Hand-, voet- en mondziekte: symptomen, oorzaak & behandeling
Wat is hand-, voet- en mondziekte bij kinderen en volwassenen en hoe wordt het veroorzaakt? Hand-, voet- en mondziekte is een relatief veelvoorkomende en vrij onschuldige virusinfectie die meestal begint in de keel. Deze virusinfectie veroorzaakt blaren in de mond en op handen en voeten. Vooral kinderen worden door het virus getroffen, maar volwassenen die veel met kinderen werken, kunnen op de werkvloer ook besmet raken. De uitbraken hand-, voet- en mondziekte treden meestal in de zomer en de vroege herfst op. Soms ontstaan er kleine uitbraken van hand-, voet- en mondziekte in kinderdagverblijven of scholen. Er wordt wel eens gedacht dat hand-, voet- en mondziekte gevaarlijk is voor zwangeren, maar volgens de de GGD is er voor zwangere vrouwen geen verhoogd risico. Nadat een kind (of volwassene) de ziekte doorgemaakt heeft, kunnen de nagels groeistoornissen vertonen en zelfs loslaten. Dat is vaak even schrikken, maar de nagels groeien gewoon weer aan.
Wat is hand-, voet- en mondziekte?
Niet verwarren met mond- en klauwzeer
Hand-, voet- en mondziekte (afgekort HVMZ), niet te verwarren met mond- en klauwzeer (
MKZ), dat uitsluitend bij vee voorkomt en veroorzaakt wordt door een ander virus, is een relatief veelvoorkomende en vrij onschuldige virusinfectie die meestal begint in de keel. Deze ziekte wordt in vrijwel alle gevallen veroorzaakt door het coxsackievirus, hetgeen een enterovirus is. Enterovirussen worden vooral aangetroffen in de
darmen en de ontlasting. De naam van de ziekte is gegeven aan een verzameling ziekteverschijnselen, welke zich voordeden tijdens een ziekte-uitbraak veroorzaakt door het coxsackievirus in 1949.
Kinderziekte?
Deze virusinfectie veroorzaakt
blaren in de mond en op handen en voeten. Vandaar ook de naam van de aandoening. De ziekte duurt vaak maar enkele dagen. Als ook de keel is aangedaan, spreekt men van
herpangina. De ziekte treedt vooral op bij kinderen, maar volwassenen die beroepsmatig veel met kinderen in contact komen, kunnen in de werksituatie geïnfecteerd raken met het virus.
Vaak lichte klachten
Veelal verloopt hand-, voet- en mondziekte onschuldig, met zeer lichte klachten. Voor zwangere vrouwen is er geen verhoogd risico, maar
baby’s hebben de eerste tien dagen na de geboorte een grotere kans op een ernstiger verloop. Doch in geval de moeder antistoffen heeft, is het kind ook voldoende beschermd. Wanneer het kindje hoge koorts krijgt en/of suf wordt, waarschuw dan onverwijld je huisarts. Let erop dat je kindje genoeg drinkt, want door de
blaasjes in de mond kan door vrij pijnlijk zijn. Uitdroging ligt dan op de loer.
Is hand-, voet- en mondziekte gevaarlijk voor zwangeren?
Als je verder gezond bent is de aandoening meestal niet gevaarlijk. Volgens de de GGD is er voor zwangere vrouwen geen verhoogd risico. Sommige bronnen spreken van een licht verhoogde kans op een miskraam bij besmetting in het eerste trimester.
Is hand-, voet- en mondziekte gevaarlijk voor een baby?
Baby's tot 10 dagen hebben niet voldoende afweer en om die reden meer kans op een ernstiger beloop van hand-, voet- en mondziekte. Dit gebeurt niet vaak. Slechts in zeldzame gevallen kan een boreling hoge koorts krijgen en/of suf worden. Waarschuw in dat geval direct de huisarts. Indien de moeder antistoffen heeft, is het kind vaak ook voldoende beschermd. Let erop dat de baby voldoende drinkt, want door de blaasjes in de mond kan dit vrij pijnlijk waardoor je kindje minder drinkt.
Oorzaak, incidentie en risicofactoren hand-, voet- en mondziekte
Coxsackievirus
Hand-, voet- en mondziekte wordt meestal veroorzaakt door door coxsackievirus A, type 9 of 16 en soms door enterovirus, type 71.
Hoe verspreidt het virus zich?
De ziekte wordt verspreid van persoon tot persoon. Iemand kan besmet worden met het virus via aanhoesten en niezen (door druppeltjes die door hoesten en niezen in de lucht komen) direct contact met neus- en/of keelslijm, vocht uit blaren en ontlasting van besmette personen, maar ook de toiletbril, spoelknop, kraan, deurkruk en lichtknop van het toilet en via andere dingen waar een zieke mee heeft gespeeld of gewerkt, ook van hen die asymptomatisch zijn; dat wil zeggen dat ze geen ziekteverschijnselen vertonen. De ziekte is reeds besmettelijk voor anderen voordat iemand zelf klachten heeft. Tijdens de eerste week van de ziekte, is de hoeveelheid virus die uitgescheiden wordt groot. Daarna neemt de hoeveelheid mettertijd af en is de persoon steeds minder besmettelijk.
Incubatietijd
De tijd tussen de besmetting en de ontwikkeling van de eerste symptomen - incubatietijd genoemd - is ongeveer 3 tot 7 dagen. Het is zeer besmettelijk.
Leeftijd
De belangrijkste risicofactor is iemands leeftijd. De infectie komt het meest voor bij kinderen jonger dan 10 jaar, maar kan ook af en toe aangetroffen worden bij pubers, adolescenten en volwassenen. Vooral volwassenen die beroepsmatig veel met kinderen in contact komen, kunnen op de werkvloer geïnfecteerd raken met het virus. De uitbraken treden meestal in de zomer en de vroege herfst op.

