een derde van de patiënten blijkt de tumor zelfs helemaal niet of nauwelijks te groeien en ook geen klachten te veroorzaken. Veel mannen komen er zelfs nooit achter dat ze prostaatkanker hebben en overlijden aan een andere oorzaak. Anders wordt het wanneer er uitzaaiingen zijn die meestal vrij laat optreden. De uitzaaiingen vinden in veel gevallen plaats in het skelet, in het bijzonder in het bekken en de (lumbale, d.w.z. tot de onderrug behorende) wervelkolom. Uitzaaiingen naar andere delen zijn zeldzaam.
Oorzaak van prostaatkanker
Ouderdom komt met gebreken
Ah, de tijd – die grote gelijkmaker. Anno 2025 weten we dat prostaatkanker vooral een kwestie van leeftijd is. Hoe ouder je wordt, hoe groter de kans dat je prostaatcellen in de fout gaan. Het is alsof je een oud huis hebt: hier een scheurtje, daar een lekkage. Tegen de tijd dat je 80 bent, heeft bijna 13% van de mannen prostaatkanker. Onder de 40? Vrijwel onvindbaar. Maar boven de 50 beginnen de cijfers langzaam te stijgen. Niet gek, want je cellen hebben tegen die tijd al duizenden keren gedeeld. Eén foutje is soms alles wat nodig is.
Het draait (ook) om genen
De genen, ja. Soms krijg je bij je geboorte een hand kaarten waar al een paar jokers tussen zitten. Als je vader, broer of opa prostaatkanker had, dan zit die joker misschien ook in jouw spel. Bepaalde genetische varianten, zoals BRCA2, verhogen de kans flink. Het is alsof je een erfelijke ‘tijdklok’ hebt meegekregen, klaar om af te gaan. Anno 2025 worden genetische tests steeds normaler, en dat is goed nieuws. Want weten is macht, en vroege opsporing kan een wereld van verschil maken.
Hormonen: een zegen en een vloek
Testosteron, het spul dat mannen mannelijk maakt, is een soort dubbelzijdig zwaard. Het houdt je sterk en vitaal, maar het voedt ook prostaatcellen. En ja, als een cel een kwaadaardige afslag neemt, is testosteron de brandstof die die tumor laat groeien. Je kunt het zien als een vuur dat onder controle moet worden gehouden. Daarom richten veel behandelingen zich op het verlagen van testosteron. Maar hoe gek is het, dat iets wat zo essentieel is, ook zo’n risico kan zijn?
De invloed van wat je op je bord legt
Laten we eerlijk zijn: wat je eet, doet ertoe. In landen waar veel rood vlees, bewerkt voedsel en verzadigde vetten op tafel staan, komen hogere cijfers voor. Dit is geen toeval. Je prostaat lijkt niet dol te zijn op hamburgers en speklapjes. Daartegenover staan landen zoals Japan, waar vis, soja en groenten de norm zijn. Minder prostaatkanker daar. Maar als een Japanner verhuist naar een land met een typisch westers dieet, zoals de VS, dan stijgt zijn risico. Het is alsof je prostaat zegt: “Hey, waar is mijn tofu gebleven?”
Je omgeving doet ook mee
Anno 2025 weten we dat het niet alleen draait om wat je zelf doet, maar ook om wat er om je heen gebeurt. Pesticiden, zware metalen zoals cadmium, en luchtvervuiling kunnen allemaal bijdragen aan DNA-schade. Denk aan mannen die in de landbouw werken of in de metaalindustrie: zij hebben een verhoogd risico. Het is alsof de omgeving constant een klein beetje druk uitoefent op je lichaamscellen. En met de jaren bouwt die druk zich op, totdat er iets knapt.
Levensstijl: niet alles is genetisch bepaald
Hier is het goede nieuws: je hebt meer invloed op je prostaatgezondheid dan je denkt. Regelmatig bewegen, een gezond gewicht behouden, en niet roken doen wonderen. Overgewicht, bijvoorbeeld, wordt in verband gebracht met agressievere vormen van prostaatkanker. En sporten? Dat is alsof je je lichaam een beschermend schild geeft. Je hoeft niet meteen een marathon te rennen – een wandeling van een halfuur per dag kan al een wereld van verschil maken.
Het grote plaatje
Het ontstaan van prostaatkanker is een ingewikkeld samenspel van factoren. Een beetje genetica, een snufje hormonen, een flinke scheut leefstijl en een vleugje omgevingsinvloeden. Maar één ding is duidelijk: anno 2025 hebben we meer tools dan ooit om het risico te verkleinen en de ziekte vroeg op te sporen. Dus waar wacht je op? Neem die controle terug. Zoals men vroeger al zei: beter voorkomen dan genezen. En zeg nou zelf, dat oude spreekwoord is nog altijd spot-on.
Risicofactoren prostaatcarcinoom
Anno 2025 wordt steeds meer bekend over de factoren die bijdragen aan het ontstaan van prostaatkanker. De volgende tabel biedt een uitgebreid overzicht van de belangrijkste risicofactoren en relevante informatie.
