Alcohol en de werking van de hersenen
Alcoholgebruik leidt tot veranderingen in het gedrag en van de stemming omdat de werking van de hersenen beïnvloed wordt. Regelmatig gebruik van alcohol leidt uiteindelijk tot een verandering in de structuur van de hersenen. Vaak treedt dan ook alcoholisme op: de afhankelijkheid van alcohol. Langdurig en overmatig gebruik van alcohol kan blijvende gevolgen hebben op het functioneren van de hersenen. In ernstige gevallen ontstaan aandoeningen zoals het Wernicke syndroom of de ziekte van Korsakov.
Werking van alcohol op de hersenen
Alcohol heeft een ontspannend effect en zorgt ervoor dat je je rustiger voelt. Het geheugen gaat minder goed werken tijdens en direct na het drinken van alcohol. Op andere gebieden treden ook effecten op, zoals op de motoriek, de reactiesnelheid, de ademhaling en de eetlust. Afhankelijk van de hoeveelheid genuttigde alcohol en persoonlijke omstandigheden treden verschillende effecten op, zoals roes, aangeschoten zijn of dronkenschap.
Geheugenstoornissen
De hippocampus heeft een belangrijke functie in het korte termijn geheugen en het beoordelingsvermogen. Door alcoholgebruik nemen remmingen af en werkt het geheugen minder goed. Hierdoor komt informatie niet meer in het lange termijn geheugen terecht. Achteraf weet men nog maar beperkt of helemaal niet meer wat er gebeurd is. Dit verschijnsel wordt een black-out genoemd. Ook zelfkritiek wordt minder door deze verstoring in de werking van de hersenen.
Dopamine
Alcohol stimuleert de neurotransmitter dopamine, die verantwoordelijk is voor het beloningscentrum. Hierdoor voel je je prettig en euforisch. Omdat je deze gevoelens steeds opnieuw wilt beleven, kan afhankelijkheid van alcohol optreden. De hersenen worden echter steeds minder gevoelig voor dopamine, waardoor depressieve gevoelens optreden. De behoefte om te drinken neemt hierdoor toe.
Tolerantie
Tolerantie voor alcohol ontstaat als er steeds meer alcohol nodig is om hetzelfde effect te bereiken. In de hersenen ontstaat een verandering in de neurotransmitters GABA en glutamaat, waardoor deze minder gevoelig worden voor alcohol. Om hetzelfde rustige, ontspannen gevoel te bereiken moet steeds meer gedronken worden.
Alcoholisme en erfelijkheid
Alcoholverslaving, of alcoholisme, wordt door wetenschappers in verband gebracht met erfelijkheid. Het NF1-gen wordt in verband gebracht met het systeem dat ontspanning en angstgevoelens reguleert. Een ander gen zorgt ervoor dat je snel of juist helemaal niet snel dronken wordt. Mensen die heel snel ziek worden door het drinken van alcohol zullen over het algemeen voorzichtiger zijn bij het gebruik van alcohol. Als je niet snel dronken wordt is er minder remming om te stoppen met drinken omdat de negatieve effecten als minder groot ervaren worden. Als één of beide ouders verslaafd zijn aan alcohol, is het risico voor het kind 35 tot 40% om ook verslaafd te raken aan alcohol.
Jongeren en alcohol
Jongeren zijn vatbaarder voor de negatieve effecten van alcohol op de hersenen, omdat deze zich nog volop ontwikkelen. Onderzoeken naar alcoholgebruik door jongeren hebben negatieve effecten laten zien op het gebied van leren en het geheugen. Ook wordt alcoholgebruik in verband gebracht met (excessief) geweld onder jongeren. Jongeren die veel drinken ervaren meer gevoelens van angst en depressie dan jongeren die weinig of niet drinken. De Nederlandse overheid ziet het belang in van een optimale ontwikkeling van de hersenen. De minimumleeftijd voor verkoop en gebruik van alcohol door jongeren is daarom in 2014 verhoogd van 16 naar 18 jaar.
