Syndroom van Budd-Chiari: Afsluiting van leverader
Het syndroom van Budd-Chiari is een zeldzame aandoening waarbij de bloedstroom vanuit de lever naar het hart wordt geblokkeerd door trombose van de leveraders, wat kan leiden tot een ontsteking van de aderwanden. Dit veroorzaakt vochtophoping in de buikholte, geelzucht en leverproblemen als belangrijke symptomen. Behandelingsopties omvatten medicatie en chirurgie. De aandoening werd oorspronkelijk beschreven door de arts Budd in 1845, en later meer in detail door Chiari in 1899.
Synoniemen van het syndroom van Budd-Chiari
Het syndroom van Budd-Chiari (BCS) is eveneens bekend onder de volgende synoniemen:
Epidemiologie van het syndroom van Budd-Chiari
Ongeveer 1 op de 100.000 mensen is getroffen door het syndroom van Budd-Chiari. Zowel mannen als vrouwen kunnen deze aandoening ontwikkelen, met een gelijke verdeling tussen de geslachten. De meeste patiënten worden gediagnosticeerd tussen de twintig en veertig jaar oud.
Globale incidentie en prevalentie
Het syndroom van Budd-Chiari is een zeldzame aandoening die wordt gekenmerkt door de afsluiting van een of meerdere leveraders, wat leidt tot leverdisfunctie. De incidentie wordt geschat op 1 op 100.000 mensen per jaar wereldwijd, met hogere aantallen in Aziatische landen, mogelijk door een hogere prevalentie van onderliggende risicofactoren zoals chronische infecties en trombofilie.
Demografische kenmerken
De aandoening treft zowel mannen als vrouwen, hoewel vrouwen van vruchtbare leeftijd vaker gediagnosticeerd worden, mogelijk door hormonale factoren en het gebruik van orale anticonceptie. Bij mannen wordt het vaak geassocieerd met onderliggende hematologische aandoeningen.
Mechanisme
Pathofysiologie van veneuze afsluiting
De afsluiting van de leveraders kan het gevolg zijn van trombose, compressie door tumoren of fibrotische stricturen. Deze afsluiting belemmert de normale afvoer van bloed uit de lever naar de inferieure vena cava, wat leidt tot levercongestie, verhoogde druk in de sinusoïden en hepatocellulaire schade.
Systemische gevolgen
Door de opstapeling van bloed in de lever ontstaat portale hypertensie, die ascites, splenomegalie en oesofagusvarices kan veroorzaken. Onbehandeld leidt dit tot progressieve leverfalen en multi-orgaancomplicaties.
Oorzaken van afsluiting van de leverader
Bij het syndroom van Budd-Chiari is er sprake van een vernauwing of verstopping in de leveraders en/of de onderste holle ader, waardoor de bloedstroom van de lever naar het hart wordt geblokkeerd. Dit kan ontstaan door een trombose (
bloedstolsel) of een overgroei van bindweefsel in de aderen. Hoewel trombose normaal gesproken in de benen optreedt, gebeurt dit bij deze aandoening in de leveraders. De exacte oorzaak van ongeveer 70% van de gevallen blijft onbekend. Andere geïdentificeerde oorzaken zijn:
- aangeboren membraneuze obstructie
- alfa1-antitrypsine-deficiëntie
- bloedaandoeningen zoals antifosfolipiden antilichaam syndroom, essentiële trombocytose, niet-gespecificeerde myeloproliferatieve stoornis, paroxismale nachtelijke hemoglobinurie en polycythaemia rubra vera
- chronische infecties zoals abcessen door amoebiasis, aspergilloses, hydatidecysten, syfilis en tuberculose
- chronische auto-immuunaandoeningen zoals de ziekte van Behçet, een Inflammatoire darmziekte, het Sjögren-syndroom, sarcoïdose en systemische lupus erythematosus
- blootstelling aan straling of arsenicum
- posttraumatische obstructie
- zwangerschap en postpartumperiode
- erfelijke aanleg voor trombose
- gestoorde veneuze stenose
- gebruik van chemotherapie
- gebruik van hormonale substitutietherapie (vervanging van hormonen)
- gebruik van orale anticonceptiva
- gebruik van totale parenterale voeding (TPN)
- gebruik van urethaan (medicatie)
- hypoplasie van de suprahepatische aderen
- obstructie (verstopping) na een chirurgische ingreep
- sepsis (bloedvergiftiging: overdreven reactie van het immuunsysteem op ziektekiemen)
- tumoren zoals een bijniercarcinoom, hepatocellulair carcinoom (kanker op huid, in slijmvliezen en in organen) (vorm van leverkanker), leiomyosarcoom, niercelcarcinoom (nierkanker), rechteratrium myxoom en een Wilmstumor (vorm van nierkanker bij kinderen met buikpijn)
Symptomen van het syndroom van Budd-Chiari
De ernst van het syndroom van Budd-Chiari varieert tussen patiënten en hangt af van de locatie en het aantal getroffen aderen. Bij acute blokkade start de aandoening plotseling en gaat dit gepaard met ernstige
leverpijn. Bij een chronische vorm ontstaan de symptomen geleidelijk.
