Zwangerschap en diabetes
Gefeliciteerd je bent zwanger! In eerste instantie een roze of blauwe wolk waar je op zit. Maar na de 24e week van je zwangerschap is het mogelijk dat je zwangerschapsdiabetes krijgt. Suiker in je lichaam heb je nodig voor energie. Het lichaam haalt suiker uit ons voedsel en met behulp van insuline wordt dit opgenomen in je lichaam. Insuline wordt aangemaakt door onze alvleesklier. Tijdens de zwangerschap wordt er, onder invloed van zwangerschapshormonen, meer insuline aangemaakt. Is dit niet het geval dan spreken we van zwangerschapdiabetes. Wat houdt dat in en hoe ga je hier mee om?
Tussen de 24e en de 28e week van je zwangerschap kan je een bloedonderzoek laten doen. Je wordt eerst nuchter geprikt en krijgt daarna suikerwater te drinken. Na twee uur word je nog een keer geprikt. Nuchter mag de waarde van je bloedsuiker niet hoger zijn dan 5.3. Nadat je gegeten hebt, of in dit geval het suikerwater hebt gedronken, mag de waarde niet meer zijn dan 6.7.
Diabetesverpleegkundige en diëtist
De uitslagen van je bloedtest komen altijd bij jouw verloskundige. Wijken de uitslagen af dan zal de verloskundige je doorsturen naar de gynaecoloog in het ziekenhuis. De afspraak met de gynaecoloog zal in eerste instantie niet veel verschillen van een afspraak met de verloskundige. Er wordt gekeken naar de groei van het kindje, je bloeddruk en er wordt een aantal vragen gesteld. De gynaecoloog zal je doorverwijzen naar een diabetesverpleegkundige en een diëtist.
Bij de diabetesverpleegkundige krijg je uitleg over het verdere traject. Een te hoge bloedsuiker heeft invloed op de groei van je kindje. Om te zorgen dat je bloedsuiker een goede waarde heeft zal je jezelf moeten prikken. In eerste instantie 4x per dag. ’s Ochtends nuchter en vervolgens 1,5 uur na elke maaltijd. Van de verpleegkundige krijg je een meter, met de bijbehorende spullen, en een dagboekje. In het dagboekje kan je jouw waardes bijhouden. De verpleegkundige zal verder afspraken met je maken over het verdere contact en eventuele controles.
Daarnaast kom je ook nog bij de diëtist. Deze zal je uitleg geven over hoe het lichaam suikers uit je eten haalt en wat het er vervolgens mee doet. Verder krijg je uitleg over voedingsmiddelen die je beter wel of niet kan eten. Bijvoorbeeld voedingsmiddelen met koolhydraten. Uit de koolhydraten haalt je lichaam suiker. De bedoeling is dus dat je niet teveel van deze voedingsmiddelen eet. Daarbij komt dat je ze ook goed verdeeld over de dag moet eten.
Met behulp van een dieet, zal je samen met de diabetesverpleegkundige kijken of je bloedsuiker onder controle te houden is. Lukt het niet om de waarden naar beneden te krijgen met een dieet zal je samen met de verpleegkundige kijken of het nodig is om insuline te spuiten.
Verdere gevolgen van zwangerschapdiabetes
Na de bevalling zal je in principe geen last meer hebben van de diabetes. Wel is de kans hoger dat je op latere leeftijd diabetes krijgt. Zwanger zijn is leuk en absoluut een tijd om van te genieten. Maar het is dus belangrijk dat als je bloedsuiker te hoog is, je hier iets aan doet.