Bevallen via keizersnede, perfusie, verlostang of zuignap
De bevalling kondigt zich eindelijk na negen maanden aan. Hoog tijd dus om je kleine spruit in je armen te nemen en met veel liefde te omringen. Stiekem hoop je dat de bevalling vlotjes zal verlopen en dat je er geen nachtmerrie aan overhoudt. In de meeste gevallen verloopt een bevalling heel normaal. Er bestaan ook heel wat technieken of methoden om te gaan bevallen. Het merendeel van de vrouwen bevalt via perfusie. Daarnaast bestaan er ook de methoden van een keizersnede of de bevalling met hulp van instrumenten. Dit zijn dan een zuignap of een verlostang. Gynaecologen hebben heel wat ervaring om baby’s op deze manieren ter wereld te brengen. Je hoeft dus zeker niet ongerust te zijn.
Een bevalling is iets heel bijzonders. Bij dit hele speciale moment zal je kind immers ter wereld komen. Een bevalling brengt heel wat emoties met zich mee. Enerzijds ben je heel gelukkig dat je je kindje weldra in je armen zal kunnen houden. Anderzijds is er, zeker bij de eerste bevalling, een gevoel van onzekerheid en angst omdat je niet weet wat er zich de komende uren zal afspelen. Alle moeders krijgen te maken met deze vragen en emoties. Je partner kan hier alvast wat steun bieden. Hou steeds in het achterhoofd dat de verloskundige de nodige kennis heeft om je kind via de juiste methode ter wereld te brengen. Soms dien je de natuur immers een handje te helpen. Hierin kunnen vier methoden van bevalling worden onderscheiden.
Regelmatig en sterker maken van de weeën: perfusie
Deze methode wordt in de praktijk het meest gebruikt en is de meest comfortabele manier voor vrouw en kind. Tijdens de weeën, die uiteraard heel pijnlijk kunnen zijn, zal de vroedvrouw een injectie toedienen in de baxter. Dit is een serum dat medicijnen bevat om de weeën regelmatiger en sterker te maken. De bedoeling is immers dat de weeën, naar het einde toe, heel snel en sterk na elkaar komen om vervolgens te gaan persen. Indien men opteert voor een epidurale verdoving, dan zal men ook eerst een perfusie toegediend krijgen.
Bevallen via keizersnede
Bij een keizersnede zal men een snede of incisie maken ter hoogte van de venusheuvel, om het kindje langs deze weg ter wereld te brengen. In de meeste gevallen wordt hierover door de moeder en de gynaecoloog al vooraf overlegd. Het kan immers dat het bekken van de vrouw te nauw is of de baby te groot is, om langs de normale weg te bevallen. Ook bepaalde vormen van stuitligging van de baby kan de verloskundige ertoe aanzetten om te opteren om te bevallen via keizersnede. Een geplande keizersnede vindt plaats onder epidurale verdoving of algemene verdoving. In Nederland wordt circa één op de vijftien geboorten via keizersnede uitgevoerd. Deze trend is in stijgende lijn. Indien men tijdens de klassieke bevalling merkt dat er iets misloopt, kan men eveneens opteren om over te gaan tot een keizersnede, om het kind buiten levensgevaar te houden. Deze keizersnede gebeurt bijna altijd in volledige verdoving, omdat dit sneller gaat en de tijd meestal dringt. Deze bevallingsmethode is uiteraard iets gecompliceerder dan de klassieke perfusie, maar het kan echt een reddende methode zijn om je kindje veilig ter wereld te brengen. De vrouw houdt hier een litteken aan over dat de eerste dagen na de bevalling wat lastig kan aanvoelen. Na drie maanden is deze snijwonde bijna volledig verdwenen.
Indien men tijdens de bevalling te vermoeid wordt of de weeën niet sterk genoeg meer zijn, dan kan de gynaecoloog gebruik maken van twee handige instrumenten om het kindje ter wereld te brengen. Het gaat hier over de zuignap of de verlostang.
Verlossing met de verlostang
Bij dit instrument zal de gynaecoloog het hoofdje van de baby vastnemen met een verlostang. De verlostang ziet eruit als een soort dubbele lepel. Bij een nieuwe wee, kan de verloskundige via deze tang de baby naar buiten trekken. Deze methode van bevallen wordt onder epidurale of algemene verdoving gedaan. Net zoals bij de zuignap doet een verlossing met een verlostang de baby geen pijn. De schedel zal er eventueel nog wat anders uitzien, maar dat normaliseert zich heel snel.
Verlossing met de zuignap
Bij de bevalling met een zuignap zal de gynaecoloog een zuignap op het hoofdje van de baby aanbrengen. Deze zuignap zal perfect aansluiten rond het volledige hoofdje dankzij de verbintenis met een vacuümtoestel. Indien de mama een nieuwe wee krijgt en zal persen, dan zal de gynaecoloog tegelijkertijd het hoofdje van de baby voorzichtig naar zich toe trekken. De zuignap-methode lijkt heel ingrijpend maar dat is het niet. De baby zal de eerste dagen een licht vervormd hoofdje hebben (plat of bultje), net zoals bij de zuignap. Dit verdwijnt echter heel snel en je baby oogt vervolgens heel normaal. Hijzelf zal geen hinder hebben ondervonden van deze zuignap-ingreep.
Een keizersnede is niet minderwaardig
In vele gevallen voelen mama’s zich ongelukkig als de klassieke bevalling toch geëindigd is in een keizersnede. Men zal het gevoel hebben dat men de bevalling niet persoonlijk en intens heeft beleefd. Uiteindelijk zal de beslissing om over te gaan tot een keizersnede immers puur medisch zijn om bijvoorbeeld het leven van je baby te redden, of om het leven van de mama veilig te stellen. Een reden te meer om te geloven in een keizersnede en dat het geen minderwaardige bevalling is.
Eerste zorgen voor de baby na de geboorte
Als de baby net ter wereld is gebracht, zal de vroedvrouw heel kort de eerste tests uitvoeren. De baby zal worden afgedroogd en ontdaan worden van bloed en slijm. Vervolgens krijgt de baby een mutsje en wordt hij warm gehouden in een dekentje of pyjamaatje. Binnen het uur wordt de baby terug bij de moeder gelegd om de borstvoeding te laten opstarten. De eerste keer borstvoeding komt heel traag op gang. Men moet echter blijven volhouden om de melkproductie goed op gang te laten komen. De dag na de geboorte komt de kinderarts langs om een volledige medische check-up te doen.