Ziekte van Alzheimer en andere vormen van dementie
Zo'n 260.000 mensen hebben in ons land dementie. Niet elke vorm van dementie heeft te maken met de ziekte van Alzheimer. Hoewel Alzheimer wel de meest voorkomende vorm van dementie is. Maar er kunnen ook andere oorzaken ten grondslag liggen aan de dementie.
Ziekte van Alzheimer
De meest voorkomende vorm van dementie komt door de ziekte van Alzheimer. Bij deze ziekte kunnen de miljarden hersencellen steeds minder goed contact maken met elkaar en met de zenuwen die informatie naar en van de hersenen doorgeven. Steeds meer hersencellen verschrompelen, waardoor ze niet meer kunnen functioneren. De vernietiging van de zenuwcellen begint in de hippocampus. Dit stukje van de hersenen speelt een belangrijke rol bij de vorming van het geheugen. Het verklaart waarom geheugenproblemen het eerst optreden. Vervolgens worden ook andere hersendelen aangetast, zoals de amandelklier, die emoties controleert en delen van de hersenschors. Deze hersengebieden zijn verantwoordelijk voor het denken, praten en beslissen. De zogenaamde cognitieve functies.
Het Radboud Alzheimer centrum in Nijmegen liet juni 2014 weten dat de belangrijkste risicofactoren voor alzheimer zijn:
- erfelijkheid en ouderdom
- te weinig bewegen
- hoge bloeddruk
- suikerziekte
- slaapgebrek.
Iemand die bijvoorbeeld een nacht wakker ligt, breekt een bepaald (verkeerd) eiwit namelijk minder snel af. Stapeling van dit amyloïd-bèta-eiwit in de hersenen door chronisch slaapgebrek, is een belangrijke oorzaak van Alzheimer.
Alzheimerassistent
Voor hulpverleners, mantelzorgers en familie is er tegenwoordig een nieuwe app voor op uw tablet of computer. Het is de Alzheimerassistent, waarop o.a. alle verzamelde kennis, tips en info van mantelzorgers, ervaringsdeskundigen en experts. Een demonstratievideo van deze vorm samenwerking tussen lotgenoten en profs is te zien op alzheimerassistent.nl/YouTube.
Vasculaire dementie
Dit is een verzamelnaam voor dementie ontstaan als gevolg van een stoornis in de bloedvoorziening ( zuurstoftekort) in de hersenen. De verschijnselen zijn afhankelijk van de beschadigde plekken in de hersenen. Stemmingswisselingen, ernstige depressies, motorische stoornissen, waardoor het lopen of praten moeilijk gaat, kunnen voorkomen. Soms is het traagheid in combinatie met aandacht en concentratieproblemen en apathie. Soms heeft een patiënt vooral stoornissen in het spreken en taalbegrip en kan hij niets onthouden. Vaak is er ook sprake van een hoge bloeddruk, een hartruis of gespannen spieren. Het inzicht in de eigen ziekte blijft lang intact, dit kan tot grote somberheid leiden.
Lewy body dementie
In de hersenen van deze patiënten bevinden zich zenuwcellen met zogenaamde lewy bodies. Dit zijn abnormale inkapselingen van eiwithoudend materiaal. Deze aandoening wordt ook aangetroffen bij Parkinson patiënten. Beide aandoeningen gaan vaak hand in hand. Kenmerkend voor lewy body dementie zijn de sterke schommelingen in de achteruitgang van het verstandelijk functioneren alsmede verschijnselen van de ziekte van Parkinson. Dit zijn trillingen, stijfheid, langzame beweging, gebogen houding en vreemd lopen. In het begin is de dementie licht. Vooral concentratiestoornissen vallen dan op. Het geheugen en het uitvoeren van handelingen blijven meestal lange tijd goed. Ook zijn er problemen met het benoemen van allerlei zaken. tevens gaan mensen dingen zien die er niet zijn. De dementie is niet altijd makkelijk te herkennen. De mate van dementie en de symptomen zijn uiterst variabel van dag tot dag.
Frontotemporale dementie (FTD)
De frontale (voorhoofds-) kwab en de temporale (slaap-) kwab van de hersenen krimpen bij FTH, aangezien de hersencellen afsterven. De overgebleven hersencellen veranderen van vorm. Veranderingen in de temporaalkwabben hebben vooral gevolgen voor taal en spraak. Veranderingen in de voorhoofdskwab hebben invloed op persoonlijkheid en gedrag. Daarom staan bij deze dementievorm gedragsveranderingen op de voorgrond en vallen stoornissen in het denkvermogen pas later op. Voorbeelden zijn ongepast gedrag, verlies van initiatief, minder aandacht voor hygiëne, emotionele onverschilligheid, onrust, dwangmatig gedrag.