Problemen met zwanger worden: oorzaken en oplossingen
Als je samen met je partner besluit om voor kinderen te kiezen, gaan de meeste stellen er van uit binnen een half jaar dan wel een jaar zwanger te zijn. Helaas geldt dat niet voor iedereen. Je kan onvruchtbaar zijn of problemen hebben met je vruchtbaarheid. Dat betekent niet dat er dan geen enkele kans meer op een kind is. IUI, IVF, ICSI, Eiceldonatie, KID en draagmoederschap zijn de meest voorkomende mogelijkheden.
Eén op de zes paren in Nederland die kinderen willen, doet er langer dan een jaar over om
zwanger te worden. Er kunnen verschillende redenen zijn waardoor er sprake is van verminderde
vruchtbaarheid of onvruchtbaarheid. In dertig procent van de gevallen ligt de
oorzaak bij de vrouw, dertig procent ligt de oorzaak bij de man en in eveneens dertig procent van de gevallen ligt de oorzaak bij beiden. In tien procent van alle gevallen is de oorzaak onbekend.
De meeste vrouwen in Nederland krijgen hun eerste kind rond hun dertigste, terwijl vrouwen al minder vruchtbaar worden na hun 27ste. Mannen hebben dit probleem niet: zij kunnen in principe hun hele leven nog kinderen verwekken. Een oorzaak van de verminderde vruchtbaarheid kan dus zijn vanwege de
leeftijd van de moeder.
Overgewicht, roken en drinken
Een andere oorzaak is als de vrouw last heeft van overgewicht, veel rookt, drinkt of drugs gebruikt. Al deze zaken hebben invloed op de
hormoonhuishouding, waardoor je minder makkelijk zwanger raakt. Andere hormoonstoornissen zoals het PCO-syndroom, overgang of schildklierafwijking vermoeilijken ook de kans op
zwangerschap.
Een ziekte kan ook een rol spelen bij verminderde onvruchtbaarheid. Zoals
chlamydia de meeste voorkomende seksueel overdraagbare aandoening (soa). Deze soa is verraderlijk, omdat je er als vrouw niks van hoeft te merken dat je drager bent van deze ziekte. Door chlamydia kunnen
eileiders vernauwen of verstopt raken.
Uiteraard zijn er nog veel meer oorzaken denkbaar, ook bij de man. De oorzaak zal moeten worden vastgesteld door een arts.
Daarna komen vanzelf de mogelijkheden ter sprake. En dat zijn er diversen:
IUI
Intra Uteriene Inseminatie. Tijdens deze behandeling wordt het
sperma bewerkt en hoog in de baarmoeder gespoten op het moment dat de eicel in de eileider is gekomen. Deze behandeling is effectief als er geen aanwijsbare oorzaken zijn voor et niet lukken van de zwangerschap of als de zaadkwaliteit van de man te wensen overlaat.
IVF
In Vitro Fertilisatie. Deze behandeling gaat een stap verder dan IUI. Door middel van hormoonstimulatie worden bij de vrouw meerdere
eitjes tegelijk tot rijping gebracht. Deze worden vervolgens uit het lichaam gehaald en in het laboratorium samengebracht met sperma. Bij succes (bevruchting van de eitjes) worden twee
embryo’s in de baarmoeder terug geplaatst.
ICSI
Intra Cytoplasmatische Sperma Injectie. Dit werkt nagenoeg hetzelfde als IVF, maar er wordt in het laboratorium één spermacel rechtstreeks in de
eicel geïnjecteerd. In Nederland wordt één op de 43 kinderen via ICSI of IVF verwerkt.
Eiceldonatie
Als een vrouw (wensmoeder) geen eicellen meer heeft, kan zij een donor vragen. Die
donor ondergaat dezelfde behandeling als bij IVF, zodat er meerdere eitjes tegelijkertijd gerijpt worden en uit het lichaam kunnen worden gehaald. Het eitje kan dan bevrucht worden met het zaad van de wensvader, waarna de embryo’s bij de wensmoeder kunnen worden ingebracht.
KID
Kunstmatige Inseminatie met Donorzaad. Dit is een oplossing voor stellen waarbij de man verminderd vruchtbaar is of onvruchtbaar is. Het
zaad is dan afkomstig van een donor en wordt door een arts in het lichaam van de vrouw gespoten.
Draagmoederschap
Draagmoederschap kan op twee manieren. De simpelste manier is dat het zaad van de wensvader wordt geïnjecteerd bij een draagmoeder, die het kind tijdens de zwangerschap zal dragen.
Hoogtechnologisch draagmoederschap (HTDM) is alleen mogelijk als de kwaliteit van de eitjes en het sperma van de wensouders goed is, maar de vrouw niet in staat is de zwangerschap zelf uit te dragen. Bij HTDM vindt de bevruchting plaats via IVF, waarna de embryo’s geplaatst worden in de baarmoeder van de draagmoeder. Zo is het kind genetisch wel van de wensouders.