Wat gebeurt er lichamelijk en geestelijk tijdens de slaap
Een mens kan niet zonder slaap. Tijdens de slaap gebeurt er van alles, zowel in ons lichaam als in onze hersenen. Terwijl je lekker ligt te slapen worden er allerlei belangrijke 'herstelwerkzaamheden' uitgevoerd, zowel op lichamelijk als geestelijk gebied. Je wordt weer opgeladen voor de volgende dag. De slaap kent verschillende fases, met ieder hun eigen functie.
Bezuinig jij regelmatig op je nachtrust? Dat gebeurt snel. Het is misschien al wat later op de avond als je klaar bent met je verplichtingen en dan vinden de meeste mensen het fijn om nog even tijd voor zichzelf te hebben. Voor je het weet is het alweer laat en gaat de wekker weer vroeg. Maar tijdens de slaap vinden er belangrijke processen plaats. Wat er gebeurt, hangt af van de slaapfase waarin je je bevindt.
Fysieke processen die ervoor zorgen dat je slaperig wordt
Hoe komt het dat je, na een tijd wakker te zijn geweest, behoefte krijgt aan slaap? Dat heeft, voor zover het nu bekend is, met in ieder geval drie dingen te maken:
- je biologische klok
- de stof adenosine
- de stof hypocretine
Biologische klok
De biologische klok bevindt zich in de hersenen, in een deel vlak achter de ogen. Deze is onder andere verantwoordelijk voor de afgifte van het hormoon 'melatonine'. Dit is een hormoon dat ervoor zorgt dat je slaperig wordt / in slaap kunt vallen en kunt doorslapen. Als je wakker wordt, begint de opbouw van slaapdruk, langzaam neemt de behoefte aan slaap toe. Op een gegeven moment bepaalt de biologische klok dat het tijd is om te gaan slapen. Ook je organen volgen een 24-uursritme, aangestuurd door je biologische klok.
Adenosine
De stof adenosine komt vrij als hersencellen actief zijn. Om actief te kunnen zijn, hebben hersencellen brandstof nodig in de vorm van glucose. Het lichaam maakt zelf de benodigde glucose aan door de in het lichaam aanwezige stof glycogeen om te zetten in glucose. Bij dit stofwisselingsproces ontstaat er er adenosine als bijproduct. Adenosine onderdrukt de werking van de hersencellen, waardoor we ons (cognitief) vermoeid voelen.
Hypocretine
De hele dag vindt er een strijd plaats in je hersens tussen slaapverwekkende stofjes (zoals de hierboven beschreven adenosine) en activerende stofjes. De stof hypocretine fungeert als een soort scheidsrechter in deze strijd. Het voorkomt dat de slaapverwekkende stofjes overdag de strijd winnen. Doet hypocretine zijn taak niet goed, dan kan zich dat bijvoorbeeld uiten in narcolepsie, waarbij iemand overdag slaapaanvallen krijgt die niet te bedwingen zijn.
Slaapfases en lichamelijke processen tijdens deze fases
De slaapfases
De slaap bestaat uit verschillende fases waarin je dieper of minder diep slaapt.
- Fase 1: indommelen - dit is de fase tussen wakker zijn en slapen. Je kan nog nadenken maar je begint langzaam weg te zakken.
- Fase 2: lichte slaap - in deze fase is de slaap begonnen, maar deze is nog licht. Je kan nu nog makkelijk wakker worden gemaakt.
- Fase 3: diepe slaap - tijdens de diepe slaap is de hersenactiviteit het laagst, er vindt fysiek herstel plaats
- Fase 4: REM-slaap (ook wel 'droomslaap' genoemd) - dit is de fase waarin geestelijk herstel plaatsvindt. Ook zijn je dromen in deze fase het meest levendig.
In totaal duurt een cyclus van de slaapfases anderhalf tot twee uur.
Als deze 4 fases zijn doorlopen, maak je de fases in omgekeerde volgorde door (3-2). Hierna word je vaak even wakker (hier ben je je meestal niet van bewust) en val je daarna weer in een lichte slaap, waarna de slaapfases allemaal opnieuw doorlopen worden. Dit herhaalt zich tot je elke fase 3 à 5 keer doorlopen hebt. De duur van de fases verschilt echter per cyclus. De eerste drie keer dat je de slaapcyclus doorloopt, bestaat je slaap voor een groot deel uit diepe slaap. Vanaf de vierde cyclus heeft de diepe slaap nog maar een klein aandeel, de REM-slaap neemt dan de belangrijkste plek in.
Fysieke processen per slaapfase
Fase 1
De lichaamstemperatuur daalt met ongeveer 1 graad (onder invloed van de melatonine - slaaphormoon - die je aanmaakt) en je spieren ontspannen. Je oogbewegingen worden trager. Je kunt in deze 1e fase een slaapstuip krijgen, hoe dit kan ontstaan is nog niet helemaal duidelijk. Een van de theorieën is dat het te maken heeft met het feit dat je hersendelen niet allemaal tegelijk in slaap vallen. Zo kan het gebeuren dat het hersendeel dat je spieren aanstuurt al 'slaapt' (in rust is) waardoor je spieren dus ontspannen maar dat het deel dat zorgt voor je waarneming nog wakker is. Dit hersendeel registreert de ontspannen spieren en dat wordt aangezien voor 'vallen'. In een reflex spant het lichaam alle spieren aan.