Risicofactor | Toelichting |
Leeftijd | De grootste risicofactor. Prostaatkanker komt vooral voor bij mannen boven de 50, met een piek boven de 65 jaar. Tegen je 80e heeft 13% van de mannen het. |
Genetische aanleg | Mannen met een familielid (vader of broer) met prostaatkanker hebben een 2 tot 3 keer hoger risico. BRCA2-genmutaties vergroten dit risico nog verder. |
Etniciteit | Zwarte mannen hebben een hogere kans op prostaatkanker en vaak agressievere tumoren. Aziatische mannen hebben juist een lager risico, deels door genetica en dieet. |
Testosteron | Dit hormoon stimuleert de groei van zowel gezonde als kwaadaardige prostaatcellen. Een verhoogd testosteronniveau kan het risico verhogen. |
Voeding | Een dieet rijk aan rood vlees, bewerkt voedsel, en verzadigde vetten verhoogt het risico. Daarentegen verkleinen groenten, fruit, en vis het risico. |
Leefstijl | Overgewicht, roken, en weinig bewegen vergroten het risico. Regelmatige lichaamsbeweging en een gezond gewicht kunnen beschermend werken. |
Omgevingsfactoren | Blootstelling aan pesticiden, zware metalen (zoals cadmium), en luchtvervuiling kunnen DNA-schade veroorzaken en het risico verhogen. |
Vitamine D-tekort | Gebrek aan zonlicht, en daarmee een laag vitamine D-niveau, kan een rol spelen in het ontstaan van prostaatkanker. |
Chronische ontsteking | Langdurige ontstekingen in de prostaat kunnen leiden tot DNA-schade en een verhoogd risico op kanker. |
Verband tussen selenium en prostaatkanker
Het Maastricht Universitair Medisch Centrum (UMC) in Maastricht heeft een verband ontdekt tussen
selenium en prostaatkanker. Selenium is een essentieel spoorelement die van nature aanwezig in veel voedingsmiddelen zoals volkorenbrood,
schaal- en schelpdieren en groente. Het mineraal heeft mogelijk een beschermend effect tegen prostaatkanker. Onderzoekers van het Maastricht UMC+ voerden een studie uit onder meer dan 58.000 mannen van 55 tot 69 jaar naar het verband tussen de inname van selenium en het risico op prostaatkanker. Wat blijkt? Mannen met hogere concentraties van het mineraal selenium in hun lichaam lopen minder risico op gevorderde stadia van prostaatkanker. Het risico in vergelijking met mannen met lage waarden selenium is zestig procent lager. Het Maastrichtse onderzoek levert belangrijk aanvullend bewijs dat een lage seleniumwaarde een risicofactor is voor gevorderde prostaatkanker. Nader onderzoek is nodig om te bepalen of een hogere inname van selenium het risico op prostaatkanker effectief kan verminderen bij mannen met lage seleniumwaarden. (Bron: www.nationalezorggids.nl, 20 september 2012)
Risicogroepen prostaatcarcinoom
Naast algemene risicofactoren, zijn er specifieke groepen mannen die anno 2025 extra aandacht verdienen vanwege hun verhoogde kans op prostaatkanker.
Risicogroep | Kenmerken |
Mannen boven de 50 | Leeftijd is een bepalende factor. Prostaatkanker komt zelden voor onder de 40, maar neemt sterk toe naarmate mannen ouder worden. |
Familiegeschiedenis | Mannen met directe familieleden (vader, broer) met prostaatkanker hebben een aanzienlijk verhoogd risico. Dit geldt vooral bij meerdere gevallen in de familie. |
Etnische groepen | Zwarte mannen hebben een hoger risico op zowel het ontwikkelen van prostaatkanker als op agressieve vormen ervan. Aziatische mannen hebben een lager risico, mogelijk door genetica en voeding. |
Mannen met BRCA2-genmutaties | Deze genetische mutatie verhoogt niet alleen de kans op borstkanker, maar ook op prostaatkanker. Het risico is aanzienlijk hoger dan bij mannen zonder deze mutatie. |
Mannen met een ongezonde leefstijl | Mannen met overgewicht, een ongezond dieet, en weinig beweging hebben een verhoogd risico. Stoppen met roken en een gebalanceerd dieet kunnen dit risico verminderen. |
Beroepsrisico’s | Mannen die werken in de landbouw (blootstelling aan pesticiden) of de metaalindustrie (blootstelling aan zware metalen) lopen een verhoogd risico. |
Mannen met chronische prostatitis | Langdurige ontstekingen in de prostaat kunnen de kans op het ontstaan van prostaatkanker verhogen door DNA-schade en celveranderingen. |
Mannen met een vitamine D-tekort | Mannen die weinig blootstelling aan zonlicht hebben of een laag vitamine D-niveau vertonen, kunnen een verhoogd risico hebben op prostaatkanker. |

Afname van bloed voor onderzoek /
Bron: Istock.com/JovanmandicOnderzoek en diagnose
De diagnostiek van prostaatkanker kan aan de hand van vier verschillende soorten onderzoek plaatsvinden:
- rectaal onderzoek;
- PSA-test (bloedonderzoek);
- transrectale echografie;
- biopsie.
Rectaal onderzoek en meten van de PSA-waarden
Bij het vermoeden van prostaatkanker kan je huisarts overgaan tot de eerste of de eerste twee onderzoeken. Het eerste onderzoek wordt ook wel rectaal toucher genoemd. De huisarts voelt met zijn vinger via je
anus of de prostaat afwijkingen vertoont. Dit wordt doorgaans ervaren als onprettig, maar niet pijnlijk. De huisarts kan besluiten tot bloedonderzoek; de zogeheten
PSA-test. PSA staat voor Prostaat Specifiek Antigeen en is een eiwit dat alleen in de prostaat wordt gefabriceerd. Een verhoging van het PSA-gehalte in het bloed kan duiden op prostaatkanker. Indien het rectaal onderzoek een abnormale bevinding geeft, of indien het PSA hoger is dan de maximale richtwaarde voor de leeftijdsgroep, dan zal de patiënt door de huisarts verwezen worden naar de uroloog. Die zal vervolgens beslissen of er aanvullende testen moeten worden uitgevoerd, zoals transrectale echografie of biopsie.
