Darmklachten en voedselintolerantie door parasiet
Wie darmklachten heeft zoals buikpijn, opgeblazen gevoel, winderigheid, vermoeidheid en opgezette buik kan de ontlasting laten controleren op aanwezigheid van een parasiet. Van de Nederlandse bevolking heeft maar liefst een kwart een darmparasiet die verantwoordelijk is voor darmklachten. Kinderen die chronisch last van buikklachten hebben, hebben deze klachten dikwijls door een parasiet in de darmen. De oorzaak van glutenintolerantie kan een parasiet zijn, in plaats van gluten.
De oorzaak van glutenintolerantie kan een parasiet zijn, en niet de gluten
Darmklachten zoals buikpijn, opgeblazen gevoel en opgezette buik, winderigheid en diarree zijn erg vervelend. Voor een betere darmwerking kan men bijvoorbeeld probiotica gebruiken. Echter, als er sprake is van een parasiet in de darmen is het wenselijk om eerst de parasiet te elimineren, die behalve voor de darmklachten ook verantwoordelijk is voor vermoeidheid en misselijkheid. De mogelijkheid van een parasiet in de darmen wordt vaak over het hoofd gezien, ook bij kinderen. Kinderen die blijven klagen over buikpijn en misselijkheid, en die al langer last hebben van vermoeidheid zouden een darmparasiet kunnen hebben. Een huisarts kan meestal weinig met vage klachten als: buikpijn, last van darmen en misselijkheid en daarom is het goed om zelf de mogelijkheid van een parasiet te opperen wanneer er sprake is van deze klachten, zodat de ontlasting onderzocht kan worden op aanwezigheid van een parasiet. Door de aanwezigheid van een parasiet in de darmen ontstaan niet zelden andere klachten zoals: voedselintolerantie (gluten en/of lactose), allergieën, urticaria en haaruitval.
Welke darmparasieten zijn er?
Dientamobe fragilis
Deze parasiet wordt ook amoebe genoemd. Het is een cel met een trilhaar en is circa 1 cm groot. Deze parasiet komt in Nederland het meeste voor. Hoe besmetting verloopt is niet helemaal duidelijk, wel heeft hygiëne hiermee te maken. Het kan ook zijn dat aarsmaden met de parasieten besmet zijn. Maar liefst 25% van mensen met darmklachten hebben deze parasiet in de darmen. Behalve buikklachten en misselijkheid is men vermoeid en kan men huiduitslag en haaruitval hebben. Deze vermoeidheid stopt zodra de parasiet weg is.
Giardia lamblia
Van de kinderen in Nederland dragen 5% deze parasiet, die bij volwassenen minder voorkomt.
De Giardia Lamblia hecht zich met een zuignap aan de darmvlokjes en beschadigt zo de dunne darm. Aangezien de dunne darm onze voeding opneemt, wordt er minder voeding opgenomen door de parasiet. Dit heeft tot gevolg dat er vitaminen en mineralen verloren gaan. Wat weer resulteert in bloedarmoede en ijzertekort. Wanneer een kind deze parasiet in de darmen heeft, blijven zij achter in groei. Er kan een glutenallergie optreden, en men denkt dikwijls dat de glutenallergie de oorzaak is voor de groeiachterstand, terwijl de werkelijke oorzaak de parasiet is. Dus wanneer een kind een groeiachterstand heeft zou niet alleen gekeken moeten worden naar glutenallergie maar ook onderzocht moeten worden op de aanwezigheid van de parasiet Giarda. Helaas wordt de diagnose vaak gemist.
Blastocystis hominis
Ook deze diagnose wordt vaak gemist. De Blastocystis lijkt onder de microscoop namelijk op gist of schimmel. Een parasiet is een levende cel met celkernen en een Blastocystis heeft dit niet. De Blastocystis is niet onschadeloijk en beschadigd de darmwand. Deze parasieten vormen koloniën in een darm. Deze parasiet dringt binnen in de dikke darm en veroorzaakt een ontstekingsreactie van de slijmvliezen. Mensen die deze parasiet in de darmen hebben hebben minder witte bloedlichaampjes en het hemoglobinegehalte van het bloed is lager. Het opvallendste kenmerk van aanwezigheid van deze parasiet in de darmen is de enorme opgezette buik en winderigheid. Verdere symptomen zijn jeuk en gewrichtsklachten.
Hoe loopt men besmetting op
Een besmetting met een darmparasiet zit, vooral voor kinderen, maar in een klein hoekje.
Besmetting vindt plaats via de wc door kraan en deurknop. Tevens door contact met ontlasting. Mensen die in de verpleging werken, op een peuterspeelzaal of kinderdagverblijf, of rioolwerkzaamheden doen lopen een verhoogd risico. Ook via de voeding kan men besmet raken, door slecht gewassen fruit en groenten en bereiding van voedsel met ongewassen handen. Ook raakt men besmet van groente en fruit dat in vuil water gewassen is (buitenland). Een baby kan besmet worden tijdens de bevalling door ontlasting van moeder. Daarom is niet alleen onderzoek bij kinderen nodig maar tegelijkertijd bij de moeders.