Ben ik te zwaar? Ben ik te dik? En is dit gevaarlijk?
Een veelgestelde vraag is, ben ik te zwaar of ben ik te dik? Om dat te kunnen weten, moeten we eerst vaststellen wat 'te zwaar' precies is. Wanneer is iemand te zwaar? Daarnaast moet ook het belang van 'te zwaar zijn' worden uitgelegd. Hoe zit het bijvoorbeeld met een afgetrainde bodybuilder die alleen maar spiermassa heeft? En als ik volgens de 'maatstaven' te zwaar ben, is dit dan ook gevaarlijk?
'Te zwaar' en 'te dik'
De termen 'ik ben te zwaar' en 'ik ben te dik' worden vaak door elkaar gebruikt. Nu zal de doorsnee Nederlander die te zwaar is zichzelf ook te dik vinden, maar het is absoluut niet hetzelfde. Neem een afgetrainde bodybuilder die louter spiermassa heeft. Hij zal zichzelf misschien wel te zwaar vinden, en de 'maatstaven' zullen dat dan ook wel aangeven, maar te dik is hij waarschijnlijk niet. Ook zal hij het geen probleem vinden dat hij te zwaar is: zijn gewicht zit hem immers in de spiermassa en niet in het vet.
Wat heb je aan de Body Mass Index (BMI)?
Een van die maatstaven om te kunnen zeggen of iemand te zwaar is - en dus niet of iemand te dik is(!) - is de Body Mass Index. Het is meteen ook de meest gebruikte maat. De Body Mass Index geeft aan of iemand een gezond gewicht heeft. Een gezond gewicht is een gewicht dat gegeven de leeftijd en lengte van de persoon niet te hoog en niet te laag is. De uitslag van de BMI is een score en deze score geeft aan of je:
- te licht bent voor je lengte;
- een goed gewicht hebt voor je lengte;
- te zwaar bent voor je lengte.
Het is nu heel erg belangrijk om te realiseren dat de BMI in de praktijk voor de doorsnee Nederlander een goed beeld geeft van 'gezond gewicht'. Hiermee probeer ik te zeggen dat in de praktijk iemand met een hoog gewicht voor zijn lengte (en dus een hoog BMI) ook veel lichaamsvet heeft en ook voor die test niet zal 'slagen'.
Speciaal voor de doorsnee Nederlander - dus niet de topsporter - zal hier worden weergegeven hoe je de BMI kan berekenen.
Body Mass Index = (lichaamsgewicht in kilogram) / (lichaamslengte in meter * lichaamslengte in meter).
Is je BMI lager dan 18,5, dan ben je te licht voor je lengte. Is je BMI tussen de 18,5 en 25, dan past je gewicht goed bij je lengte. Is je BMI hoger dan 25, dan ben je te zwaar voor je lengte?
Je vetpercentage zegt meer dan je BMI
Ik heb eerder het voorbeeld van de bodybuilder gegeven. Hij is het ideale voorbeeld van het feit dat BMI een vertekend beeld kan geven. De BMI van een bodybuilder zal immers vrijwel altijd te hoog zijn. Moet hij dan afvallen? Dat ligt eraan. Het ligt aan de hoeveelheid vet die de bodybuilder heeft. Voor een doorsnee Nederlander zal de uitslag van de BMI-test dezelfde kant op wijzen als de uitslag van de vetmeting. Voor topsporters hoeft dit echter niet het geval te zijn. Gelukkig zien huisartsen en diëtisten dat tegenwoordig ook in en worden er ook vetmetingen gedaan. Een betrouwbare manier om die vetmeting te doen is via huidplooimetingen. Hierbij kan zeer nauwkeurig het vetpercentage worden vastgesteld. Een gezond vetpercentage verschilt voor mannen en vrouwen. Voor mannen tussen de 18 en 30 jaar ligt een gezond vetpercentage tussen de 7 en 20%, maar verschuiven zowel de boven- als ondergrens omhoog naarmate de leeftijd toeneemt. Voor een man tussen de 61 en 70 jaar ligt een gezond vetpercentage bijvoorbeeld tussen de 13 en 23%. Als uitgangspunt kan onderstaand schema worden genomen (American Council on Exercise):
Beschrijving | Vrouw | Man |
Essentieel vet | 10-13% | 2-5% |
Atleten | 14-20% | 6-13% |
Fitness | 21-24% | 14-17% |
Gemiddeld | 25-31% | 18-24% |
Obesitas | 32%+ | 25%+ |
Vetmetingen zijn echter soms nog lastig en een meting van de
middelomtrek is een stuk makkelijker. Als iemand veel vet heeft, dan zit dit meestal in en rond de buik. Hier is vet ook het meest nadelig. Als men dus de buikomtrek van een persoon meet en deze is groot, dan is de kans ook groot dat iemand veel vet heeft. Ook de topsporter zal nu aan de positieve kant van de meting vallen, hij heeft immers geen grote buik. Hieronder staat een tabel van de middelomtrek van mannen en vrouwen en het gezondheidsrisico dat eraan gebonden is.
Mannen | Vrouwen | Gezondheidsrisico |
Kleiner dan 94cm | Kleiner dan 80cm | Geen gezondheidsrisico |
Tussen 94 en 102cm | Tussen 80 en 88cm | Gevarenzone |
102cm of meer | 88cm of meer | Verhoogd gezondheidsrisico |
Is het gevaarlijk om te zwaar te zijn?
Dat ligt eraan. Het is niet eenduidig te zeggen of het gevaarlijk is om te zwaar te zijn. Hiervoor dient men echt vetmetingen uit te voeren. Pas dan is er een eerlijk beeld over de gezondheid van een persoon gegeven worden. Laat je dus niet misleiden door je weegschaal en de BMI-metingen, maar zorg dat je structureel je (buik)vet meet. Blijft dit binnen de juiste marges, dan is er geen reden om je druk te maken. Het is immers vet dat schadelijk is en niet je gewicht!