Naarmate een man ouder wordt stijgt de PSA-waarde. Op het ogenblik houdt men de volgende maximale waarden per leeftijdsgroep aan. Een hogere PSA kan wijzen op prostaatkanker, maar ook op een goedaardige prostaatvergroting of
prostatitis (ontsteking van de prostaat).
Leeftijd | PSA-waarde |
40 tot 49 jaar | 2,5 |
50 tot 59 jaar | 3,5 |
60 tot 69 jaar | 4,5 |
70 tot 79 jaar | 6,5 |

PSA-test /
Bron: Istock.com/jarun011PSA-waarden die liggen tussen 4 en 10 wordt wel het 'grijze gebied' genoemd. Dat komt omdat de PSA niet alleen afhankelijk is van de leeftijd van de man, maar ook van de grootte van de prostaat op het moment van de meting. Bij minder dan de helft van de
goedaardige prostaatvergrotingen, is het PSA-gehalte in het bloed verhoogd. Het PSA-gehalte in het bloed kan bij een prostaatvergroting in sommige gevallen stijgen tot 10. Waarden in het grijze gebied vormen dus een aanwijzing, maar zijn beslist geen bewijs voor het bestaan van prostaatkanker. Voorts zij opgemerkt dat er bepaalde soorten agressieve prostaatkanker bestaan waarbij PSA-waarden voorkomen die duidelijk onder de 4 liggen.
Transrectale echografie
Bij transrectale echografie, wordt via je anus een echosonde tot aan de prostaat ingebracht. Dit instrument zendt geluidsgolven uit waarmee de prostaat zichtbaar wordt op een beeldscherm (zie afbeelding). De uroloog kan zo bekijken of er afwijkingen aan de prostaat zijn. De plaats en de grootte van de tumor kan middels dit onderzoek vastgesteld worden. Ook dit onderzoek is niet pijnlijk, maar wordt door vele mensen wel als onprettig ervaren.
Biopsie
Tot slot kan de uroloog beslissen dat er een biopsie moet plaatsvinden. Dit kan gelijktijdig met de echografie gebeuren. Via de echosonde wordt een naald aangebracht tot aan de prostaat en de uroloog haalt stukjes weefsel (biopten) weg op verschillende plaatsen van de prostaat voor nader onderzoek. In het pathologisch laboratorium wordt het weefsel onderzocht en kan er vastgesteld worden of er sprake is van een goedaardig of kwaadaardig gezwel. Als er sprake is van een kwaadaardig gezwel (kanker), dan wordt ook de mate van kwaadaardigheid (agressiviteit) bepaald. Dit gebeurt via de zogeheten Gleason-score. De patholoog beoordeelt de tumorcellen op twee plaatsen met een getal van 1 tot 5. De som van deze twee beoordelingen wordt de Gleason-score genoemd en is minimaal 2 en maximaal 10. Hoe minder de tumorcellen lijken op normaal prostaatweefsel des te hoger de score. Bij een hoge score is de kans op uitzaaiingen groter. De Gleason-score speelt een rol bij de keuze van de behandeling.
Nader onderzoek
Is eenmaal vastgesteld dat er sprake is van prostaatkanker, dan is nader onderzoek nodig om vast te stellen hoe uitgebreid de tumor is en of er sprake is van uitzaaiingen. De volgende onderzoeken behoren tot de mogelijkheden:
- computertomografie, afgekort CT: onderzoek waarmee met radiografische straling of röntgenstraling een foto van de doorsnede van een lichaamsdeel gemaakt wordt;
- Magnetic Resonance Imaging (MRI): door middel van een magneetveld in combinatie met radiogolven worden 'dwars- of lengtedoorsneden' van het lichaam gemaakt zodat eventuele uitzaaiingen opgespoord kunnen worden;
- lymfeklierdissectie: hierbij verwijdert de arts lymfeklieren uit de onderbuik, in de buurt van de prostaat;
- skeletscintigrafie: een botscan door een licht radioactieve vloeistof in de bloedbaan te spuiten en röntgenfoto's van het skelet te maken, teneinde vast te stellen of er uitzaaiingen in de botten zijn.
Stadia van prostaatkanker
Hieronder een overzicht van de stadia van prostaatkanker, met een duidelijke uitleg van elk stadium.
Stadium | Beschrijving |
Stadium I: Gelokaliseerd, de stille gast | De tumor is klein en zit volledig binnen de prostaat. Je merkt vaak niks, geen pijn, geen klachten, nada. Het wordt meestal toevallig ontdekt, bijvoorbeeld door een verhoogd PSA bij een routinecontrole. De genezingskans? Bijna 100% met de juiste behandeling. |
Stadium II: Gelokaliseerd, maar een tikkeltje brutaler | De tumor is nog steeds beperkt tot de prostaat, maar hij begint zich iets meer te laten zien. Misschien voel je wat plasproblemen, of je moet 's nachts vaker uit bed. Dit stadium biedt nog steeds uitstekende kansen op genezing, vooral met operaties of bestraling. |
Stadium III: Lokaal gevorderd, de avonturier | De kanker is niet langer een brave huiskamerbewoner. Hij steekt zijn hoofd buiten de prostaat en begint omliggende weefsels te verkennen, zoals de zaadblaasjes. Hier komt vaak een combinatie van behandelingen om de hoek kijken, zoals hormonale therapie en bestraling. Overleving ligt rond de 70-80%, afhankelijk van hoe agressief het avontuur wordt aangepakt. |
Stadium IV: Gemetastaseerd, de reiziger | De kanker heeft zijn koffers gepakt en is vertrokken naar andere delen van het lichaam, zoals botten, lymfeklieren of organen. Dit is de moeilijkste fase, maar zeker niet zonder hoop. Behandelingen richten zich op het vertragen van de ziekte en het verbeteren van je kwaliteit van leven. Vijfjaarsoverleving? Rond de 30-40%, maar nieuwe behandelingen bieden steeds betere vooruitzichten. |
- Samenvatting: Elk stadium heeft zijn eigen verhaal, maar hoe eerder je erbij bent, hoe beter het script geschreven kan worden. De boodschap? Laat die routinecontroles niet liggen en luister naar de signalen van je lichaam. Je prostaat mag dan klein zijn, maar zijn impact op je leven is groot.
