Inversietrauma oftewel verstuikte enkel
Een inversietrauma of verstuikte enkel komt vaak bij sporters voor. Wat er nu precies gebeurt en wat er aangedaan is, weten de meeste mensen daarentegen niet.
Wat is een inversietrauma?
Een inversietrauma is beter bekend onder de naam 'verstuikte enkel'. Deze blessure komt vaak bij sporters voor. Inversie is een beweging van de voet, waarbij de voetzool naar binnen klapt, en de enkelbandjes aan de buitenkant opgerekt worden. Er bestaat ook een eversietrauma, waarbij de voetzool naar buiten klapt en de enkelbandjes aan de binnenant opgerekt worden. Maar een eversietrauma komt veel minder vaak voor. Een inversietrauma komt 88% van de gevallen voor, en een eversietrauma daarentegen maar 8% van de gevallen.
Bij een inversietrauma zijn er 3 bandjes het meest aangedaan:
- Lig. talofibulare anterior
- Lig. calcaneofibulare
- Lig. talofibulare posterior
De meest belangrijke functie van ligamenten/banden in de enkel is stabiliteit. Zonder stabiiteit is het bijna onmogelijk om te kunnen lopen.
Een verstuikte enkel kun je in 3 graden indelen.
Graad 1:
Een verrekking van een aantal vezels in de enkel. De symptomen hierbij zijn gevoeligheid en zwelling en de beperking is minimaal.
Graad 2:
Volledige scheurtjes in een aantal vezels in de enkel. De symptomen hierbij zijn gevoeligheid en zwelling, en verminderde mobiliteit en instabiliteit in de enkel.
Graad 3:
Volledige scheuring van alle vezels in de enkel. De symptomen hierbij zijn gevoeligheid en zwelling, weinig mobiltieit en stabiliteit in de enkel. In dit geval kan een operatie noodzakelijk zijn.
Cijfers:
- Graad 1: 70%
- Graad 2: 14%
- Graad 3: 4%
Er zijn 5 fases van herstel:
- Fase 1: Ontsteking 0-3 dagen
- Fase 2: Proliferatie 4-10 dagen
- Fase 3: Vroege remodellering 11-21 dagen
- Fase 4: Late remodellering 3-6 weken
- Fase 5: Transfer 6-12 weken
Behandelingen
- Ontstekingsfase: Proberen de zwelling te verminderen en de circulatie te verbeteren. De enkel wordt ingetaped.
- Proliferatiefase: De belasting wordt langzaam opgebouwd, en de enkel wordt weer opnieuw ingetaped.
- Vroege remodelleringsfase: Het verbeteren van de spierkracht, mobiliteit, stabiliteit en het lopen. Nog steeds wordt er ingetaped.
- Late remodelleringsfase: Verbeteren van de belastbaarheid, het lopen, tralopen en vaardigheden die nodig zijn voor thuis en op het werk.
- Transferfase: Sportspecifieke revalidatie. Er wordt geoefend om weer terug kunnen gaan sporten.