Haarnestcyste, ontsteking van de huid
Een haarnestcycte of een sinus pilonidalis komt het vaakst voor bij mannen (in 6 procent van de gevallen) en meestal op jonge leeftijd (tussen de 20 en 40 jaar oud). Het is een huidontsteking die meestal in de bilspleet ontstaan. Haren groeien in waarna er een sinus (kanaal) gevormd wordt. Dit kanaal heeft een open verbinding met het oppervlakte van de huid. Er kan pus of bloed uitkomen. Ook kan er hevige pijn optreden. Een haarnestcyste hoeft zonder klachten niet behandeld te worden. In ernstige gevallen is een operatie noodzakelijk.
Wat is een haarnestcyste?
Een haarnestcyste wordt ook wel sinus pilonidalis genoemd. Er ontstaat een holte (cyste) in een huidplooi, vaak de bilspleet. Ingegroeide haren zijn hier de oorzaak van. Een cyste is altijd een holte die omgeven wordt door een wand van cellen. Vaak bevindt zich in een cyste vocht, in het geval van een haarnestcyste bevinden zich haren in de cyste. Vaak ontstaat er in de cyste een ontsteking, waardoor er klachten optreden.
Oorzaken
Haren kunnen de huid ingroeien wanneer ze opkrullen, bijvoorbeeld door schurende kleding of wrijving tegen de haren. Hierdoor dringen ze de opperhuid binnen. Maar ook wanneer huidplooien strak tegen elkaar aan worden gedrukt ontstaat er een haarnestcyste. We zien dit vooral bij mensen met een zittend beroep. Mensen die veel met de computer werken of vrachtwagenchauffeurs zitten nagenoeg de hele dag. Bij hen ontstaat een haarnestcyste dan ook sneller. Af en toe ontstaat een haarnestcyste bij kappers, waarbij afgeknipte haren de huid tussen de vingers binnendringen. Haarnestcystes komt het vaakst voor bij mannen onder de 40 jaar oud. Bij kinderen komt het zelden voor.
Haarnestcystes komen vaker voor binnen één familie. Waarschijnlijk is er dan sprake van een afwijking van de huid in de bilspleet. De haren groeien op deze plaats dan naar binnen toe in plaats van naar buiten, iets dat erfelijk is aangelegd. Ook overgewicht is een risicofactor: deze groep mensen krijgt vaker te maken met een haarnestcyste.
Symptomen en klachten
Niet altijd geeft een haarnestcyste klachten. Er kan pus of bloed uit de cyste komen. Een haarnestcyste kan ook voor pijnklachten zorgen. Daarnaast kan de cyste dermate gaan ontsteken (acute ontsteking) dat deze zwelt en de huid warm en rood wordt. Er vormt zich een abces rondom het kanaal dat gevormd is. In een aantal gevallen keert een haarnestcyste weer terug met dezelfde klachten. Vaak heeft dit te maken met de oorzaak die aanwezig blijft.
Een ontstoken haarnestcyste vormt een dun kanaal onder de huid. Dit kanaal staat in contact met het huidoppervlak door middel van een zeer kleine opening. Soms zijn er meerdere openingen. Wanneer de haarnestcyste pijnklachten geeft, verdwijnen de pijnklachten weer nadat er wat pus uit de opening is gelopen. De druk is dan van de cyste af. Vaak duurt het enkele dagen tot weken voordat er weer nieuwe pijnklachten optreden.
Behandeling
Wanneer een haarnestcyste geen klachten geeft hoeft deze niet altijd behandeld te worden. Belangrijk is om het huidoppervlak goed schoon te houden. Het is eventueel nodig om regelmatig te scheren, om nieuwe haarnestcystes te voorkomen. Vaak verwijst de huisarts al direct door naar een specialist. Bij vrouwen wordt er minder vaak ingegrepen. Dit omdat een haarnestcyste bij de vrouw minder vaak klachten geeft.
In een aantal gevallen schrijft de arts antibiotica voor. Op zich heeft behandeling met antibiotica niet heel veel nut, tenzij het risico op een ontsteking van het hart aanwezig is (
endocarditis). Wanneer de klachten chronisch of acuut zijn is het beter om operatief in te grijpen. Onder verdoving wordt de haarnestcyste verwijderd. Het kanaal met de aanwezige haren inclusief omringend weefsel wordt weggenomen. Deze operatie heeft de meeste kans van slagen, waardoor herhaling in de toekomst kleiner wordt. De arts kan ook een gedeelte weghalen. Het voordeel is dat de wond sneller geneest. Het nadeel hiervan is dat de kans op herhaling zeker groter is.
Om te voorkomen dat in de toekomst een nieuwe haarnestcyste ontstaat is het aan te raden het gebied regelmatig te blijven scheren. Hierdoor krijgen haren niet de kans om te krullen en de huid binnen te dringen. Kappers kunnen dunne handschoen dragen om te voorkomen dat afgeknipte haren de huid binnendringen. Vooral de huid tussen de vingers is vaak dun en week, waardoor haren hier makkelijk binnen dringen. Dit advies geldt ook voor de hondentrimster, die vaak te maken krijgt met stugge hondenharen. Bij hen is de kans op een infectie ook veel groter door de grotere aanwezigheid van bacteriën.