Wat zijn luizen
Luizen zijn ongevleugelde parasieten die leven op de huid van dieren. Er bestaan allerlei soorten, waarvan er drie leven op de huid van de mens. Lichaamsluizen en schaamluizen zijn de minst bekende en komen ook veel minder voor dan hoofdluizen. De laatst genoemde kent iedereen en het zijn wel degelijk de vervelendste van de drie, want deze soort lijkt onuitroeibaar waardoor veel huismoeders, “ met de handen in het haar zitten”.
Verschillende soorten
Luizen zijn
ectoparasieten en leven op de
huid van dieren. Deze kleine vleugelloze insecten kunnen niet springen en de kleur varieert van grauw- grijs tot bruin. Het zijn ook hematofagen want net zoals muggen hebben ze bloed nodig om te kunnen overleven. Een volwassen luis leeft ongeveer zes weken en legt zeven tot acht eitjes per dag. Zonder bloed kunnen ze maximum twee dagen in leven blijven maar de sterkere luizen kunnen het iets langer volhouden. Er bestaan verschillende soorten luizen waarvan er zich drie
nestelen op de mens. De meest gekende is de hoofdluis.
De lichaamsluis of kleerluis:Pediculus humanus corporis
Deze luizen leven niet op de huid van de mens maar op de kledij. Ze worden via kledij en het beddengoed overgedragen. Verwaarloosde mensen met een groot gebrek aan hygiëne kunnen daar last van hebben. De beet van een lichaamsluis kan hevig jeuken waardoor de huid ontstoken raakt van het krabben en na een poos bruingrijs kleurt. Deze huid noemen ze een “landlopershuid”.
De schaamluis of platjes: Pediculosis pubis
Schaamluizen komen voor in de schaamstreek en worden meestal overgedragen via seksueel contact. Via het bedlinnen of langs het toilet kan er een besmetting ontstaan. Ze leven in het schaamhaar en plakken stevig vast tegen de huid. De symptomen zijn hevige jeuk. Schaamluizen kunnen behandeld worden zoals hoofdluizen.
Hoofdluizen: Pediculus humanus capitis
Hoofdluizen hebben is geen ziekte en ze kunnen ook geen ziekte overbrengen. Het zijn langwerpige, bruine tot grauw- grijze insecten en worden ongeveer vier mm lang. Er bestaan zowel mannetjes als vrouwtjes en belangrijk om te weten is dat hoofdluizen alleen op de mens parasiteren. Een mens kan dus geen luizen krijgen van dieren en omgekeerd, wat wel het geval is met vlooien. Deze vleugelloze beestjes kunnen zoals sommigen beweren niet springen. Ze klemmen zich stevig vast in het haar, dicht tegen de hoofdhuid en voeden zich met menselijk bloed. Af en toe nestelen ze zich ook in de wenkbrauwen, baard en snor. De luizen zelf zijn niet gevaarlijk maar ze bezorgen ons heel wat last. Een kind kan ook zichzelf letsels toebrengen door zijn hoofd krachtig te krabben.
Hoe krijg je luizen
De oorsprong van de luizenplaag is nog niet helemaal duidelijk maar het doet zich wel vaker voor bij hogere temperaturen.Het hebben van luizen wordt vaak geassocieerd met een gebrek aan hygiëne. Toch dient men te weten dat iedereen luizen kan krijgen, ook al houden we ons aan de meest doorgedreven hygiëne. Kinderen tussen drie en twaalf jaar zijn het grootste slachtoffer en kinderen met dik haar zijn vatbaarder.
Kinderen knuffelen, spelen, stoeien of slapen samen en vanaf het ogenblik dat een besmet hoofd tegen een ander hoofd komt, kruipen de luizen van de ene haardos in de andere. Hoofdluizen kunnen dus niet springen en vliegen maar wandelen van het ene hoofd naar het andere. Ze zijn heel besmettelijk en indien een kind luizen krijgt, kan het gemakkelijk het hele gezin aantasten. Hoofdluizen kunnen ook doorgegeven worden via gemeenschappelijk gebruik van mutsen, kammen, borstels, kledij en bedlinnen.
Het eerste alarmsignaal is jeuk
Jonge luisjes zijn heel moeilijk op te sporen. Ze verplaatsen zich heel snel en kunnen hun kleur aanpassen aan de haarkleur. Een jeukerig gevoel in het haar is een stevig signaal. Een luis heeft namelijk bloed nodig om te overleven en net zoals een mug voedt ze zich met het bloed van de mens. Ze hebben een vijftal keer per dag voedsel nodig waardoor er rode beetvlekjes ontstaan en jeuken. Deze jeuk wordt niet veroorzaakt door de beet zelf maar door een stof die de luis inspuit om stolling van het bloed tegen te gaan waardoor de huid irriteert. Hoofdluizen hebben behoefte aan warmte en vocht en nestelen zich het liefst achter de oren, in de nek en onder een paardenstaart, want daar is de luchtvochtigheid en de temperatuur voor een luis uitstekend.
Neten
Een volwassen luis legt zes tot acht larven per dag. De larve zit in een zakje, een neet genaamd en ze zijn ongeveer één millimeter groot. Neten worden soms wel eens verward met roos, maar roos is huidschilfer, spierwit en kleeft niet vast aan het haar. Neten daarentegen zijn grauw, doorschijnend en hebben zes tot acht waterafstotende gaatjes zodat de larve kan ademen. Dit wil zeggen dat sommige antiluis-producten de larven niet kunnen doden omdat ze er niet bij kunnen, dit door de waterafstotende gaatjes. Ze zitten gewoonlijk dicht bij de haarinplanting, stevig vastgeplakt in de buurt van de nek en oren. Na zeven dagen zijn de larven gevormd en komen uit. Neten zijn zeer moeilijk te verwijderen met als groot gevolg dat de cyclus opnieuw kan beginnen. Dode neten worden witachtig en zitten losser.
Correcte aanpak
Luizen kunnen heel gemakkelijk bestreden worden mits een correcte aanpak.
Lees verder