Inknippen en scheuren tijdens bevalling
Een bevalling verloopt niet altijd zonder schade aan de vagina. Als je bent bevallen, bekijkt de verloskundige de schede. Vooral bij een eerste kind, treden er kleerscheuren op. Dat komt, omdat de vagina dan nog niet zo rekbaar is. Het is vooraf niet te voorspellen hoe ver je inscheurt of ingeknipt moet worden. Dat hangt af van de perssnelheid, je bouw, type huid en de elasticiteit van je spieren. Scheuren genezen relatief sneller dan een knip.
Kleine scheurtjes (eerstegraads ruptuur)
Ongeveer één op de drie tot vier vrouwen in het kraambed krijgt te maken met kleine scheurtjes in het gebied tussen de vulva en de anus. De wond is ondiep en oppervlakkig. De scheur komt niet verder dan de slijmvliezen en de huid. Soms is het nodig om een hechting te zetten om te voorkomen dat plassen pijn doet. De verloskundige verdooft de slijmvliezen dan met lidocaïnespray. Deze vloeistof kan een beetje prikken. Het is niet nodig om bij het hechten van kleine wondjes een verdovingsspuit te zetten. Dat is pijnlijker dan het zetten van één of twee hechtingen.
Grotere scheur (tweedegraads ruptuur)
Bij een tweedegraads ruptuur heeft de vagina aanzienlijk meer schade opgelopen na de bevalling. De huid, het slijmvlies en het onderliggende bind- en spierweefsel van de bekkenbodemspier is dan ingescheurd. Dit soort scheuren dienen altijd te worden gehecht, omdat anders de kans bestaat dat de vorm van de vagina verandert. De entree van de schede wordt bijvoorbeeld groter of blijft asymmetrisch. Ook treedt er bloedverlies op, omdat bloedvaten mee kunnen scheuren. Snel hechten beperkt het bloedverlies. Een verloskundige hecht bij een tweedegraads ruptuur zowel in- als uitwendig. Een grotere scheur treedt bij één op de tien kraamvrouwen op.
Op één na grootste scheur (derdegraads ruptuur, subtotaalruptuur)
Bij een subtotaalruptuur scheurt de anuskringspier gedeeltelijk uit. De anus is dan nog wel compleet, maar een aantal vezels loopt beschadigingen op. Deze scheur vraagt extra aandacht en wordt altijd in het ziekenhuis gehecht. Op deze manier voorkomt men spierzwakte en incontinentieklachten.
Grootste scheur (totaalruptuur)
Als de huid, het onderliggende weefsel en de spieren tussen de vagina en de anus inscheuren tijdens de bevalling, is er sprake van een totaalruptuur. Hierbij is ook de kringspier beschadigd. Een totaalruptuur kan optreden tijdens een normale bevalling, maar gebeurt vaker na een verlossing met een vacuümpomp of een tang.
Operatie
Een gynaecoloog hecht deze scheur. Dat gebeurt op de operatiekamer onder narcose. Een totaalruptuur is in de meeste gevallen niet te voorkomen en treedt vaak onverwachts op. Als de verloskundige of gynaecoloog ziet dat het gedeelte tussen de vagina en de anus in dreigt te scheuren, kan een knip worden gezet om een totaalruptuur te voorkomen. Na de operatie volgt een antibioticakuur om de kans op infectie te verkleinen. Speciale medicatie houdt de ontlasting zacht, zodat de genezing vlot verloopt.
Inknippen
De zwangerschap maakt het lichaam klaar voor de bevalling. Het bekken wordt elastischer en de omgeving rond de vagina bloedt beter door, zodat het kind in het geboortekanaal past. De uitdrijving rekt de vagina en het bekkenbodem op, zodat het kind kan worden geboren.
Menselijk ingrijpen
Soms is menselijk ingrijpen nodig. Dat gebeurt om drie redenen. De toestand van het kind kan om een snelle uitdrijving vragen, bijvoorbeeld in het geval van benauwdheid. Ook is inknippen in veel gevallen nodig bij een verlossing met een vacuümpomp of tang. Bij vrouwen die eerder een totaalruptuur hebben gehad, wordt vaker een knip gezet. Een verloskundige of gynaecoloog knipt de vagina dan in, zodat meer ruimte ontstaat voor de baby. Dit wordt een episiotomie (ook wel epi) genoemd. Het hoofdje kan dan makkelijker worden geboren. Een knip is tussen de 2,5 en 7,5 centimeter groot.
Hechten van een scheur of knip
Het hechten van een scheur of knip vergt nogal wat tijd als er sprake is van minimaal een tweedegraads ruptuur. Dat komt, omdat in laagjes moet worden gehecht. Inwendig brengt de verloskundige of gynaecoloog oplosbare draadjes aan. De buitenste hechtingen zijn niet altijd oplosbaar. De verloskundige verwijdert die na ongeveer een week. Het hechten gebeurt onder lokale verdoving met een spuit. Na enkele uren ontstaat een branderige pijn. Met enkele maatregelen kun je dit draaglijker maken.
Pijn verlichten
- Spoel tijdens het plassen de plaats waar de hechtingen zitten met water
- Zit op een harde stoel
- Gebruik tijdens het zitten een zwembandje als het pijn doet als kussen
- Als de wond gaat ontsteken, ga dan in bad met een soda-oplossing
Scheur is beter dan knip
Verloskundigen en gynaecologen geven in Nederland de voorkeur aan een scheur boven het inknippen. Een scheur geneest namelijk beter dan een knip. Veel vrouwen blijken na de bevalling veel langer last te hebben van een knip dan van een natuurlijke scheur. Pijn treedt bijvoorbeeld vaker op bij het vrijen. Een knip doet meer pijn, omdat er op een onnatuurlijke manier meerdere spierlaagjes zijn gekliefd.