Liggingen van de baby bij de geboorte
De achterhoofdsligging is de meest voorkomende ligging van de buikbaby. Slechts 5% van alle baby’s heeft een andere ligging. De ligging van de baby is erg belangrijk tijdens de bevalling.
Achterhoofdsligging
De baby ligt met de voetjes opgekruld omhoog en met het achterhoofdje naar beneden. Dit is de meest ideale houding voor de geboorte. Het hoofdje past hierdoor goed in het bekken. De achterhoofdsligging is de meest gangbare ligging, 95% van de baby's ligt in deze ligging klaar voor de geboorte. Het hoofdje heeft op deze manier de meest smalle doorsnede en past op deze manier het beste door de bekken.
Stuitligging
Bij een stuitligging ligt de buikbaby omgekeerd: volkomen stuitligging (met de voetjes naar beneden) of onvolkomen stuitligging (met de billetjes naar beneden) en met het hoofdje bovenin de baarmoeder. Deze houding kan bij de geboorte problemen geven, hierdoor ben je verplicht in het ziekenhuis te bevallen in het bijzijn van een gynaecoloog. De baby kan het namelijk benauwd krijgen. Vrouwen van wie de baby in stuit ligt, kunnen kiezen voor een vaginale stuitbevalling of een geplande keizersnee.
Als de stuitligging bij uiterlijk 36 weken ontdekt wordt, dan kan de verloskundige proberen het kindje in de goede positie te draaien: een uitwendige draaiing of versie. Een alternatieve methode is de baby uit zichzelf te laten omdraaien of met behulp van moxatherapie, een vorm van acupunctuur. Een goede voorlichting over de risico’s van een uitwendige draaiing en over het natuurlijk bevallen bij een stuitligging is van belang, alleen dan kun je een goede beslissing nemen. Als je baby in stuit gelegen heeft, word je geadviseerd om bij drie maanden een echo van zijn/haar heupjes te laten maken. Een baby in stuit heeft een iets grotere kans op heupdysplasie.
Je hebt verschillende soorten stuitliggingen: onvolkomen stuitligging, volkomen stuitligging, half onvolkomen stuitligging en voetligging.
Bij een
volkomen stuitligging ligt de baby met de billen naar beneden, met de bovenbenen gestrekt langs het lichaam en met de knieën gebogen zoals in kleermakerszit. Je kunt bij deze vorm van stuitligging nog steeds op een natuurlijke manier bevallen. De baby moet dan wel snel worden geboren, want anders heeft het kans op ademnood. De kans dat je bekken niet ruim genoeg is om je kindje op deze manier geboren te laten worden is ook groot.
Bij een
onvolkomen stuitligging ligt de baby met de billen naar beneden en met de benen gestrekt langs zijn lichaam omhoog. De tenen zijn op gezichtshoogte. Ook bij deze vorm van een stuitligging kun je nog op een natuurlijke manier bevallen, maar wederom moet het wel vlot.
Voorhoofdsligging
Soms ligt een baby niet met het achterhoofdje naar beneden, zoals bij de achterhoofdsligging, maar met het voorhoofd. Dit is een erg lastige houding om geboren te worden. Het bekken is hierdoor meestal te klein voor de omvang van het hoofdje. Deze stand vraagt namelijk meer ruimte. Bij deze ligging wordt het bijna altijd een keizersnee.
Kruinligging
Voor de kruinligging geldt hetzelfde als voor de voorhoofdsligging. Het is geen makkelijke houding om geboren te worden. De baby ligt in deze ligging niet met het achterhoofdje, maar met de kruin naar beneden. Ook bij deze ligging wordt er vaak besloten tot een keizersnee.
Aangezichtsligging
Ook de aangezichtsligging is geen ideale ligging. De buikbaby ligt met het gezichtje naar beneden. Omdat er daardoor vaak niet voldoende druk op de baarmoedermond komt, hierdoor komt de ontsluiting slecht op gang. Ook bij deze ligging moet je rekening houden met een keizersnee.
Dwarsligging
Deze ligging is erg zeldzaam, hierbij ligt de baby met het ruggetje naar beneden en dwars in de baarmoeder. Dit wordt sowieso een keizersnee.
Tweeling
De meeste tweelingen liggen om en om. De één in achterhoofdsligging en de ander in stuitligging. Zodra de eerste baby geboren is, krijgt de tweede baby genoeg ruimte om misschien nog te draaien en ook met achterhoofdsligging geboren te worden. Het is verplicht om bij een tweelingzwangerschap in het ziekenhuis te bevallen onder leiding van een gynaecoloog, want bij meerlingen is de kans op een keizersnee groter dan bij de geboorte van één baby.
Lees verder