Vervelling van de voet van een kind met hand-, voet- en mondziekte /
Bron: Gzzz, Wikimedia Commons (CC BY-SA-4.0)Klachten en symptomen hand-, voet- en mondziekte
Ziekteverschijnselen
De klachten en symptomen die kunnen optreden zijn:
- Na één of enkele dagen van ongesteld zijn in de zin van flauw en slap met eventueel koorts ontstaan er in de mond en op de handen en voeten rode plekjes die allengs overgaan in blaasjes. In de mond gaan deze blaasjes vaak stuk en vormen dan pijnlijke zweren die wel wat weg hebben van aften.
- Blaasjes op handen en voeten ontstaan meestal na één of twee dagen na die in de mond en na drie tot vier dagen verdwijnen deze weer vanzelf.
- De blaasjes op de handen, voeten jeuken eerst (jeukende handen en jeukende voeten) en doen daarna veel pijn en geeft een trekkerig gevoel.
- Na de zesde dag, beginnen handen en voeten te vervellen. Vingertoppen en tenen vervellen als eerste en daarna de gehele (onderkant van de) voet en hand(palm).
- Vaak gaat het gepaard met koorts en algeheel ziek-zijn.

Aangedane nagel bij tweejarig kind met hand-, voet- en mondziekte /
Bron: Martin SulmanBlaasjes en zweren
Kinderen met zweertjes in de mond willen vaak niet eten. Blaasjes zijn vaak na enkele dagen weer over, maar zweren kunnen drie tot vier weken aanhouden.
Billen
Eén op de drie kinderen met hand-, voet- en mondziekte krijgt ook uitslag op de billen in de vorm van kleine rode bultjes en pukkeltjes.
Verlies van nagels
Soms komt het voor dat kinderen (of volwassenen) die hand-, voet- en mondziekte hebben doorgemaakt hun vingernagels en teennagels (gedeeltelijk) verliezen. Dit fenomeen doet zich meestal voor binnen 4 weken nadat ze de ziekte hebben doorgemaakt, maar later kan ook. Het verlies van de nagel is tijdelijk en de nagel groeit normaal gesproken zonder medische behandeling weer aan.
Diagnose en onderzoek
Viruskweek
De diagnose wordt vaak gesteld op het oog. Ter bevestiging van de diagnose kan een viruskweek worden gedaan.
Differentiële diagnose
De volgende aandoeningen kunnen veel gelijkenis vertonen met hand-, voet- en mondziekte:
- Erythema exudativum multiforme (EEM);

