De wetenschap en helderziendheid
In de parapsychologie gaat men er vanuit dat alle vreemde verschijnselen niet alleen door geesten worden veroorzaakt, maar dat er meer achter zit. Maar wat dan wel?
Algemeen
In de wetenschap is men nog druk op zoek naar verklaringen voor helderziendheid. Men neemt aan dat er in de mens bepaalde krachten zitten die nog niet te verklaren zijn. Het probleem is dat we nog maar zo weinig over de menselijke geest begrijpen dat we het dus nog niet kunnen verklaren. De wetenschap weet zelfs meer over de achterkant van de maan dan over de geest van de mens. Meestal zijn parapsychologen ook psychologen. Zij hebben immers een wetenschappelijke studie over de menselijke geest voltooid en begrijpen daarom ook beter hoe die in elkaar zit. Nu komt de wetenschap nog naar buiten met de gedachte dat er meer is tussen hemel en aarde, maar zodra ze meer weten over de geest van de mens zal deze gedachte wel wegvallen.
Psychologen en helderziendheid
Als men aan psychologen meer uitleg vraagt over helderziendheid bekomt men verschillende antwoorden. De wetenschap is er dus niet zeker van of helderziendheid nu werkelijk bestaat of niet. De meningen van vijf psychologen over helderziendheid:
Antwoord van psycholoog één: ‘Er bestaan verschijnselen die nog volstrekt niet begrepen worden door de psychologen, en die houden in dat informatie langs paranormale weg kan worden doorgegeven.’
Antwoord van psycholoog twee: ‘Alle verschijnselen berusten op zuivere toevalligheden.’ Dit wil zeggen dat er door een toevallige samenloop van omstandigheden zich uiteraard bijzondere voorvallen kunnen voordoen.
Antwoord van psycholoog drie: ‘De mensen die zich bezighouden met paranormale waarnemingen zijn leugenaars.’ Ongetwijfeld zijn er voorbeelden van verschijnselen die tot deze categorie behoren. De bekende graancirkels bijvoorbeeld. Het is bekend dat deze door grappenmakers zijn geproduceerd. De meeste wetenschappers houden geen rekening met deze uitspraak omdat het een te gemakkelijke manier is om helderziendheid aan de kant te schuiven.
Antwoord van psycholoog vier: ‘We hebben altijd te maken met delicate psychologische verschijningen.’ Mensen willen het onmogelijke, zoals bijvoorbeeld het in contact komen met overleden dierbaren, vermiste kinderen, geliefden… Hetgeen er gezien wordt heeft dus niks te maken met het paranormaal zijn, maar met psychologische gesteldheid.
Antwoord van psycholoog vijf: ‘Mensen kunnen door hun eigen hersenen bedrogen worden.’ Wat men hiermee bedoelt is dat paranormale gebeurtenissen meestal geassocieerd worden met heftige emoties. Helderzienden worden bij voorkeur geraadpleegd wanneer iemand te einde raad is, overmand door verdriet bijvoorbeeld. Wanneer heftige emoties in het spel zijn is men nauwelijks nog geïnteresseerd in de echte werkelijkheid, die te gruwelijk is om te accepteren. Paranormale verschijningen zitten dus tussen de oren en niet daarbuiten.
Besluit
Het komt er dus op neer dat de meerderheid van de psychologen niet geloven in het bestaan van helderziendheid maar het ook niet willen vergeten. Ze wachten op het moment dat er bewijzen zijn voordat ze er echt in kunnen geloven. De wetenschap heeft het echter niet makkelijk om paranormale verschijnselen te bestuderen. Ze moeten namelijk gesitueerd worden in het kader van de totale wetenschap, naast en te midden van andere ervaringswetenschappen.
Lees verder