Behandeling van prostaatkanker
Behandeling is afhankelijk van het stadium
Afhankelijk van de stadiëring, dat wil zeggen de mate waarin de kanker zich ontwikkeld heeft, wordt bepaald welke behandeling geïndiceerd is. De verschillende stadia worden bepaald door de volgende factoren:
- de omvang en de plaats van de tumor;
- de mate van doorgroei van de tumor in het omringend weefsel (zoals het prostaatkapsel);
- de aanwezigheid van uitzaaiingen naar lymfeklieren in de buurt van de prostaat;
- de aanwezigheid van uitzaaiingen naar lymfeklieren op grotere afstand;
- de aanwezigheid van uitzaaiingen in het bot;
- de aanwezigheid van uitzaaiingen in andere gebieden, zoals lever en long.
Curatieve en palliatieve behandeling
Er zijn verscheidene behandelmogelijkheden, afhankelijk van de stadiëring, de PSA-waarde en de leeftijd van de patiënt. Er worden twee doelen onderscheiden:
- curatieve behandeling;
- palliatieve behandeling.
Een behandeling gericht op genezing heet een curatieve behandeling. Dit is alleen mogelijk indien er geen uitzaaiingen geconstateerd zijn. Als er geen uitzaaiingen zijn gevonden, zijn er twee behandelingen mogelijk: radicale prostatectomie en uitwendige radiotherapie (zie hieronder). Van prostaatkanker met uitzaaiingen is geen genezing mogelijk. De behandeling zal in die gevallen palliatief zijn, dat wil zeggen gericht op het verminderen van klachten als gevolg van pijnlijke uitzaaiingen en/of het remmen van de kankergroei, zodat het leven verlengd en de pijn verlicht wordt. Er wordt dan vaak ingezet op hormonale therapie. Soms wordt ook radiotherapie ingezet bij de pijnbestrijding veroorzaakt door uitzaaiingen. Ook kan chemotherapie toegepast worden als blijkt dat hormoontherapie geen effect meer heeft.
Waakzaam wachten
Prostaatkanker is een langzaam groeiende kankersoort en bij een groot deel groeit de tumor niet tot nauwelijks. Als het geen klachten geeft is het niet in alle gevallen geïndiceerd over te gaan op een actieve behandeling. Het gaat dan veelal om oudere mannen met een traag groeiende prostaatkanker zonder klachten. Of om gezonde mannen, met een lage PSA-waarde en bij wie slechts in enkele biopten tumorcellen zijn gevonden. In deze gevallen wordt vaak overgegaan op waakzaam wachten. Uiteraard wordt het verloop gecontroleerd door periodieke onderzoeken.
Radicale prostatectomie
Radicale prostatectomie is een totale verwijdering van de prostaat. Dit gebeurt echter alleen indien er geen sprake is van uitzaaiingen. Vaak wordt deze operatie voorafgegaan door een lymfeklierverwijdering in de onderbuik. Als blijkt uit laboratoriumonderzoek dat er geen uitzaaiingen zijn, dan wordt de prostaat verwijderd. Deze operatie kan tegenwoordig met weinig complicaties worden uitgevoerd. In 50% is er behoud van potentie en in 95% is er behoud van continentie. Deze chirurgische ingreep heeft betere langetermijnresultaten dan curatieve (op genezing gerichte) radiotherapie.
HIFU
HIFU (High Intensity Focused Ultrasound) is een relatief nieuwe methode voor de behandeling van gelokaliseerde prostaatkanker dat zich nog binnen het kapsel van de prostaat bevindt, bij een patiënt die geen radicale prostatectomie kan of wenst te ondergaan. Deze techniek maakt gebruik van ultrasone geluidsgolven die vanuit een kleine antenne op één punt in de aars worden geconcentreerd. Er ontstaat een hittegolf die vanuit dit punt vertrekt waarbinnen men lokaal een temperatuur bereikt van 85-95° C. Dit dood ter plaatse alle (tumor)cellen.

Radiotherapie (bestraling) /
Bron: Adriaticfoto/Shutterstock.comUitwendige radiotherapie of externe radiotherapie (EBRT)
Bij uitwendige radiotherapie (External Beam Radiation Therapy of EBRT) worden kankercellen van buitenaf door de huid heen bestraald en vernietigd. Deze behandeling wordt ingezet als er geen uitzaaiingen zijn. Radiotherapie kan in combinatie met hormonale behandeling gegeven worden. We spreken in dat geval van een adjuvante behandeling: een toegevoegd therapie ter ondersteuning van een behandeling. Ook kan men overgaan tot bestraling bij pijnklachten in het kader van een palliatieve behandeling.