Symptomen van het Budd-Chiari syndroom zijn onder andere:
pijn in de rechterbovenhoek van de buik
misselijkheid
braken
een abnormaal vergrote milt (
splenomegalie)
een abnormaal vergrote lever (
hepatomegalie)
een gele verkleuring van de huid en het wit van de ogen (
geelzucht = icterus)
ophoping van vocht in de buikholte (
ascites)
In sommige gevallen kan
portale hypertensie optreden. Verder kan een patiënt een verminderde leverfunctie vertonen. Soms ontstaat een ongewone zwelling door een abnormale ophoping van vocht (
medische term:
oedeem) in de weefsels van de
benen. Tevens kunnen patiënten littekenvorming (
fibrose) en verminderde leverwerking (
cirrose) ontwikkelen vóór of na het ontstaan van het Budd-Chiari syndroom.
Diagnose en onderzoeken
Lichamelijk onderzoek
De diagnose van het syndroom van Budd-Chiari wordt gesteld op basis van een grondig lichamelijk onderzoek, een gedetailleerde anamnese (vraaggesprek) en diverse gespecialiseerde onderzoeken.
Diagnostisch onderzoek
Nuttige diagnostische onderzoeken omvatten
angiografie,
CT-scan,
MRI-scan en
echografie. Soms wordt een chirurgische verwijdering van een stukje weefsel uitgevoerd (
biopsie), wat later microscopisch wordt onderzocht.
Differentiële diagnose
Symptomen van het Budd-Chiari syndroom kunnen lijken op die van andere aandoeningen. Vergelijkingen zijn nuttig voor een juiste differentiële diagnose:
Behandeling van het syndroom van Budd-Chiari
Een snelle diagnose is cruciaal om de effectiviteit van de behandeling te optimaliseren. De behandeling omvat vaak hoge doses
corticosteroïden.
Anticoagulantia (geneesmiddelen tegen bloedstolling) zijn ook belangrijk voor de behandeling.
Diuretica (vocht afdrijvende middelen) kunnen helpen bij de behandeling van ascites. Verder kunnen verschillende chirurgische ingrepen nodig zijn, en in ernstige gevallen kan een
levertransplantatie noodzakelijk zijn.
Complicaties van het syndroom van Budd-Chiari
Mogelijke complicaties van het syndroom van Budd-Chiari zijn:
Leverfalen
encefalopathie (hersenaandoening)
portale hypertensie
slokdarmvarices (slokdarmspataders: verwijde bloedvaten in de slokdarm)
bacteriële peritonitis
hepatorenaal syndroom
Prognose van het syndroom van Budd-Chiari
De prognose van het syndroom van Budd-Chiari varieert. De vooruitzichten hangen af van de leeftijd bij de diagnose (hoe jonger, hoe beter), de aanwezigheid van ascites (afwezig is gunstig) en het serum creatinine niveau in het bloed (laag is gunstig). Zonder behandeling is de aandoening vaak fataal. Met behandeling bedraagt de vijfjaarsoverleving vaak 90%. Als de patiënt echter portale hypertensie of portale veneuze trombose heeft, kunnen de vooruitzichten minder gunstig zijn.
Complicaties van het syndroom van Budd-Chiari
Het syndroom van Budd-Chiari kan verschillende complicaties met zich meebrengen, waaronder:
Preventie van het syndroom van Budd-Chiari
Preventie van het syndroom van Budd-Chiari omvat:
- Vermijden van risicofactoren zoals hormonale anticonceptiva en chemotherapie
- Behandeling van aandoeningen die trombose kunnen veroorzaken, zoals polycythaemia vera en essentiële trombocytose
- Regelmatige medische controle voor patiënten met een bekende aanleg voor trombose of leverziekten
- Vroegtijdige behandeling van infecties en ontstekingen die tot trombose kunnen leiden
Lees verder