Montignac dieet: het snelle afslankplan
Het snelle afslankplan is een onderdeel van het Montignac dieet. Het snelle afslankplan is naast afvallen bedoeld om de alvleesklier en stofwisseling te normaliseren. Wanneer je afvallen wilt met het Montignac dieet begin je met het snelle afslankplan, om vervolgens over te stappen op het gewichtscontrole plan.
Het snelle afslankplan
Wanneer je snel en blijvend af wilt slanken vormt het snelle afslankplan een goede start. Het snelle afslankplan heeft als doel het normaliseren van de alvleesklier en het verhogen van de stofwisseling. Dit wordt gedaan met behulp van koolhydraten met een lage
glykemische index.
Normaliseren van de alvleesklier
Wanneer je
overgewicht hebt is de kans zeer groot dat je alvleesklier ontregelt is. De alvleesklier is een orgaan dat zich onder meer bezig houdt met de spijsvertering en het afscheiden van belangrijke hormonen. Bij veel mensen met overgewicht is de alvleesklier
overgevoelig voor slechte koolhydraten. Als reactie op deze slechte koolhydraten en de verhoogde bloedsuikerspiegel wordt te veel insuline geproduceerd. Het snelle afslankplan helpt je de juiste koolhydraten te kiezen zodat de alvleesklier weer kan ontspannen.
Het verhogen van de stofwisseling
Wanneer de werking van alvleesklier ontregeld is, is de
stofwisseling verre van optimaal. Door het normaliseren van de werking van de alvleesklier verbetert men de stofwisseling waardoor men het streefgewicht gemakkelijker kan bereiken en vasthouden.
Duur van het dieet
Vooral in het begin zal je veel gewicht verliezen. Veel mensen hebben dan de neiging te stoppen met het dieet, waardoor het bekende
jojo effect ontstaat. Het is echter belangrijk om - ook als je je streefgewicht reeds bereikt hebt - het dieet minstens een maand (en liever nog minimaal drie maanden) vol te houden. Het doel van het dieet is immers niet enkel afvallen, maar ook het normaliseren van de alvleesklier en de spijsvertering.
Basisregels voor snel afslanken met het snelle afslankplan
- Sla nooit een maaltijd over en eet je maaltijden netjes verspreid over de dag
- Ontbijt óf met het koolhydraat-eiwitontbijt óf het eiwit-vetontbijt, maar onthoud dat het laatste ontbijt slechts eenmaal per week genuttigd mag worden
- Er zijn twee typen lunch en diner: de eiwit-vet maaltijd (bestaande uit eiwit en koolhydraten met een GI van ≤35) en de vezelrijke koolhydraatmaatlijd (koolhydraten met GI tot 50, maar zonder verzadigde vetten)
- Neem maximaal vier vezelrijke koolhydraat maaltijden per week
- Het diner moet altijd lichter zijn dan de lunch
- Verban suiker in alle vormen
- Vermijd caffeïnehoudende dranken (caffeïne stimuleert de alvleesklier om meer insuline te produceren)
- Matig met alcoholhoudende consumpties
- Vermijd consumpties met verzadigde vetten en koolhydraten met een GI van ≥35
Ontbijt: koolhydraat-eiwitontbijt en het eiwit-vetontbijt
Koolhydraat-eiwitontbijt
Deze ontbijtoptie moet men eigenlijk minstens vijf keer per week eten. Dit ontbijt bestaat uit weinig tot geen vet, mager tot zeer mager eiwit en een koolhydraten met een lage glykemische index. In het snelle afslankplan mag je enkel 's morgens bij het ontbijt brood, en op andere momenten niet. 's Morgens is de bloedsuikerspiegel namelijk het laagst waardoor de alvleesklier nog geen overmatige reactie zal geven. Het eiwitelement van dit ontbijt bestaat uit een product met zeer weinig verzadigde vetten, zoals vetvrije magere witte kaas. Magere melk, kwark of yoghurt zijn ook goede opties.
Eiwit-vetontbijt
Dit ontbijt mag je maximaal tweemaal per week eten omdat het een hoog gehalte aan verzadigde vetten heeft. Het eiwitelement bestaat uit ham, kaas, vis of ei. Zorg er voor dat dit ontbijt geen koolhydraten met een GI boven de 35 heeft. Brood en toast zijn dus geen opties. Het vetelement bestaat uit bijvoorbeeld een plakje bacon op het ei.
Lunch
Koolhydraat-eiwitlunch
Deze lunch mag je maximaal drie tot viermaal in de week gebruiken en bestaat uit een soepje of gehakte of gestoomde groenten met een GI tot 35. Hiervoor kan je bijvoorbeeld groenten als broccoli, paprika en spinazie gebruiken. Het hoofddeel van deze maaltijd moet bestaan uit vezelrijke koolhydraten met een GI tot 50, maar geen brood! Kies bijvoorbeeld voor harde tarwespaghetti (al dente!) of sperziebonen.
Eiwit-vetlunch
Deze maaltijd moet primair bestaan uit een eiwitbron, zoals kip, eieren of vlees. Combineer deze eiwitten echter nooit met slechte koolhydraten zoals bloem. Het is verstandig deze maaltijd te beginnen met een groentensoep van groenten met een lage GI. Je kan de soepen het beste zelf maken, want veel kant en klare soepen bevatten allerlei toegevoegde verborgen suikers.
Diner
Vezelrijk koolhydraatdiner
Het diner moet lichter zijn dan de lunch. Dit betekent dat het diner meer groenten met een lage GI dient te bevatten en minder vezelrijke koolhydraten en vetten dan de lunch.
Het koolhydraat-eiwitdiner bevat zeer weinig vet en mag maximaal drie tot vier keer per week gegeten worden. Je mag koolhydraten eten met een GI tot 50, zolang je deze maar niet combineert met veel vet. Dit diner mag enkel op de dagen dat men een eiwit-vetlunch eet gegeten worden om voor een evenwichtige voeding te zorgen.
Het voorafje kan het best bestaan uit een heldere bouillion of gepureerde soep van groenten met een GI tot 35. De hoofdmaaltijd moet bestaan uit een vezelrijk koolhydraat met een GI van 50 of lager. Denk bijvoorbeeld aan bruine rijst, kikkererwten of vollegranen spaghetti (al dente). Gebruik zo min mogelijk
Eiwit-vetdiner
Het eiwit-vetdiner lijkt sterk op de eiwit-vetlunch. Het diner bevat echter minder vet en meer groenten met een lage GI. Dit diner kan je de hele week door eten. Het voorafje mag best wat vet bevatten, maar geen koolhydraten met een GI van meer dan 35.
Het eiwitelement kan bestaan uit kip, eieren, vlees of vis. Je mag echter een kleinere portie dan bij de eiwit-vetlunch. Vis of mager vlees als kip zijn gezonder dan vlees.
Tussendoortjes
Wanneer je een stevige lunch genomen hebt, heb je dikwijls geen honger meer tot aan de avondmaaltijd. Het kan echter voorkomen dat je behoefte hebt aan een tussendoortje. Wanneer je afvallen wilt is het verstandig tussendoortjes met een GI van 35 of hoger, zoals koekjes, chips en popcorn, te vermijden.
Eiwitten geven je, in tegenstelling tot koolhydraten, een vol gevoel. Eiwitrijke tussendoortjes zijn daarom het verstandigst, zoals kaas of vlees. Andere ideale tussendoortjes zijn rauwkost van wortelen, tomaten en paprika's of noten zoals amandelen, walnoten of hazelnoten. Fruit kan ook, maar wordt snel verteerd waardoor je snel weer honger hebt.