Interne radiotherapie, brachytherapie of curietherapie
Bij deze behandeling, die wordt ingezet als er geen uitzaaiingen zijn, worden (via naalden) radioactieve
seeds of zaadjes met een lage dosering (een Low-dose rate of LDR) of een radioactieve bron met een middelhoge (pulsed-dose rate of PDR) of hoge (high-dose rate of HDR) dosering in de prostaat gebracht. De zaadjes blijven permanent in de prostaat aanwezig, terwijl de radioactieve bron 2 tot 4 dagen in de prostaat aanwezig blijft en na de behandeling uit de prostaat wordt verwijderd. Over een periode van weken of maanden zal het stralingsniveau van de zaadjes allengs dalen tot bijna nul. Dat de zaadjes aanwezig blijven in de prostaat, is zonder blijvend effect.
In tegenstelling tot EBRT worden bij brachytherapie de stralingsbronnen direct op de plek van het kankergezwel geplaatst, waardoor de bestraling alleen invloed heeft op een zeer plaatselijk gebied rondom de stralingsbronnen en blootstelling aan straling van gezonde weefsels om de bron heen verminderd wordt.
Bij ongeveer 15-30% van de patiënten kan brachytherapie erectiestoornissen veroorzaken. Het risico op erectiestoornissen hangt samen met leeftijd, dat wil zeggen dat oudere mannen een groter risico lopen dan jongere mannen. Tevens is het niveau van de erectiefunctie voorafgaand aan de behandeling met brachytherapie van invloed. Het merendeel van patiënten met erectiestoornissen kan succesvol worden behandeld met medicijnen zoals Viagra. Viagra wordt gebruikt voor de behandeling van mannen die onvoldoende een erectie kunnen krijgen. De kans op erectiestoornissen na brachytherapie is beduidend minder dan na radicale prostatectomie.
Brachytherapie wordt zelfstandig of in combinatie met andere therapieën ingezet.
Hormonale behandeling
De groei van prostaatkankercellen wordt gestimuleerd en aangewakkerd door
testosteron, dat is het mannelijke geslachtshormoon. Hormonale therapie is erop gericht de stimulerende werking van testosteron te neutraliseren. De vorm van behandeling zet het ontstaan en de woekering van kankercellen (tijdelijk) stop. Er kan overgegaan worden op chirurgische castratie, maar de meest patiënten opteren voor medische castratie door middel van tabletten en/of injecties.
Hormonale therapie kan – zoals bij uitwendige radiotherapie reeds aangegeven – een adjuvante behandeling zijn. Soms wordt het ook ingezet als palliatieve behandeling. Hormonale behandeling kan verlichting geven bij pijnklachten en het kan leiden tot een enigszins langere ziektevrije periode.
Mannen met prostaatkanker met uitzaaiingen moeten naast hormoontherapie meteen ook chemotherapie met het middel docetaxel krijgen. Dat vergroot de kans op overleving aanzienlijk. Dat blijkt uit twee studies die zijn gepubliceerd in de vakbladen
The Lancet en
The Lancet Oncology. De onderzoekers doen geen uitspraken over het effect van de combinatietherapie bij patiënten met prostaatkanker die nog niet uitgezaaid is. Daar hebben ze onvoldoende gegevens voor, maar er loopt al wel onderzoek naar. (Bron: Nationale Zorggids, 28-12-2015)
Cryotherapie: bevriezen om te genezen
Cryotherapie is een geavanceerde techniek waarbij de tumor in de prostaat letterlijk wordt ingevroren. Stel je voor: met een dunne sonde worden extreem koude gassen rechtstreeks naar de tumor gebracht. Dit veroorzaakt ijskristallen in de kankercellen, waardoor hun structuren kapotgaan en ze afsterven. Eenmaal vernietigd, worden de overblijfselen door je lichaam opgeruimd alsof het afval is.
Wat maakt cryotherapie zo bijzonder anno 2025? Het is minimaal invasief, wat betekent dat je geen grote operaties hoeft te ondergaan. Voor mannen bij wie de kanker terugkomt na eerdere behandelingen, kan cryotherapie een tweede kans bieden zonder de belasting van een zware operatie of bestraling. De bijwerkingen? Die zijn er natuurlijk wel, zoals plasproblemen of impotentie, maar in vergelijking met radicalere behandelingen is het een minder zware optie.
Immunotherapie: je immuunsysteem als wapen
Anno 2025 wordt immunotherapie steeds populairder in de strijd tegen prostaatkanker. Het idee? Je eigen immuunsysteem wordt een soort gepersonaliseerde soldaat, uitgerust om specifiek kankercellen aan te vallen. Een opvallend voorbeeld hiervan is Sipuleucel-T. Dit is geen standaard medicijn, maar een vaccin dat speciaal voor jou wordt gemaakt. Eerst worden je immuuncellen verzameld, waarna ze in een laboratorium worden “getraind” om kankercellen te herkennen. Vervolgens worden ze teruggebracht in je lichaam om het gevecht aan te gaan.
Het mooie aan immunotherapie is dat het de natuurlijke afweer van je lichaam versterkt, in plaats van deze te verzwakken zoals sommige andere behandelingen. Het is vooral geschikt voor mannen met uitgezaaide of moeilijk behandelbare prostaatkanker. Natuurlijk werkt het niet bij iedereen, en soms duurt het even voordat je resultaten ziet, maar de toekomstperspectieven zijn hoopvol.
