Zwanger worden: temperatuurmethode
Om zwanger te worden zijn er verschillende methoden, van standjes tot het eten van bepaalde gerechten. Maar ook de temperatuurmethode. Deze geeft vooral inzicht in de maandelijkse cyclus en kan ook als eerste zwangerschapstest dienen.
Eisprong
Om zwanger te worden zij er twee dingen nodig: een eicel en een zaadcel. En een bevruchting tussen beiden natuurlijk. Het klinkt natuurlijk heel simpel, maar voor sommige vrouwen is zwanger worden niet zomaar iets wat je tussen de aardappels en het vlees door doet. Dan wordt zwanger worden een maandelijks doel. Het is van belang om te weten te komen of er wel een eisprong plaats vindt en wanneer deze plaats vindt. En hiervoor is er de temperatuurmethode.
Temperatuurverschil
Een mens heeft een temperatuur van rond de 37 graden, maar deze kan ook wat hoger of lager liggen. Dit maakt op zich niet zoveel uit, als de temperatuur maar constant is (ziekte buitengesloten). Binnen de maandelijkse cyclus van de vrouw is er een temperatuur verschil van enkele tiende graden. Vanaf de eerste dag van de menstruatie, het begin van de cyclus, is de temperatuur op zijn laagst. Een dag voor de eisprong kan de temperatuur iets zakken, maar dit verschilt nog wel eens per vrouw. Bij de ene vrouw zakt de temperatuur één dag voor de eisprong terwijl de ander er niks van merkt.
Opvallend is wel dat de dag na de eisprong de temperatuur van de vrouw 0.3 tot 0.5 graden hoger ligt. In dit geval heeft er dus een eisprong plaats gevonden. De temperatuur blijft vervolgens hoog tot aan de menstruatie Zodra de menstruatie op gang komt, zakt de temperatuur weer naar zijn oorspronkelijke niveau.
Wanneer de temperatuur echter hoog blijft en de menstruatie blijft uit, da is de kans groot dat er sprake is van een zwangerschap.
Meten is weten
Waarom vrouwen hun temperatuur willen meten, heeft vooral met de vruchtbaarheid te maken. Wie langer dan 1 jaar bezig is met zwanger worden en het is nog steeds niet gelukt, kan naar een arts stappen. Deze zal in eerste instantie adviseren om drie maanden lang de temperatuur op te meten en dagelijks bij te houden. Op deze manier kan de arts beoordelen of er sprake is van een eisprong. Ook voor de vrouw is het prettiger om te zien wanneer de eisprong plaats heeft gevonden. Zo krijgt men een beter inzicht in de maandelijkse cyclus.
Het meten van de temperatuur moet iedere ochtend op hetzelfde tijdstip gebeuren. En dan nog voor het opstaan, dus in bed. Even snel opstaan om te plassen is er niet bij omdat bi het opstaan de temperatuur van het lichaam alweer veranderd. Het is dus van belang om de thermometer naast het bed neer te leggen en op ongeveer hetzelfde tijdstip wakker te worden, ook in het weekend. De beste methode is het meten van de temperatuur in de anus, deze is het meest nauwkeurig.
Vrijen na een temperatuursverhoging
Wanneer de temperatuur hoger is en er dus een eisprong heeft plaatsgevonden, is men vaak al te laat om nog te gaan vrijen. Het eitje is geen lang leven gegeven en zal meestal al vergaan zijn tegen de tijd dat men de temperatuursverhoging heeft opgemerkt. De temperatuur stijgt namelijk 12 tot 24 uur na de eisprong, terwijl het eitje zelf maar enkele uren leeft.
Maar niet geschoten is altijd mis dus een poging kan natuurlijk geen kwaad. Bedenk wel dat de temperatuurmethode geen methode is om zwanger van te worden, maar om meer inzicht te krijgen in de cyclus. En ook handig als eerste zwangerschapstest wanneer de temperatuur hoog blijft en de menstruatie uit blijft.
Voorzichtigheid
De temperatuur kan ook beïnvloed worden door te weinig slaap, alcohol of ziekte. Ga er dus niet altijd vanuit dat er een eisprong heeft plaats gevonden, vooral wanneer de temperatuur de dag erop weer is gezakt.