Vasectomie (sterilisatie bij de man)

- Risicogroepen
- Ouderen
- Mannen met genetische aandoeningen
- Patiënten met bepaalde medische aandoeningen
- Voor de ingreep
- Praktisch
- De ingreep
- Na de ingreep
- Complicaties en bijwerkingen
- Alarmsymptomen en complicaties
- Infectie
- Bloeding en hematomen
- Langdurige pijn of ongemak
- Spontane reversie van de vasectomie
- Contact opnemen met de arts
- Controle onvruchtbaarheid: Spermaonderzoek
- Gevolgen van een vasectomie
- Psychologische en relationele aspecten
- Impact op de relatie
- Psychologische gevolgen voor de patiënt
- De rol van genetisch advies
- Juridische en ethische overwegingen
- Juridische aspecten
- Ethische overwegingen
- Verhouding tot andere anticonceptiemethoden
- Vergelijking met andere methoden
- Voordelen ten opzichte van andere methoden
- Praktische tips voor het leven met / omgaan met vasectomie
- Zorg voor een goede nazorg
- Controleer op complicaties
- Verwacht enige tijd voor het volledige resultaat
- Ondersteun je herstel met een gezond voedingspatroon
- Houd rekening met je mentale welzijn
- Misvattingen rond vasectomie
- Een vasectomie heeft onmiddellijke werking
- Een vasectomie is extreem pijnlijk
- Een vasectomie vermindert seksuele prestaties
- Een vasectomie verhoogt het risico op ernstige gezondheidsproblemen
- Een vasectomie leidt tot een hormonale disbalans
- Een vasectomie is moeilijk of onmogelijk om te herstellen
- Een vasectomie verhoogt de kans op complicaties en infecties
Risicogroepen
Er zijn bepaalde risicogroepen die vaker overwegen om een vasectomie te ondergaan. Deze beslissing is vaak gerelateerd aan specifieke levensomstandigheden of medische overwegingen. Het is belangrijk dat patiënten in deze groepen goed geïnformeerd zijn over de procedure en de gevolgen ervan.Ouderen
Ouderen die geen kinderen meer willen krijgen, kunnen besluiten tot een vasectomie als een definitieve anticonceptiemethode. Dit geldt vooral voor ouderen die een stabiele relatie hebben en geen verdere gezinsuitbreiding overwegen.Mannen met genetische aandoeningen
Mannen die drager zijn van genetische aandoeningen die ze niet willen doorgeven aan hun kinderen, kunnen ervoor kiezen een vasectomie te ondergaan. Dit kan ook het geval zijn bij patiënten die genetisch advies hebben gekregen over de risico’s van het doorgeven van erfelijke ziektes.Patiënten met bepaalde medische aandoeningen
Mannen die lijden aan medische aandoeningen die de vruchtbaarheid beïnvloeden, zoals bepaalde hormoonstoornissen of chronische ziektes, kunnen een vasectomie overwegen als alternatief voor andere vormen van anticonceptie. In sommige gevallen kan de ingreep worden aangeraden om verdere gezondheidsproblemen te voorkomen.Voor de ingreep
Voor een vasectomie onder lokale verdoving hoeft de patiënt niet nuchter te zijn. Indien de ingreep onder algemene verdoving plaatsvindt, moet de patiënt wel nuchter zijn. Het kan noodzakelijk zijn om tijdelijk te stoppen met het gebruik van bloedverdunners (medische term: anticoagulantia) om het risico op nabloedingen te verkleinen. Dit moet altijd in overleg met de uroloog gebeuren. De dag van de ingreep dient de patiënt de haren van de balzak en de liezen zorgvuldig te scheren om infecties te voorkomen en een betere wondheling te bevorderen. Het scheren kan het beste gebeuren met een scheermesje in een warm bad. Een strak zittende onderbroek of zwembroek is nuttig om de balzak extra ondersteuning te geven, en deze dient de patiënt mee te nemen. De patiënt moet tot slot vlak voor de ingreep zijn broek en onderbroek uitdoen.Praktisch
Het is verstandig om een dag vrij te nemen voor de ingreep. De totale duur van de vasectomie bedraagt meestal vijftien tot twintig minuten. De ingreep gebeurt poliklinisch, wat betekent dat de patiënt na de operatie weer naar huis mag. Vasectomie wordt vaak uitgevoerd onder plaatselijke verdoving, hoewel een algemene verdoving soms wordt toegepast na overleg met de patiënt.De ingreep
De patiënt ligt met de rug op het behandelbed. Eerst desinfecteert de verpleegkundige of uroloog de balzak. Vervolgens plaatst de uroloog steriele doeken rond het operatiegebied die de patiënt niet mag aanraken. Twee injecties met verdoving worden in de huid van de balzak aan beide zijden toegediend. Zodra de verdoving is ingewerkt, maakt de uroloog een kleine incisie aan beide zijden om de zaadleiders bloot te leggen. Een stukje van elke zaadleider wordt verwijderd en de uiteinden worden dichtgebonden. Deze procedure wordt aan beide zijden herhaald. Om te controleren of het daadwerkelijk de zaadleiders zijn, worden de verwijderde stukjes microscopisch onderzocht. Het is normaal dat de patiënt tijdens de ingreep een trekkend gevoel in de liezen en onderbuik ervaart, omdat de zaadleiders door het lieskanaal lopen. De wondjes worden gesloten met hechtingen. Sommige urologen gebruiken hechtingen die vanzelf oplossen na ongeveer een week, terwijl andere hechtingen door de huisarts moeten worden verwijderd.Na de ingreep