Fase 2
De ademhaling wordt dieper en de hartslag daalt verder.
Fase 3
De ademhaling is in deze 3e fase het diepst en de hartslag het traagst. De diepe slaap is ook de fase waarin het menselijk groeihormoon in hoge mate vrijkomt. Groeihormoon wordt afgegeven door de klierl 'de hypofyse' en dit gebeurt zowel overdag als 's nachts. Maar de productie is 's nachts het hoogst. Bij kinderen stimuleert dit hormoon de lengtegroei. Volwassenen zijn uitgegroeid, maar ook zij kunnen niet zonder het groeihormoon.
Want, behalve stimuleren van groei, heeft dit hormoon nog veel meer functies, zoals: het behouden van sterke botten en spieren, bijdragen aan een fit gevoel en voldoende uithoudingsvermogen. Iemand die te weinig groeihormoon aanmaakt, kan naast zwakkere spieren/botten en een afgenomen uithoudingsvermogen, last krijgen van onder andere een toename van cholesterol/(buik)vet, een lagere hartslag en zuurstofopname. Ook een slechtere concentratie en een verminderde werking van het geheugen kunnen een symptoom zijn.
Fase 4
De droomslaap wordt ook wel REM-slaap genoemd. REM staat voor Rapid Eye Movement, ofwel: snelle oogbeweging. De ademhaling wordt weer wat oppervlakkiger en de bloeddruk gaat omhoog. De hartslag wordt sneller. Je arm- en beenspieren zijn in deze fase juist volledig ontspannen, ze zijn verlamd. Dit voorkomt dat je fysiek gaat reageren op wat je meemaakt in je droom.
Processen die niet slaapface-specifiek zijn
Ook zijn er nog een paar processen die in de beschikbare literatuur niet worden gekoppeld aan een specifieke slaapfase, zoals:
- Je bent langer: Je bent 's ochtends een paar cm langer dan 's avonds. Dat komt door je tussenwervelschijven. Deze schijven werken als een schokdemper voor je wervels. De kern van de schijven is geleiachtig en bestaat voor 80% uit water. Wanneer je zit of staat, ontstaat er druk op de tussenwervelschijven waardoor er vocht uitgeperst wordt. Je wordt wat kleiner. Als je in bed ligt, is de druk op de tussenwervelschijven lager, waardoor de wervels weer vocht opnemen en daardoor uitzetten. Daardoor word je wat langer.
- Slaapzand in je ogen: als je wakker wordt, heb je korrels in je ogen. Deze korrels bestaan uit bacteriën, dode huidcellen, slijm, olie en stof. Het ontstaat doordat je op je oog een soort slijmlaagje hebt, met daaroverheen een laagje olie. Dit houdt je ogen vochtig. Als je wakker bent, verwijderen de oogleden eventuele vuiltjes die in je oog komen door te knipperen. Als je slaapt knipper je niet, waardoor vuiltjes zich ophopen in de hoekjes van je ogen, samen met een gedeelte van het slijm- en olielaagje.
Geestelijke processen als je slaapt
Slaap is niet alleen nodig om je lichaam gezond te houden, ook je brein krijgt een onderhoudsbeurt. Daar waar de diepe slaap met name zorgt voor het lichamelijke herstel, is de REM-slaap/droomslaap er vooral voor het geestelijke herstel. Overdag maak je allerlei hersenverbindingen aan, maar de hersenen hebben een beperkte capaciteit. Er moeten dus verbindingen gewist worden, afgezwakt of herordend. De slaap is daar een goede gelegenheid voor omdat het brein dan niet wordt overladen met nieuwe indrukken, anders is het 'dweilen met de kraan open'. Misschien herken je wel dat er een gebeurtenis is, die 's avonds heel groot lijkt en waarover je de volgende ochtend je schouders ophaalt. Je hersenen zijn tijdens de slaap bezig geweest met het verwerken van de gebeurtenis.
Behalve het herorganiseren of wissen van hersenverbinding, vindt er mogelijk nog een ander soort schoonmaak plaats. Onderzoekers ontdekten bij muizen namelijk het volgende: de hersencellen van de muizen krimpen tijdens hun slaap. Daardoor komt er tot 60% meer ruimte tussen de hersencellen en stroomt het hersenvocht soepeler. Eiwitten worden tweemaal sneller afgevoerd.
Slaapfeiten uit de natuur
- Ook dieren slapen (of álle dieren slapen is niet bekend, niet alle dieren zijn al onderzocht op wel/niet slapen en bij heel kleine dieren is het moeilijk vast te stellen omdat hersenonderzoek bij hen lastig is)
- Zelfs bomen slapen: hun takken hangen 's nachts verder naar beneden, met zonsopgang veren de takken weer op.
- Echte langslapers onder de dieren zijn: behaard gordeldier en de wangzakmuis (zij slapen 21/20 uur per 24 uur)
- Daartegenover staan de kort-slapers: paard, giraffe, Afrikaanse olifant
- Koeien kunnen staand slapen, maar ze dromen alleen als ze liggen