De zuigcurettage

De zuigcurettage is een methode om de ongewenste zwangerschap te onderbreken. Het is de meest voorkomende, voorzichtigste methode en wordt door een gynaecoloog onder volledige narcose uitgevoerd. De zuigcurettage wordt tussen de 7e en 16e dag van overtijd zijn uitgevoerd. Met behulp van een ultrascan opname wordt bekeken, of de vrouw zich binnen deze periode bevindt. Bij een paar dagen overtijd bestaat het gevaar, dat de behandeling misgaat. Is de vrouw een aantal dagen overtijd, wordt de behandeling verschoven.

De behandeling bestaat uit een zuigcurettage met een zeer dun spateltje en duurt enkele minuten. Na de behandeling dient de vrouw enige tijd te rusten.

Zuigcurettage tot 13 weken

De meest voorkomende vorm van onderbreking van de zwangerschap is zuigcurettage. Dit wordt normalerwijze bij zwangerschappen tot 13 weken na de eerste dag van de laatste bloeding toegepast. Vóór de behandeling wordt de baarmoedermond desinfecteert en lokaal verdooft. Daarna wordt de baarmoedermond iets opgerekt, waardoor de zuigstaaf ingebracht kan worden, die het bevruchte ei opzuigt. De vrouw kan een sterke, maar korte menstruatiekramp ondervinden. De ingreep duurt niet langer dan 5 tot 15 minuten.

Na de behandeling verblijft de vrouw in een kamer om te rusten, in de aanwezigheid van een zuster. Als de vrouw naar huis mag gaan, krijgt zij een recept voor antibiotica en een brief met informatie. In deze brief staat informatie waar zij zich de komende weken aan dient te houden.

Bijwerkingen

De meeste vrouwen hebben na de ingreep geen vloeiing. In de eerst komende dagen kunnen buikkrampen en geringe bloedverlies optreden, vergelijkbaar met een normale menstruatie.

Zuigcurettage vanaf de 13e week

Is de vrouw langer dan 13 weken zwanger, is het ook mogelijk zuigcurettage uit te voeren. De baarmoeder wordt verder opgerekt. In sommige gevallen wordt ongeveer anderhalf tot twee uur voor de behandeling medicijnen ingenomen, te weten Prostaglandine. Dit medicijn bereidt de baarmoedermond voor op de behandeling. Hierna wordt het bevruchte eicel verwijderd met de daarvoor bestemde instrumenten. De resten worden met een zuigstaaf ‘opgezogen’.

Deze behandeling duurt langer, ongeveer 15 tot 45 minuten. De vrouw dient na de ingreep langer in het ziekenhuis te blijven.

Narcose

De ingreep gebeurt onder lokale verdoving. Het is ook mogelijk om voor volledige narcose te kiezen, zodat de vrouw niets meekrijgt van de operatie. Heeft de vrouw 4 uur vóór de ingreep niets meer gegeten of gedronken, is volledige narcose mogelijk. Na de behandeling moet de vrouw tot twee uur rusten in het ziekenhuis.

Controle

Het is belangrijk, dat de vrouw 3 weken na de behandeling voor een controle komt. In het ziekenhuis of bij de huisarts. Er wordt onderzocht of er infecties zijn en wat er na de behandeling opgevallen is. Het kan voorkomen dat de zwangerschap nog niet onderbroken is. De kans ligt onder 1 procent. Dan moet er nog een zuigcurettage uitgevoerd worden.

Klachten en complicaties

Vooral bij gevorderde zwangerschappen is de kans groter op complicaties. De volgende klachten kunnen voorkomen:

• hoge koorts
• hevige buikpijn
• veel bloedverlies
• misselijkheid na de narcose
• kwetsuur aan de baarmoeder
• infecties