Pneumothorax (klaplong)
Pneumothorax is de medische term voor een klaplong. Bij een klaplong zit er lucht in de borstholte, in de ruimte tussen het long- en het borstvlies. Dit zorgt ervoor dat de long samenvalt, oftewel in elkaar klapt, vandaar de naam klaplong. Een klaplong geeft meestal de klachten van pijn in de borstkas, kortademigheid en een belemmering bij het ademhalen. Een klaplong kan op meerdere manieren worden behandeld, maar wordt meestal conservatief behandeld.
Indeling
Wat is een pneumothorax (klaplong)?
Pneumothorax is de medische term voor een
klaplong. Bij een klaplong zit er lucht in de borstholte, in de ruimte tussen het long- en het borstvlies. Dit zorgt ervoor dat de long samenvalt, oftewel in elkaar klapt, vandaar de naam klaplong. Een pneumothorax ontstaat meestal spontaan. Een klaplong kan echter ook ontstaan na een medische ingreep of bij aandoeningen van het long- of borstvlies. Bij een klaplong kan de long gedeeltelijk of geheel samenvallen. De klachten bij een pneumothorax zijn vaak ernstiger als een groter gedeelte van de long is samengevallen.
Hoe vaak komt een pneumothorax (klaplong) voor?
In Nederland komt een klaplong jaarlijks voor bij 0,005% tot 0,01% van de inwoners. Een klaplong komt vaker voor bij mannen dan bij vrouwen, in de verhouding 4:1.
Wat zijn de klachten/symptomen bij een pneumothorax (klaplong)?
Een klaplong geeft meestal de volgende klachten:
- pijn in de borstkas
- kortademigheid
- een belemmering bij het ademhalen
Hoe ontstaat een pneumothorax (klaplong)?
Een spontane klaplong ontstaat als er een lek ontstaat in het longvlies, dit gebeurt meestal op een zwakke plek in dit longvlies. Deze zwakke plek bevindt zich meestal in het bovenste gedeelte van de long. Door dit lek komt er lucht uit de luchtwegen in de borstholte. Het is niet precies bekend waardoor dit lek ineens optreedt. Het is wel bekend dat een spontane klaplong relatief vaak voorkomt bij magere mannen tussen de 15 en de 40 jaar. Een spontane klaplong komt ook vaker voor bij rokers dan bij niet-rokers. Verder zijn longziekten zoals COPD, taaislijmziekte (cystic fibrosis) en tuberculose ook geassocieerd met spontane klaplongen.
Naast de bovengenoemde risicofactoren kunnen ook snelle drukveranderingen, zoals bij vliegen of duiken, leiden tot een klaplong, maar dat komt slechts zelden voor. Vaker treedt een klaplong op na medische ingreep, de oorzaak is dan meestal beschadiging van het borstvlies.
Wat is de behandeling van een pneumothorax (klaplong)?
De behandeling van een klaplong hangt af van de grootte en de uitgebreidheid.
Een kleine pneumothorax hoeft niet te worden behandeld en herstelt spontaan, dit wordt dus niet zo zeer behandeld maar eerder vervolgd door de tijd met behulp van röntgenfoto´s. Tijdens de eerste dagen wordt aangeraden om rust te houden en door regelmatig röntgenfoto's te maken wordt gecontroleerd of de klaplong spontaan herstelt.
Een uitgebreidere klaplong moet vaak wel worden behandeld. Er wordt dan allereerst een
drain in de borstholte gebracht. Een drain is een plastic slangetje. Deze wordt aangesloten op een opvangpot die gevuld is met een laagje steriel water. Via dit systeem ontsnapt de lucht uit de borstkas, de lucht kan dan niet meer terug dankzij het laagje water. Als de long, ondanks de drain, na enkele dagen nog niet samenvalt, dan kan de drain weer worden verwijderd. Er moeten dan wel regelmatig röntgenfoto’s worden gemaakt.
Om een recidief (herhaling van de klaplong) te voorkomen kunnen het longvlies en het borstvlies aan elkaar worden geplakt. Het
plakken gebeurt door een ontstekingsreactie tussen deze vliezen te veroorzaken, hierdoor ontstaat verlittekening waardoor de vliezen weer aan elkaar hechten.
Het plakken kan op verschillende manieren gebeuren:
- Door via de drain een talk in te spuiten.
- Door via een kijkoperatie (thoracoscopie) een plakkende stof tussen de vliezen te brengen.
- Door met een kijkoperatie van de borstkas (VATS) de longvliezen ruw te maken en eventueel kapotte longblazen te verwijderen, dit gebeurt onder narcose.
- Door via een mini-thoracotomie (een borstkasoperatie onder narcose) eventueel kapotte longblazen en een deel van de buitenste longvliezen te verwijderen, dit vergroot het plakgebied, waarna geplakt kan worden.