Rozenwortel, zijn geschiedenis
Rozenwortel een plant met toekomst heeft een minder bekend maar boeiend verleden. Wat zeggen de oude kruidenboeken over deze Rhodiola rosea.
Hoewel Rhodiola lang onbekend is gebleven in het westen heeft het een legendarische geschiedenis achter de rug in de volksgeneeskunde van ondermeer Rusland, Oost- europa, Scandinavië en Azië. We weten bijvoorbeeld dat de oude Grieken Rhodiola rosea gebruikte in 77 na Christus, de Griekse arts Dioscorides documenteerde de medische toepassingen van de plant, die hij toen Rodia riza noemde, in zijn klassieke medische tekst De Materia Medica.
Maar hoe reisde Rhodiola rosea meer dan 3000 km vanuit het Kaukasus-gebergte, waar het in het wild groeide, naar het oude Griekenland? De zoektocht naar het antwoord op deze vraag brengt ons meer dan 3.000 jaar terug in de tijd, de 13e eeuw voor Christus. De tijd dat handel-expedities de Egeïsche Zee, de Hellespoort (Dardanellen), de Zee van Marmara, de Bosporus en de Zwarte Zee doorkruiste naar een land genaamd Colchis, nu de Republiek Georgië.
Een van de bekendste mythes van die tijd is de reis van Dason en zijn beroemde bemanning, de Argonauten, waaronder Hercules en Orpheus. Zoals de meeste mythen, bevat het verhaal van Dason, de Argonauten en het Gulden Vlies feiten en fantasie. Heeft Rhodiola rosea zo misschien de ongelooflijke reis naar Griekenland gemaakt vanuit haar geboorteland?
Vikings, Siberië en de rozenwortel
Het waren niet alleen de Grieken die Rhodiola rosea waardeerde. Ook de Vikingen waren afhankelijk van het kruid om hun fysieke kracht en uithoudingsvermogen te verbeteren, terwijl de Chinese keizers expedities stuurde naar Siberië om "de gouden wortel" voor medicinale bereidingen te gebruiken. De mensen van Centraal-Azië beschouwden de thee gemaakt van Rhodiola rosea als de meest effectieve behandeling voor verkoudheid en griep. Mongoolse artsen schreven het voor tegen tuberculose en kanker.
Tot op vandaag wordt in Siberië nog steeds gezegd dat mensen die rozewortelthee drinken meer dan 100 zullen worden. Het kruid wordt er nog steeds gegeven aan pasgetrouwden om de vruchtbaarheid en de geboorte van gezonde kinderen te verzekeren. Eeuwenlang waren de details van waar en hoe de wilde wortel te oogsten een goed bewaard geheim onder de leden van bepaalde Siberische families, zij vervoerden de Rhodiola langs oude paden in het Altai gebergte en de Kaukasus en ruilde hem voor Georgische wijn, fruit, knoflook en honing.
Dodoens, Nijlandt en Munting over rozenwortel
Dodoens in zijn Cruyde Boeck van 1554 kende de rozenwortel wel maar had blijkbaar nog niet gehoord van zijn stimulerende werking, wel beschrijft hij de geur van de wortel :
Roosewortel met olie van Roosen ghemenght versuet die pijne ende weedom van den hoofde/ op voorhooft ende in den slaep van den hoofde gheleyt. Die wortel es dick met veel aenhanghende veselinghen ende als sy ghebroken oft ghewreven wordt zoo rieckt zy ghelijck een Roose/ daer naer zy Roosenwortel ghenaempt es.
Petrus Nijlandt verwijst naar Galenus en Aeginera '
die het houden voor warm in de tweede graad en verterend van krachten'., Fuchsius schrijft dat het warm en droog is in de tweede graad. Ook Munting in zijn Nauwkeurige Beschrijving der Aardgewassen in 1696 beschrijft alleen maar de pijnstillende werking.
Linnaeus en later
In 1725, gaf de Zweedse botanicus Carl Linnaeus het kruid haar moderne naam, Rhodiola rosea, en raadde het aan als behandeling voor hernia, hysterie, hoofdpijn en vaginale afscheiding. Vijftig jaar later, verdiende het een plaats in de eerste Zweedse farmacopee.
Tussen 1725 en 1960, verschenen verschillende medicinale toepassingen van Rhodiola rosea in de wetenschappelijke
literatuur van Zweden, Noorwegen, Frankrijk, Duitsland, de Sovjet-Unie en IJsland. In 1931 zou Dr. L. Utkin de eerste wetenschappelijke onderzoeken met de plant uitgevoerd hebben, al kan ik daar geen directe bewijzen van vinden. Hij toonde onder meer aan dat de plant, naast het verbeteren van het uithoudingsvermogen de sexuele potentie verhoogt. Sinds 1960, zijn er meer dan 180 farmacologische, fytochemische, en klinische studies gepubliceerd. In 1961 leidde Krylov, een Russische botanicus en taxonoom van de Russische Academie van wetenschappen, een expeditie naar de taiga in het Altai gebergte in het zuiden van Siberië, waar hij de "gouden wortel" lokaliseerde en identificeerde als Rhodiola rosea.
In Rusland werd het rhodiola-onderzoek als een militair geheim beschouwd. Ze pepten er hun troepen in Afghanistan en hun Olympische atleten mee op. Kosmonaut Valery Polyakov nam rozenwortel om zijn veertien maanden durende ruimtevlucht in '94-'95 te doorstaan.
Ondertussen zijn er nog veel meer wetenschappelijke onderzoeken verricht. Extracten van de Rhodiola rosea wortel blijken adaptogene werking te bezitten, wat betekent dat het mens en dier beschermt tegen geestelijke en lichamelijke stress.
Recenter onderzoek
- Darbinyan V, Kteyan A, Panossian A, et al. Rhodiola rosea in stress induced fatigue - a double blind cross-over study of a standardized extract SHR-5 with a repeated low-dose regimen on the mental performance of healthy physicians during night duty. Phytomedicine 2000;7:365-371.
- Spasov AA, Wikman GK, Mandrikov VB, et al. A double-blind, placebo-controlled pilot study of the stimulating and adaptogenic effect of Rhodiola rosea SHR-5 extract on the fatigue of students caused by stress during an examination period with a repeated low-dose regimen. Phytomedicine 2000;7:85-89.
- Int J Sport Nutr Exerc Metab. 2004 Jun;14(3):298-307. Acute Rhodiola rosea intake can improve endurance exercise performance. De Bock K, Eijnde BO, Ramaekers M, Hespel P.
- [Effect of rhodiola on serum troponin 1, cardiac integral backscatter and left ventricle ejective fraction of patients who received epirubicin-contained chemotherapy]. Zhongguo Zhong Xi Yi Jie He Za Zhi. 2010 Dec;30(12):1250-2 Authors: Shen WS, Gao CH, Zhang H To investigate the myocardial protective effect of Rhodiola on patients who received epidoxorubicin (EPI) treatment.