Wie mag niet in de zon?
Terwijl de meeste mensen zich in de zomer op de zon verheugen, moeten anderen de zon juist vermijden. Daartoe behoren patiënten met bepaalde huidaandoeningen die worden veroorzaakt of verergerd door blootstelling aan UV-licht. Maar ook voor patiënten die bepaalde medicijnen gebruiken is extra bescherming tegen de zon noodzakelijk.
Mensen met een licht huidtype
Naar het strand, het zwembad of het park, de meeste mensen zoeken in de zomer de zon op. Maar sommigen van hen zouden daar maar met mate of misschien helemaal niet van moeten genieten. Mensen die de zon beter kunnen vermijden, zijn volgens dermatologen mensen met een licht huidtype, huidtype I en II dus. Die hebben een verhoogd risico om melanoma huidkanker te ontwikkelen. Wie dus behoort tot het Keltische (type I) of noordelijke type (type II), heeft een lage natuurlijke bescherming van de huid en moet daarom bij voorkeur de schaduw opzoeken en zonnebrandmiddelen met een hoge beschermingsfactor gebruiken.
Medicijn als sensibilisator
Niet alleen mensen met een lichte huidkleur, maar ook patiënten met bepaalde ziekten moeten de zon te vermijden. Het zijn patiënten die behandeld worden met medicijnen die de lichtgevoeligheid van de huid verhogen. Dermatologen spreken in dat verband van zogenaamde sensibilisatoren, substanties of eigenschappen die (meer of minder heftige) allergische reacties kunnen oproepen of zulke allergieën kunnen verergeren.
Deze fotosensibilisatoren leiden, afhankelijk van het geneesmiddel tot verschillende symptomen die kunnen variëren van ernstige zonnebrand en blaren tot verhoogde pigmentatie. In dit verband worden vooral diuretica als trigger genoemd.
Fotosensibilator bij uitstek is Sint-Janskruid. Maar ook veel andere werkzame stoffen uit antibiotica, antidepressiva, antipsychotica en anti-
malaria-middelen kunnen een vergelijkbaar effect oproepen. Apothekers moeten, als zij een dergelijk medicijn verstrekken, de patiënt adviseren om een passende bescherming tegen de zon te gebruiken.
Verhoogde kans op huidkanker door medicijngebruik
Een geval apart vormen patiënten die een orgaantransplantatie hebben ondergaan. Zij moeten vaak geneesmiddelen innemen die het risico op huidkanker met een factor 30 verhogen. Ook andere patiënten waarbij de werking van het
immuunsysteem chronisch onder druk staat, lopen gevaar. Patiënten met ulceratieve colitis of reumatoïde artritis gebruiken geneesmiddellen die het risico op huidkanker aanzienlijk doen toenemen.
Ziek door zonlicht
De derde grote groep van mensen die de zon moet vermijden, zijn patiënten met huidziekten die worden geactiveerd of verergerd door UV-licht. De klassieker in dit verband is cutane lupus erythematosus. Bij deze auto-immuunziekte van de huid is UV-licht een van de belangrijkste triggers (uitlokkende factoren). Zowel blootstelling aan de zon als kunstlicht, kunnen huidletsels veroorzaken of verergeren en in zeldzame gevallen leiden tot systemische lupus.
Daarom zijn ook voor deze patiënten konsekwente maatregelen ter bescherming tegen de zon een must. Op onbedekte lichaamsdelen moeten het hele jaar door zeer effectieve
zonnebrandmiddelen worden toegepast (beschermingsfactor 50 of meer). Bovendien moeten patiënten beseffen dat ramen UV-A-straling doorlaten en eventueel met een donkere folie bekleed moeten worden.
Zonne-allergie geen echte allergie
Bij deze in het dagelijks spraakgebruik als zonne-allergie bekend staande reacties, is overigens geen sprake van een echte
allergie. Echte foto-allergische reacties treden meestal op in samenhang met de inname van een medicijn of bij gebruik van bepaalde zonnebrandmiddelen.