Effecten van roken op het lichaam
Voor de mens is de ademhaling een zeer belangrijk proces in het lichaam. De ademhaling zorgt namelijk voor gaswisseling. Het schadelijke CO2 verlaat het lichaam via de longen en zuurstof uit de lucht wordt opgenomen. Zuurstof is belangrijk voor de werking van de organen van het menselijk lichaam. Door zuurstof is het namelijk mogelijk om energie uit het voedsel te halen door middel van verbranding. Hierdoor worden vervolgens ook bewegen en allerlei andere processen in het lichaam mogelijk. Het ademhalingssysteem is echter niet onschendbaar. De kwaliteit van de zuurstofopname in de longen kan namelijk op meerdere manieren worden beïnvloed. Bijvoorbeeld door: ziektes, genetische afwijkingen en externe factoren. Een bekende externe factor is roken. Deze staat ook wel bekend om zijn schadelijke effecten.
Aandoeningen
Het roken van een sigaret is een diep geïntegreerde gewoonte in de Nederlandse maatschappij. Volgens een onderzoek uit 2011 van het COR (continu onderzoek rookgewoonten), onderdeel van Stivoro, een stichting opgericht door het Nederlandse longfonds, rookt maar liefst 25% van de Nederlandse bevolking boven de 15 jaar wel eens een sigaret. Dit komt neer op meer dan 3.4 miljoen mensen. Van deze groep actieve rokers zijn er in 2009 meer dan 19 duizend mensen overleden door de directe of indirecte gevolgen van roken. Nu is het niet alleen zo dat het roken van een sigaret schadelijk voor jezelf is maar ook voor je directe omgeving. Hierbij moet je denken aan mensen die zelf niet roken maar wel rook inademen doordat bijvoorbeeld een familielid rookt. Dit wordt ook wel passief roken genoemd. Het meest recente onderzoek naar sterfgevallen onder meerokers, is gedaan in 2003 door de gezondheidsraad. Hieruit is gebleken dat er enkele honderden mensen zijn gestorven aan longkanker gekregen door het meeroken. Enkele duizenden mensen zijn overleden door hart en vaatziekten die ontstaan zijn door het meeroken.
In sigarettenrook zitten ongeveer 4000 chemicaliën waarvan 40 potentieel kankerverwekkende stoffen voor de mens. Twee ziekten zoals longkanker en COPD/ longemfyseem worden in belangrijke mate veroorzaakt door langdurig roken. Onze vraag is of het roken van sigaretten ook al na relatief korte tijd negatieve invloed heeft op de menselijke gezondheid zoals op de longfunctie. In een groot Amerikaans onderzoek uit 1996 bleek een negatief effect aantoonbaar van roken op de longfunctie bij Amerikaanse adolescenten.
De neus
Er wordt gesuggereerd dat roken het vermogen om te ruiken vermindert. Uit een onderzoek van drie tandheelkundigen uit 2001 uit het Nederlands Tijdschrift Tandheelkunde blijkt dat roken inderdaad invloed heeft op het reukvermogen. Dit onderzoek toonde een duidelijke resultaat. De drie tandheelkundigen bewijzen dat roken langdurige maar herstelbare schade toebrengt aan het vermogen om te ruiken.
De mond
Behalve dat roken invloed heeft op het reukvermogen, veroorzaakt roken ook een verminderde smaak. Dit komt doordat de mond eigenlijk in direct contact met de tabaksrook. Hierdoor komt het grootste aantal toxische stoffen in contact met de mond. Deze stoffen zullen de smaakpapillen aantasten, waardoor de smaak verminderd wordt. Een welbekend effect van roken is het verkleuren van de tanden, dit is in de afbeelding hiernaast te zien. De oorzaak hiervoor zijn de stoffen die in de tabaksrook aanwezig zijn. Nicotine speelt een rol bij tandverkleuring. Door nicotine worden de bloedvaten die in het tandvlees zitten nauwer, waardoor de bloedvaten minder toegankelijk worden voor afweercellen die tandplak bestrijden. De tandplak blijft dus zitten, waardoor de tanden geel worden en er kan ook tandvleesontsteking ontstaan.
Slokdarm
Nadat de sigarettenrook door de mond is gegaan, komt de slokdarm ermee in aanraking. De slokdarm is aan de binnenkant bedekt met een slijmvlies. De rook die men binnenkrijgt tast het slijmvlies aan. Bij ernstige schade is slokdarmkanker in het slijmvlies van de slokdarm het gevolg. Door de sigarettenrook raakt het genetisch materiaal van de slijmvliescellen beschadigd. Door die beschadigingen kan er een ongeremde cellengroei ontstaan, wat er voor zorgt dat er een gezwel ontstaat.
Er bestaan twee vormen van slokdarmkanker; de adenocarcinome- en de plaveiselcelcarcinome slokdarmkanker. De adenocarcinome slokdarmkanker ontstaat meestal in de weefselklieren van het onderste deel van de slokdarm. De plaveiselcelcarcinome slokdarmkanker ontstaat juist in het bovenste deel van de slokdarm. De kanker bevindt zich nu in de bovenste cellaag van het slijmvlies. Bij roken is er meestal spraken van plaveiselcelcarcinome slokdarmkanker omdat voornamelijk het eerste deel van de slokdarm in contact komt met sigarettenrook. Daardoor wordt dat deel van de slokdarm meer blootgesteld aan de vrije radicalen die sigarettenrook met zich meebrengt.
Nieren
Roken veroorzaakt aderverkalking, waardoor ook de nierslagader verkalkt kan raken. Daardoor wordt de kans groter dat er nierarteriestenose ontstaat, ook wel nierslagadervernauwing genoemd. Door deze vernauwing komt er te weinig bloed bij de nieren waardoor het bloed niet langer goed gefilterd wordt. Giftige stoffen gaan zich opstapelen in het bloed. Behalve gifophoping kan nierarteriestenose ook leiden tot een hoge bloeddruk. Dit heeft te maken met de signaalfunctie van de nieren. Wanneer er minder bloed door de nieren stroom, geven de nieren een signaal naar de hersenen. Dit signaal stimuleert de hersenen om de bloeddruk te verhogen zodat de nieren het bloed beter kunnen filtreren.
Alvleesklier
Roken verhoogt de kans op het krijgen van alvleesklierkanker. Dit werd onderzocht in een studie van het CHEARCH-programma, dat een onderdeel is van het instituut: International Agency for Research on Cancer. Het artikel verscheen op 6 december 1998. Uit het onderzoek bleek dat iemand die frequent rookt 95% meer kans heeft op het krijgen van alvleesklierkanker. Welk werkingsmechanisme hier achter zit is tot heden nog onbekend.
Blaas
Rokers hebben drie keer zoveel kans op blaaskanker dan niet rokers. Dit komt door dat de schadelijke stoffen van een sigaret uiteindelijk in het bloed terecht komen. Dit bloed wordt vervolgens schoongemaakt in de nieren. De nieren halen de schadelijke stoffen uit het bloed. Alvorens de uitscheiding, wordt de urine tijdelijk even opgeslagen. Sigarettenrook bevat onder andere arylamine, dit is een amine die blaaskanker veroorzaakt. Doordat deze stof na het roken tijdelijk wordt opgeslagen in de blaas verhoogt dit de kans op blaaskanker.