Mixen van alcohol met energiedrank
Een veelgebruikte combinatie is het mixen van een sterk alcoholisch middel met energiedrank, zoals Wodka Red Bull. Uit onderzoek (Universiteit Indiana, V.S., 2016) bleek dat het energieniveau na het drinken van de mixdrankjes zo hoog wordt, dat er beschadigingen in de hersenen optreden die vergelijkbaar zijn met het nemen van cocaïne.
Bron: Geralt, Pixabay Blijvende aantasting
Bij langdurig en veelvuldig alcoholgebruik kunnen black-outs overgaan in een blijvende aantasting van het geheugen en van het denken. De intelligentie neemt af, denken verloopt trager en het inzicht in situaties wordt minder.
Veranderingen in de hersenen
Alcoholmisbruik verhoogt het risico op beschadiging van de zenuwen en de hersenen. Een hoeveelheid van 6 of méér glazen per dag kan een aantasting van de zenuwen in de frontaalkwab veroorzaken. Het verlies aan zenuwcellen levert gevolgen op voor het geheugen, de concentratie en het kritisch en analytisch kunnen denken. Alcoholmisbruik wordt in verband gebracht met een hoger risico op agressie, ook in de huiselijke sfeer.
Relaties in de sociale leefomgeving komen onder druk te staan. Hersenschade kan overigens optreden zonder dat er sprake is van (lichamelijke) afhankelijkheid van alcohol.
Onderzoekers van de Harvard Medical School vonden met behulp van MRI-scans dat chronisch alcoholmisbruik de witte stof in de hersenen beschadigt. Deze witte stof is belangrijk voor de zelfbeheersing en om beter te kunnen
stoppen met drinken. In vergelijking met lichte drinkers werd tevens een aanzienlijke verandering gevonden in de systemen die het beloningsgebied in de hersenen regelen. Ook zagen ze dat bij personen die voor hun 50e jaar stopten met drinken, er mogelijk enig herstel optrad van de witte stof.
Wernicke syndroom
Het Wernicke syndroom is een acute ziekte ten gevolge van alcoholmisbruik in combinatie met een tekort aan vitamine B1. Het Wernicke syndroom wordt gekenmerkt door oogbewegingsstoornissen, loopstoornissen en verwardheid. Er treedt celdood op, met kleine bloedinkjes in een aantal gebieden in de hersenen. De ziekte kan dodelijk verlopen als er geen vitamine B1 toegediend wordt. De ziekte kan ook milder verlopen, een snelle start van de behandeling is van belang. Meteen stoppen met drinken is altijd noodzakelijk om de scahde zoveel mogelijk te beperken. Uiteindelijk treden vaak blijvende geheugenstoornissen op en gaat het Wernicke syndroom over in de chronische aandoening, het syndroom van Korsakov.
Syndroom van Korsakov
Bij het syndroom van Korsakov is er sprake van ernstige stoornissen, met name in het korte termijn geheugen. Nieuwe informatie kan niet opgeslagen worden en oudere informatie kan verloren gaan. De oudste informatie blijft het beste behouden. Een typisch kenmerk van Korsakov is dat de gaten in het geheugen opgevuld worden door eigen verhalen. Het verhaal wordt daarmee schijnbaar weer compleet en het geheugenverlies wordt verbloemd. Plannen en het uitvoeren van functies leiden tot problemen. Alledaagse taken zoals boodschappen doen en het doen van de was kunnen niet meer stapsgewijs uitgevoerd worden. Het gedrag verandert ook als het Korsakov syndroom optreedt. Depressie, angst- en paniekaanvallen komen regelmatig voor. Daarnaast zal er sprake zijn van passiviteit waardoor het uitvoeren van taken voortdurend gestimuleerd moet worden. Zelfstandig wonen is vaak niet meer mogelijk vanwege de behoefte aan toezicht en begeleiding bij alle dagelijkse taken.