Haarnest- en pilonidale cyste: Pijnlijke cysten in bilspleet
Een haarnestcyste (sinus pilonidalis, jeep riders disease) is een soort grote puist die ontstaat vlakbij het stuitbeen aan de bovenkant van de bilspleet. Deze cyste raakt mogelijk geïnfecteerd, waardoor technisch gezien sprake is van een 'pilonidale cyste' (letterlijk vertaald: nest van haar). Dit is een erg pijnlijke aandoening die gepaard gaat met onder andere pus of bloed die uit de cyste lekt. De aandoening verschijnt om onduidelijke redenen, maar meestal dragen onder andere ingegroeide haren en een zittende levensstijl bij aan de totstandkoming van een haarnestcyste. Diverse typen behandelingen zijn mogelijk, afhankelijk van de eventuele infectie of terugkeer van de cyste en de ernst van de aanwezige symptomen. Wondzorg en poliklinische nazorg zijn belangrijk wanneer de arts deze aandoening behandelt, omdat anders snel complicaties ontstaan. Tot slot valt deze ziekte of de terugkeer hiervan vaak te voorkomen door het hanteren van een goede lichaamshygiëne.
Epidemiologie
Pilonidale cysten komen relatief vaak voor, vooral bij jonge mannen. De aandoening wordt vaker waargenomen bij personen tussen de 15 en 30 jaar. Het komt vaker voor in landen met een westers type levensstijl, mogelijk door een combinatie van genetische en omgevingsfactoren. Er is een hogere incidentie bij mensen met een sedentair beroep of levensstijl, zoals vrachtwagenchauffeurs en lange zittende kantoorwerkers.
Oorzaken
Wat de precieze oorzaak is van pilonidale
cysten (abnormaal gevormde holten in lichaam) is anno september 2024 onduidelijk. Mogelijk zijn ingegroeide haartjes de oorzaak, omdat artsen in de cyste vaak verborgen haarzakjes vinden. Mogelijk is een haarnestcyste ook het gevolg van een trauma of wrijving die op het gebied is toegepast. Een derde mogelijke oorzaak is herhaalde lokale verwonding.
Risicofactoren
Mensen die ter wereld gekomen zijn met een klein kuiltje tussen de bilwangen, krijgen sneller te maken met een pilonidale cyste. Mannen zijn het vaakst aangetast door deze pijnlijke aandoening. Bovendien komt de ziekte vaker voor bij jongeren dan bij ouderen. Wellicht heeft dit te maken met een gewijzigde hormoonspiegel in het lichaam rond de puberteit. Andere risicofactoren omvatten obesitas, zweten, een
sedentaire levensstijl (veel en lang stilzitten zoals bij vrachtwagenchauffeurs), overmatige lichaamsbeharing, stijf of grof haar of een verwonding of irritatie in het gebied.
Symptomen
Pilonidale cysten variëren in grootte van een klein puistje tot een zeer grote puist. Deze cysten bevatten afval en vuil en in de helft van de gevallen ook haar. Aanvankelijk bemerkt de patiënt vaak geen symptomen, buiten een klein kuiltje op het huidoppervlak. Wanneer echter een infectie ontstaat, vormt zich snel een cyste (een gesloten zakje gevuld met vloeistof) of een
abces (een gezwollen en ontstoken weefsel waar pus zich ophoopt). De patiënt ervaart hierbij de volgende mogelijke symptomen:
- haar dat uitsteekt uit de cyste
- koorts (meestal mild, komt ook slechts sporadisch voor)
- pijn bij aanraking, en bij het zitten of staan
- pijn gepaard met roodheid en zwelling
- pus of bloed die uit de cyste lekt
- vieze geur uit de pus
Door deze symptomen zijn eenvoudige zaken zoals gaan zitten of
fietsen moeilijk voor de patiënt.
Alarmsymptomen
Alarmsymptomen bij een haarnestcyste kunnen wijzen op een ernstige infectie of complicaties. Deze symptomen zijn onder andere:
- verhoogde koorts die niet afneemt
- intense pijn die niet verlicht kan worden
- toenemende roodheid en zwelling rond de cyste
- aanwezigheid van een grote hoeveelheid pus
- symptomen die verergeren ondanks behandeling
Bij aanwezigheid van deze symptomen is het belangrijk om onmiddellijk medische hulp te zoeken.