Targeted therapy: precisieaanvallen op genetische fouten
Targeted therapy, ofwel gerichte therapie, is precies wat de naam doet vermoeden: gericht schieten op specifieke zwakke plekken in de kankercellen. Een goed voorbeeld hiervan zijn PARP-remmers, die inspelen op genetische defecten zoals BRCA-mutaties. Deze mutaties verstoren het reparatiemechanisme van DNA in cellen. PARP-remmers maken daar misbruik van en zorgen ervoor dat kankercellen zichzelf niet meer kunnen herstellen. Het resultaat? Ze sterven af.
Anno 2025 wordt deze behandeling vooral ingezet bij mannen met erfelijke risico’s, zoals een BRCA2-mutatie. Het is een relatief nieuwe aanpak, maar de resultaten laten zien dat het levensverlengend kan zijn en de tumor kan stabiliseren. Het is alsof je een kankercel zijn gereedschapskist afneemt en hem vervolgens dwingt om te blijven zitten totdat hij vanzelf instort.
Adjuvante behandeling: de klus echt afmaken
Een operatie of bestraling is vaak de eerste stap, maar adjuvante behandelingen zorgen ervoor dat je ook de laatste restjes kanker aanpakt. Denk aan hormonale therapie om testosteron – de groeimotor van kankercellen – te blokkeren, of chemotherapie om microscopische uitzaaiingen aan te pakken.
Waarom is dit zo belangrijk? Zonder deze aanvullende behandelingen bestaat de kans dat kleine hoeveelheden kankercellen alsnog uitgroeien tot nieuwe tumoren. Adjuvante therapieën zijn vooral nuttig bij mannen met een verhoogd risico op terugkeer van prostaatkanker, bijvoorbeeld als de kanker al buiten de prostaat is gegroeid. Anno 2025 is de focus op lange termijn controle sterker dan ooit, en adjuvante therapieën spelen hierin een sleutelrol.
Focal therapy: alleen de tumor aanpakken
Focal therapy is een van de meest verfijnde technieken van dit moment. Waar traditionele behandelingen zoals chirurgie of bestraling vaak de hele prostaat aanpakken, richt focal therapy zich alleen op het zieke deel. Dit betekent minder schade aan omliggende weefsels en dus minder bijwerkingen.
Technieken zoals HIFU (High-Intensity Focused Ultrasound), cryotherapie, en brachytherapie vallen binnen deze categorie. Neem HIFU: gerichte ultrasone golven worden gebruikt om alleen de tumor te verhitten en te vernietigen. Focal therapy is ideaal voor mannen met een gelokaliseerde tumor die laag-risico of medium-risico is. Het biedt de mogelijkheid om kanker effectief te behandelen en tegelijkertijd functies zoals plassen en erectie te behouden.
Protonentherapie: millimeterprecisie met protonen
Bij protonentherapie wordt gebruikgemaakt van protonen in plaats van traditionele röntgenstraling. Protonen hebben een bijzonder voordeel: ze geven de meeste energie pas af op het punt waar de tumor zit. Dit betekent minder schade aan omliggend gezond weefsel. Ideaal voor prostaatkanker, omdat het omliggende weefsels zoals de blaas en het rectum spaart.
Anno 2025 is protonentherapie vooral beschikbaar in gespecialiseerde centra en wordt het ingezet bij mannen met complexe of hoog-risico gevallen. Het is niet voor iedereen, omdat het een relatief dure behandeling is, maar voor degenen die in aanmerking komen, kan het een gamechanger zijn. Je kunt het zien als een chirurgische precisie, maar dan met straling.
Chemotherapie
Soms is er sprake van een hormoonresistent prostaatcarcinoom. In dat geval kan chemotherapie overwogen worden. De medicijnen worden per infuus, als tablet of per injectie toegediend. Het is een palliatieve behandeling.
Klachten door uitzaaiingen kunnen hierdoor verminderd worden en het leven kan enigszins verlengd worden.
Palliatieve behandeling met radioactieve isotopen
Er zijn twee verschillende vormen van palliatieve behandeling met radioactieve isotopen (bepaalde radioactieve stoffen) voor patiënten met uitgezaaide prostaatkanker. Dit kan bijdragen aan een langere overleving met behoud van kwaliteit van leven. Het gaan om behandeling met radium-223 en lutetium-177-PSMA.
- Radium-223 is een stof die is ontwikkeld om gebieden te behandelen waar uitzaaiingen het bot aantasten. Deze behandeling kan helpen als er (bijna) alleen uitzaaiingen in botten zijn en deze goed zichtbaar zijn op een botscan.
- Lutetium-177-PSMA wordt in het lichaam opgenomen in uitzaaiingen en dan niet alleen in het skelet maar ook daarbuiten. Deze behandeling kan helpen als de uitzaaiingen goed zichtbaar zijn op een PSMA PET/CT-scan. Het wordt gegeven aan mensen bij wie de ziekte niet meer reageert op standaardbehandelingen zoals hormoon- of chemotherapie.
Terminale prostaatkankerpatiënten met uitzaaiingen in hun botten, hebben sinds begin 2014 toegang tot een behandeling met de radioactieve stof radium-223 chloride. De behandeling met het radioactieve radium-223 verlengt hun leven met vier tot zes maanden en daarnaast vermindert het de pijn en zorgt het voor een betere kwaliteit van leven. Het Catharina Ziekenhuis in Eindhoven heeft eind januari 2014 als eerste ziekenhuis in Nederland een patiënt met radium-223 behandeld. Patiënten kunnen in tien ziekenhuizen in Nederland terecht voor deze palliatieve behandeling. Er zijn bijna geen bijwerkingen (patiënten hebben minder kans op botbreuken en moeten minder vaak nog aanvullend extern bestraald worden), en de kwaliteit van leven is na behandeling met dit middel een stuk groter dan na chemotherapie.