Waterpokken als differentiële diagnose /
Bron: Camiloaranzales, Wikimedia Commons (Publiek domein)
- Varicella (waterpokken);
- herpangina (een goedaardige infectie van de keel die veroorzaakt wordt door het coxsackievirus);
- herpes simplex;
- Stomatitis aphtosa (en ziektebeeld gekenmerkt door het optreden van meerdere aften); en
- Vesiculopustuleuze bijwerking van chemotherapie.
Behandeling hand-, voet- en mondziekte
De ziekte verloop over het algemeen vrij mild en soms zelfs asymptomatisch. Er is geen inenting om de ziekte te voorkomen. Een specifieke behandeling ontbreekt. De symptomen kunnen met een aantal maatregelen verlicht worden. Bij koorts kan men
paracetamol geven. De huisarts kan indien nodig iets voorschrijven om de zweren te verzachten. Let erop dat het zieke kind voldoende drinkt. Neem contact op met de huisarts bij tekenen van
uitdroging, of als de toestand van het kind niet verbetert.
Moeten kinderen met hand-, voet- en mondziekte thuisblijven?
Als een kind zich goed voelt kan het volgens de GGD gewoon naar het kindercentrum of de school. Het kind is reeds besmettelijk voordat duidelijk is dat het kind hand-, voet- en mondziekte heeft. Een kind kan dus al andere kinderen hebben besmet en daarom helpt thuishouden van het zieke kind niet om verspreiding van hand-, voet- en mondziekte te voorkomen.

Gebruik altijd een schone handdoek om besmetting met hand-, voet- en mondziekte te voorkomen /
Bron: Pexels, PixabayTips om besmetting te voorkomen
Hoe kun je besmetting met het virus voorkomen?
- Gebruik bij hoesten en niezen een papieren zakdoek, gooi dit na gebruik direct weg en was daarna je handen.
- Maak ten minste eenmaal per dag, maar afhankelijk van de situatie vaker, het toilet schoon. Je kunt daarvoor gewone schoonmaakmiddelen gebruiken.
- Ventileer je woning voldoende.
- Verschoon ten minste eenmaal per dag de handdoek in het toilet, papieren handdoekjes hebben de voorkeur.
- Houd je nagels kort.
- Vermijd gemeenschappelijk gebruik van washandjes en handdoeken.
- Vermijd contact met vocht uit de blaasjes van kinderen met hand-voet-mondziekte.
- Reinig regelmatig speelgoed wat kinderen in de mond nemen.
Prognose
Een kind of volwassene met hand-, voet- en mondziekte geneest normaal gesproken binnen twee weken vanzelf. Je houdt er geen littekens aan over.

Blaasjes op de hand van een kind met hand-, voet- en mondziekte /
Bron: Gzzz, Wikimedia Commons (CC BY-SA-4.0)Hand-, voet- en mondziekte voor de tweede keer
Kan je hand-, voet- en mondziekte voor de tweede keer krijgen? Je lichaam wordt immuun tegen die bepaalde virusstam die de aandoening bij jou heeft veroorzaakt. Het is evenwel mogelijk dat je voor een tweede keer besmet raakt door een andere virusstam.
Complicaties
Bij minder dan 1% van de infecties die gepaard gaan met klachten, ontstaan ernstige complicaties (vooral bij EV71). Hierbij kan gedacht worden aan:
- aseptische meningitis (meningitis of hersenvliesontsteking waarbij geen bacteriële infectie kan worden aangetoond);
- hersenstamencefalitis en/of slappe paralyse (gekenmerkt door extreem zwakke spieren en achteruitgang van spiertonus);
- myocarditis (een ontsteking van de hartspier);
- longbloedingen;
- longoedeem door hersenstamontregeling;
- hepatitis (leverontsteking);
- diarree;
- ernstige polio-achtige complicaties.
- sporadisch zijn ook van CA16 ernstige complicaties en zelfs overlijden beschreven.
Lees verder