De patiënt dient vervoer naar huis te regelen. In de eerste uren na de ingreep kan ijs worden aangelegd om zwelling te verminderen. Er zijn gaasjes op de wondjes geplakt die één tot twee dagen moeten blijven zitten. De pleisters kunnen de ochtend na de ingreep worden verwijderd. De huidhechtingen lossen binnen één tot twee weken vanzelf op. De dag van de ingreep en de volgende dag moet de patiënt rust nemen en zware lichamelijke activiteiten en sporten vermijden. Zwemmen wordt afgeraden totdat de wondjes volledig genezen zijn. Douchen is mogelijk nadat de gaasjes zijn verwijderd, maar voorzichtigheid is geboden bij het gebruik van zeep. Baden is toegestaan na vijf dagen. Geslachtsgemeenschap is mogelijk, maar de patiënt moet het rustig aan doen. Zware fysieke activiteiten en werkzaamheden dienen de eerste dagen na de operatie vermeden te worden.Complicaties en bijwerkingen
Na de ingreep kan het gebied gevoelig, branderig of pijnlijk (testikelpijn) zijn zodra de verdoving is uitgewerkt. Het gebruik van een pijnstiller zoals paracetamol is toegestaan. De huid kan rood zijn en er kan een blauwe plek optreden op de balzak of de basis van de penis. Het is normaal om enkele dagen een zwaar gevoel in de onderbuik te ervaren, wat kan verergeren bij inspanning. Dit verdwijnt meestal vanzelf. Het is ook normaal om een beetje bloed of vocht uit de wondjes te verliezen. Wondinfecties en nabloedingen komen zelden voor. Zeer sporadisch kan er een tijdelijk gevoel van stuwing optreden, wat pijnlijke sensaties kan veroorzaken voorafgaand aan een zaadlozing.Alarmsymptomen en complicaties
Hoewel een vasectomie doorgaans een veilige en succesvolle ingreep is, kunnen er complicaties optreden. Het is essentieel dat patiënten op de hoogte zijn van de mogelijke alarmsymptomen en complicaties die zich kunnen voordoen na de operatie, zodat ze snel actie kunnen ondernemen indien nodig.Infectie
Een van de meest voorkomende complicaties na een vasectomie is infectie op de plaats van de incisie. Symptomen zoals roodheid, zwelling, pijn of koorts kunnen wijzen op een infectie. Het is belangrijk om onmiddellijk contact op te nemen met de arts bij deze symptomen om behandeling te ontvangen.Bloeding en hematomen
Bloeding kan optreden na de ingreep, wat kan leiden tot de vorming van hematomen (bloedophopingen) in het scrotum. Deze kunnen pijn veroorzaken en moeten in sommige gevallen worden behandeld door een arts.Langdurige pijn of ongemak
Sommige patiënten ervaren langdurige pijn of ongemak na de vasectomie, wat kan leiden tot chronische testiculaire pijn (post-vasectomie pijnsyndroom). Dit kan behandeld worden met medicatie of in zeldzame gevallen door een aanvullende ingreep.Spontane reversie van de vasectomie
In uitzonderlijke gevallen kan een vasectomie vanzelf omkeren, wat betekent dat de zaadleiders opnieuw verbinding maken. Dit is zeldzaam, maar kan invloed hebben op de vruchtbaarheid. Het is belangrijk om te weten dat de procedure als onomkeerbaar wordt beschouwd, ondanks dat er gevallen van spontane reversie zijn.Contact opnemen met de arts
De patiënt dient contact op te nemen met de arts als de wondjes blijven bloeden, de balzak sterk gezwollen is, extreme pijn optreedt of als er koorts boven 38,5°C is (koorts).Controle onvruchtbaarheid: Spermaonderzoek
Omdat de man niet onmiddellijk onvruchtbaar is na de ingreep, moet hij gedurende deze periode nog voorbehoedsmiddelen gebruiken. Na twee tot drie maanden (na ongeveer 15-20 zaadlozingen) wordt een spermaonderzoek uitgevoerd om te bevestigen dat de man steriel is. Voor het onderzoek mag de man minimaal twee en maximaal zeven dagen geen zaadlozing hebben gehad.Op de polikliniek krijgt hij een schoon glazen potje dat niet opnieuw gereinigd mag worden. De totale hoeveelheid sperma moet in het potje worden opgevangen, aangezien een onvolledige zaadlozing de resultaten kan beïnvloeden. Het potje moet op kamertemperatuur worden gehouden. Zodra het sperma is opgevangen, moet het potje binnen één uur bij het laboratorium worden afgeleverd om de resultaten niet te beïnvloeden. Tijdens het transport moet het sperma op kamertemperatuur worden gehouden en rechtop blijven. Tot de resultaten van het spermaonderzoek bekend zijn, zijn adequaat gebruik van voorbehoedsmiddelen noodzakelijk. Als er geen zaadcellen meer aanwezig zijn, is de vasectomie geslaagd. De resultaten zijn meestal na vijf werkdagen beschikbaar, maar dit kan per ziekenhuis verschillen. In sommige gevallen is meerdere spermaonderzoeken nodig om te bevestigen dat alle zaadcellen verdwenen zijn.