De behandeling is bedoeld voor patiënten met uitgezaaide prostaatkanker die niet meer reageren op chemotherapie, die geen chemotherapie (meer) willen of er te zwak voor zijn. De behandeling bestaat in principe uit één maandelijkse injectie gedurende zes maanden.
Pijnbestrijding met medicatie: pijn verlichten, leven verbeteren
Laten we eerlijk zijn: pijn is een van de meest gevreesde vijanden bij vergevorderde prostaatkanker. Maar het mooie is dat je het niet hoeft te ondergaan. Pijnbestrijding met medicatie is een krachtig wapen, en het doel is simpel: je leven leefbaar houden. Geen enkele man zou zijn dagen moeten doorbrengen in de greep van ondraaglijke pijn, terwijl er middelen zijn om dat te voorkomen.

Zenuw.
nerf = zenuw, epinèvre=epineurium, périnèvre = perineurium, endonèvre = endoneurium, fascicule = bundel,
vasseaux sanquins = bloedvaten /
Bron: Dailly Anthony, Wikimedia Commons (CC BY-3.0)Hier komen de grote namen in de strijd: opioïden zoals morfine en oxycodon. Ze werken door je pijnsignalen als het ware op ‘mute’ te zetten. Waar je lichaam eerder alarm sloeg bij elke beweging, krijg je nu weer de ruimte om adem te halen – letterlijk en figuurlijk. Voor diegenen die worstelen met meer specifieke
zenuwpijn (denk aan scherpe steken of tintelingen), kunnen middelen zoals antidepressiva of anti-epileptica verrassend effectief zijn. Niet omdat je depressief bent of epilepsie hebt, maar omdat deze medicijnen een bijzondere manier hebben om zenuwpijn te verzachten.
Maar wacht, het stopt daar niet. Pijnbestrijding draait niet alleen om pillen slikken. Denk aan warmtetherapie, fysiotherapie, of zelfs acupunctuur – allemaal technieken die kunnen helpen om je lichaam en geest te ondersteunen. Het is een beetje alsof je een team van specialisten samenstelt om die sluipschutter genaamd pijn uit te schakelen.
De sleutel? Balans. Genoeg pijnstilling om weer te genieten van een kop koffie in de ochtend of een wandelingetje door de tuin, zonder dat je dagenlang in een medicijnduister ronddwaalt. Want het gaat erom dat je nog steeds jij bent – geen schaduw van jezelf.
Botversterkende therapie: de ruggengraat van palliatieve zorg
Als prostaatkanker besluit de botten aan te vallen, verandert het spel. Botten die ooit sterk genoeg waren om je hele gewicht te dragen, worden kwetsbaar als glas. Een klein ongelukje kan dan ineens een breuk veroorzaken, met alle gevolgen van dien. Maar dat is niet het einde van het verhaal – gelukkig niet.
Hier komt botversterkende therapie in beeld, de ruggengraat (ha, letterlijk!) van palliatieve zorg bij botmetastasen. Medicatie zoals bisfosfonaten en denosumab doet wonderen. Bisfosfonaten vertragen het proces waarbij bot wordt afgebroken, terwijl denosumab een eiwit blokkeert dat normaal gesproken de botafbraak versnelt. Met deze twee samen worden je botten beschermd alsof ze een onzichtbaar schild krijgen.
En de voordelen zijn enorm. Minder kans op spontane breuken, minder pijn en – misschien wel het allerbelangrijkste – minder angst om gewoon te bewegen. Want hoe frustrerend is het als je zelfs opstaan uit bed als een risico voelt? Botversterkende therapie helpt je die vrijheid terug te geven.
Het gaat niet alleen om medicatie. Fysiotherapie en simpele hulpmiddelen zoals braces kunnen je mobiliteit vergroten en het risico op vallen verkleinen. Het is alsof je je botten een stevige handdruk geeft en zegt: "We got this."
De waarde van palliatieve zorg: meer dan alleen medicijnen
Palliatieve zorg is geen afscheid nemen, maar zorgen dat het leven nog betekenisvol blijft. Pijnbestrijding en botversterkende therapie zijn belangrijke pijlers, maar het grotere doel is om ervoor te zorgen dat mannen met vergevorderde prostaatkanker zich gehoord, gesteund en verzorgd voelen. Het draait niet alleen om het verlengen van het leven, maar vooral om het verbeteren van de dagen die er nog zijn.
Met de juiste ondersteuning, medicatie en begeleiding is er zoveel mogelijk – zelfs in moeilijke tijden. Zoals een arts ooit zei: "Het gaat niet alleen om hoe lang je leeft, maar ook om hoe goed je leeft." Dat is de kern van palliatieve zorg.
Follow-up
In alle gevallen, zo geeft de literatuur aan, is levenslange controle wenselijk. Tijdens en na de behandeling zal regelmatig de PSA-waarde gemeten worden. De PSA-waarde controleert het verloop van de ingezette behandeling. De PSA-waarde geeft een indicatie of de ingezette therapie aanslaat. Het zegt iets over de prognose. Een stijging van de PSA is een vroeg teken van recidief, dat wil zeggen het opnieuw optreden van ziekteverschijnselen.