Diagnose en onderzoeken
De arts voert een lichamelijk onderzoek uit en bemerkt dan de cyste. Hij stelt daarnaast nog enkele vragen aan de patiënt met betrekking tot de andere aanwezige symptomen (zoals koorts), de frequentie van deze problemen en het medicatiegebruik. Beeldvormende of andere onderzoeken zijn in principe niet nodig bij een pilonidale cyste, tenzij er twijfel bestaat over de diagnose of er complicaties worden vermoed.
Behandeling
Een haarnestcyste wordt door de arts op verschillende manieren behandeld, afhankelijk van de ernst van de problemen.
Conservatieve behandeling
Soms gebeurt de diagnose in een vroeg stadium, waarbij nog geen tekenen van een infectie aanwezig zijn. De arts zet hierbij een breedspectrum
antibioticum in. Dit medicijn bestrijdt een breed scala van bacteriën. De arts controleert daarna regelmatig de cyste en adviseert de patiënt om zich vaak te scheren en vooral aandacht te besteden aan de hygiëne.
Incisie en drainage
Wanneer sprake is van een infectie, verwijdert de arts onder
plaatselijke verdoving de haarnestcyste via een chirurgische ingreep. De arts snijdt in de cyste (incisie) en laat dan het vocht uit de cyste weglopen (drainage). Hij verwijdert de cyste ruim, waarbij hij soms een groot onderhuids fistelcomplex moet verwijderen. Deze behandeling is voornamelijk nuttig voor patiënten die voor het eerst te maken krijgen met een haarnestcyste. Bij de procedure verwijdert de arts het haar, inclusief haarzakjes, en laat hij de wonde open. Hij bedekt dit dan met gaas. Een grondige poliklinische wondzorg is tot maximaal drie weken na de ingreep noodzakelijk.
Marsupialisatie
Deze poliklinische procedure is vergelijkbaar met incisie en drainage en gebeurt eveneens onder lokale verdoving. Maar in plaats van de wonde open te laten, naait de arts de randen van de snede in de richting van de bodem van de cyste, waardoor een klein zakje ontstaat. Dagelijkse wondzorg is hierbij niet nodig omdat het zakje niet verpakt is met gaas. Wel is het herstelproces van marsupialisatie beduidend langer, namelijk tot ongeveer zes weken, en daarnaast is een specialist nodig voor deze ingreep.
Incisie, drainage, het sluiten van wonden
De speciaal hiervoor opgeleide chirurg draineert onder volledige
narcose de cyste, maar hij sluit in tegenstelling tot marsupialisatie en gewone incisie & drainage, de wonde volledig. Een gaasje om de wonde te bedekken is bijgevolg overbodig. Het nadeel hiervan is dat het bij deze procedure moeilijk is om de gehele cyste te verwijderen.
Poliklinische nazorg en wondzorg
Een goede poliklinische opvolging en thuiszorg zijn essentieel om het genezingsproces te beoordelen en om complicaties te voorkomen. Het is bijvoorbeeld belangrijk dat het gebied schoon blijft. De aanwezigheid van een rood gebied, pus of pijn duidt op een infectie; het is in dat geval nodig om de arts te raadplegen.
Complicaties
Volgende complicaties zijn mogelijk bij een haarnestcyste:
- bloed en pus die uit de wonde sijpelt
- de ontwikkeling van een abces
- de ontwikkeling van een plaveiselcelcarcinoom (een vorm van huidkanker) in de cyste (sporadisch)
- een ontstoken, gezwollen huid
- een systemische infectie die zich door het lichaam verspreidt
- een terugkeer van de cyste
- een vieze geur die uit de wonde komt
- een wondinfectie na de operatie
- ernstige pijn
- hogere koorts
Prognose
De vooruitzichten voor patiënten met een haarnestcyste zijn uitstekend. Haast iedereen herstelt volledig van dit letsel binnen de vier tot tien weken nadat de symptomen zijn begonnen. De hersteltijd hangt af van de ernst van de aandoening en de gekozen behandeling. Wel keert de aandoening in ongeveer veertig tot vijftig procent van de patiënten terug.
Preventie
Een goede hygiëne hanteren is belangrijk, zeker aan de basis van de wervelkolom. Dit voorkomt de ontwikkeling van pilonidale cysten. Zorg ervoor dat het huidoppervlak schoon, droog en vrij van overmatig haar is. Dit kan helpen om het risico op het ontstaan van haarnestcysten te verminderen. Bovendien is regelmatig bewegen en het vermijden van langdurig zitten ook nuttig om het risico te minimaliseren.