De prognose van prostaatkanker: cijfers, kansen en hoop
Laten we eerlijk zijn: het woord 'kanker' horen is alsof iemand ineens alle kleuren uit je leven haalt. Maar als het om prostaatkanker gaat, is het niet allemaal zwart-wit. Sterker nog, er zijn heel wat tinten hoop. Prostaatkanker is een ziekte waar we anno nu – met alle medische snufjes en inzichten – steeds meer grip op krijgen. En de cijfers? Die geven redenen om optimistisch te zijn, zeker als je het vroeg ontdekt.
De cijfers in Nederland: een lichtpuntje in de statistieken
In Nederland krijgen jaarlijks zo’n 12.000 mannen te horen dat ze prostaatkanker hebben. Dat klinkt als een enorm aantal – en dat is het ook – maar de context maakt het een stuk draaglijker. Ongeveer 75% van de diagnoses wordt gesteld in een vroeg stadium, wanneer de kanker nog lekker eigenwijs in de prostaat blijft zitten. En als dat zo is, kunnen de overlevingskansen oplopen tot een indrukwekkende 95-99% over vijf jaar.
De gemetastaseerde gevallen, waarbij de kanker zijn koffers heeft gepakt en naar andere delen van het lichaam is verhuisd, zien er minder rooskleurig uit. Hier ligt de vijfjaarsoverleving tussen de 30-40%, afhankelijk van hoe agressief de kanker is en hoe goed je op behandelingen reageert. Maar zelfs dan wordt er vandaag de dag zoveel gedaan om het leven niet alleen langer, maar ook beter te maken.
Hoe zit het met België?
België, het land van de friet, chocola en… ja, ook prostaatkanker. Jaarlijks worden er ongeveer 9.000 mannen met deze ziekte gediagnosticeerd. De situatie lijkt veel op die van Nederland: een vroege diagnose betekent een uitstekende prognose, met vergelijkbare vijfjaarsoverlevingspercentages van 91-95%.
Wat interessant is, is dat PSA-screening in België iets minder gebruikelijk is dan in Nederland. Dit kan betekenen dat sommige mannen pas later in het ziekteproces worden gediagnosticeerd, wat invloed heeft op de behandelopties en prognose. Maar Belgische ziekenhuizen hebben ook toegang tot innovatieve technieken zoals protonentherapie, wat mannen met complexe gevallen nieuwe hoop biedt.
Het belang van het juiste moment: stadium maakt het verschil
De prognose van prostaatkanker hangt sterk af van hoe snel je erbij bent. Laten we het even onderverdelen:
- Gelokaliseerde kanker (stadium I & II): Hier is de tumor een brave huisgenoot – hij blijft netjes in de prostaat zitten. Met behandelingen zoals een operatie of bestraling zijn de genezingspercentages sky-high: 95-99% over vijf jaar.
- Lokaal gevorderde kanker (stadium III): De tumor begint zich buiten de prostaat te wagen, zoals een nieuwsgierige kat. Met een combinatie van bestraling en hormonale therapie haal je nog steeds een 70-80% vijfjaarsoverleving.
- Gemetastaseerde kanker (stadium IV): De kanker heeft de koffers gepakt en is naar botten, lymfeklieren of andere organen vertrokken. Hier zijn de cijfers zwaarder: 30-40% vijfjaarsoverleving, maar met de opkomst van targeted therapy en immunotherapie verbeteren de kansen langzaam maar zeker.
Een levensecht verhaal: de reis van Joop
Neem Joop, 66 jaar, uit Groningen. Joop is zo’n man die nooit ziek was en zijn huisarts hooguit één keer per decennium zag. Totdat hij opeens elke nacht zes keer naar de wc moest. Zijn vrouw zei: "Joop, dit is niet normaal, hup naar de dokter." Nou, dat deed hij dan maar. Een verhoogd PSA en een biopsie later kreeg hij de diagnose: prostaatkanker. Gelukkig zat de tumor nog netjes binnen de prostaatmuren. Een operatie en een paar weken bestraling verder, staat Joop nu weer wekelijks op de golfbaan. Hij zegt: "Ik heb geluk gehad. Maar eerlijk? Het was mijn vrouw die mijn leven redde. Zonder haar was ik gewoon doorgegaan."
En dan heb je Piet, 74 jaar, uit Antwerpen. Piet stelde zijn bezoek aan de dokter te lang uit. Toen hij uiteindelijk ging, was de kanker al uitgezaaid naar zijn botten. Hij krijgt nu hormonale therapie en pijnstilling. "Het is geen makkelijk pad," zegt hij, "maar ik waardeer de tijd die ik nog heb, vooral met mijn kleinkinderen. Die lachen om mijn slechte grappen, en dat is voor mij goud waard."
Waar staan we nu?
De toekomst voor mannen met prostaatkanker is hoopvol. Innovatieve behandelingen zoals targeted therapy en immunotherapie zorgen ervoor dat mannen met zelfs gevorderde ziekte langer en beter kunnen leven. En met de opkomst van technieken zoals protonentherapie en focal therapy wordt de impact van behandelingen steeds minder zwaar.
Wat kunnen we leren? Vroeg opsporen is je beste vriend. Prostaatkanker is een ziekte die, met de juiste timing en zorg, niet het einde hoeft te betekenen. Het gaat niet alleen om hoeveel tijd je hebt, maar om wat je ermee doet. Zoals Joop zei na zijn behandeling: "Elke dag op de golfbaan is nu een feestje. Maar het belangrijkste? Ik ben er nog. En daar ben ik elke ochtend dankbaar voor."
Lees verder