Neonatale sepsis: Bloedvergiftiging bij baby's
Neonatale sepsis (sepsis neonatorum, neonatale septikemie) is een medische aandoening die baby’s treft. Hierbij ontstaat een bacteriële infectie in het bloed tijdens de eerste drie levensmaanden. Vroege sepsis verschijnt in de eerste week van het leven. Sepsis met een laat begin treedt op nadat de baby één week tot drie maanden oud is. Bekende symptomen omvatten onder andere ademhalingsproblemen, een opgezette buik, geelzucht en plasproblemen. Wanneer de diagnose van bloedvergiftiging bij de baby bevestigd is, volgt een medicamenteuze en ondersteunende behandeling. De prognose is bij een snelle diagnose en behandeling uitstekend. Dankzij enkele tips is het tot slot mogelijk om de bloedvergiftiging door bacteriën bij zuigelingen te voorkomen.
Epidemiologie
Neonatale sepsis is een van de belangrijkste oorzaken van neonatale sterfte wereldwijd, vooral in ontwikkelingslanden. Anno september 2024 is het sterftecijfer in ontwikkelde landen aanzienlijk gedaald dankzij verbeterde prenatale zorg en vroege opsporing. In ontwikkelingslanden blijft het echter een ernstige bedreiging voor de gezondheid van pasgeborenen. Ongeveer 1 tot 8 op de 1000 levendgeborenen ontwikkelt neonatale sepsis, afhankelijk van de toegang tot medische zorg en hygiënische omstandigheden tijdens de bevalling.
Oorzaken van bacteriële infectie
Neonatale
sepsis resulteert uit een infectie met bacteriën. De
baby komt tijdens de zwangerschap, de geboorte of na de geboorte in contact met bacteriën. Enkele bacteriën die mogelijk deze infectie veroorzaken, zijn
Escherichia coli (E. coli),
Listeria en sommige stammen van
Streptococcus. Groep B-streptokokken is een belangrijke oorzaak van neonatale sepsis, al komt dit nu minder vaak voor omdat vrouwen tijdens de zwangerschap worden gescreend. Het
herpes simplex-virus veroorzaakt soms ook een ernstige infectie bij een pasgeboren baby.
Soorten neonatale sepsis
Vroege aanvang
Vroege sepsis ontwikkelt zich in de eerste twee à drie dagen na de geboorte. Vroege sepsis is het gevolg van een infectie van de moeder. De infectie wordt dan tijdens de geboorte overgedragen naar de baby via de placenta of het geboortekanaal. Moeders met een hoog risico krijgen tijdens de bevalling daarom
antibiotica toegediend. Dit voorkomt bij sommige zuigelingen een vroegtijdige bacteriële sepsis.
Late aanvang
Sepsis met een late aanvang treedt op nadat de baby één week tot drie maanden oud is. Dit wordt veroorzaakt door bacteriën die in het ziekenhuis aanwezig zijn.
Risicofactoren van bloedvergiftiging bij baby
Factoren die de kans op neonatale sepsis kunnen vergroten, zijn onder meer:
- de foetus heeft een stoelgang vóór de geboorte en de foetale ontlasting bevindt zich in de baarmoeder
- een voortijdige geboorte (meer dan drie weken voor de uitgerekende datum)
- een vroege arbeid (meer dan drie weken voor de uitgerekende datum)
- een zeer laag geboortegewicht
- foetale nood vóór de geboorte
- geslacht: jongens zijn vaker aangetast
- het vruchtwater rond de baby heeft een slechte geur of de baby stinkt direct na de geboorte
Zwangerschapsaandoeningen of gezondheidsproblemen van moeders die de kans van de baby op neonatale sepsis vergroten, zijn onder meer:
- arbeidscomplicaties die leiden tot traumatische of voortijdige bevalling
- de aanwezigheid van groep B streptokokkenbacteriën in vaginale of rectale gebieden
- een langdurige interne monitoring tijdens de arbeid en bevalling
- een lange tijd behoefte aan een katheter tijdens de zwangerschap
- koorts of andere infecties tijdens de bevalling
- veel kuren met prenatale steroïden
- water dat meer dan 18 uur vóór de bevalling brak
Symptomen
In de meeste gevallen van sepsis met vroege aanvang zijn de symptomen aanwezig binnen 24 uur na de geboorte. In bijna alle gevallen zijn de symptomen aanwezig binnen 48 uur na de geboorte. De baby ervaart dan één of meer van de volgende tekenen:
- ademhaling: ademhalingsproblemen, een snelle ademhaling (tachypneu), periodes van gestopte ademhaling (apneu)
- algemeen: moeite met het wakker maken van de baby of ongewone slaperigheid, verminderde bewegingen, koorts of frequente temperatuursveranderingen
- buik: een gezwollen buikgebied / een opgezette buik
- endocrien: een lage bloedsuikerspiegel (hypoglykemie)
- hart: een abnormaal trage hartslag (bradycardie) of snelle hartslag (tachycardie)
- hersenen en gedrag: epileptische aanvallen, zenuwachtigheid, prikkelbaarheid, hypotonie (lage spierspanning), tremoren (bevingen)
- huid: blauwe plekken of bloedingen, een gele huid en geel oogwit (geelzucht), een huiduitslag, een koele en klamme huid, een overdreven bleke huid, extreme roodheid rond de navel
- maag en darmen: diarree of een verminderde stoelgang, geelachtig materiaal braken, ileus (gestopte darmbewegingen met verstopping van darmen), minder krachtig zuigen
- urine: minder plassen (oligurie) of geen urineproductie (anurie)
- voeding: borstvoedingsproblemen of voedingsproblemen met de fles
Alarmsymptomen
Enkele alarmsymptomen die onmiddellijk medisch ingrijpen vereisen, zijn:
- plotselinge veranderingen in ademhaling of hartslag
- onverklaarbare, langdurige koorts
- epileptische aanvallen
- ernstige prikkelbaarheid of lethargie
- blauwe of grijze verkleuring van de huid (cyanose)
Diagnose en onderzoeken
De ouders melden de symptomen en
medische geschiedenis van de baby, waarna de arts een lichamelijk onderzoek bij de baby uitvoert. Hij bestelt nog een
bloedonderzoek, wat nuttig is om de oorzaak van de infectie te achterhalen. Daarnaast is een
lumbale punctie (ruggenprik) nodig om het hersenvocht te onderzoeken. Huidculturen,
ontlastingsculturen en
urineculturen detecteren het herpesvirus, vooral als de moeder een geschiedenis van een infectie heeft. Verder bestelt de arts
röntgenfoto’s van de borstkas en/of buik van de baby wanneer ademhalingsproblemen aanwezig zijn.
Behandeling
De behandeling hangt af van de ernst van neonatale sepsis. Een ziekenhuisopname is altijd nodig (in afwachting van de resultaten).
Milde symptomen
Milde symptomen volgt de arts op zonder antibiotica toe te dienen. Indien de arts geen bacteriën vindt via de onderzoeken, dan mag de baby naar huis en moet hij terugkomen voor een controlebezoek.
Medicatie vormt de steunpilaar voor de behandeling van neonatale sepsis /
Bron: Stevepb, Pixabay
Ernstige symptomen
De behandeling van bevestigde sepsis hangt af van de locatie van de infectie. De arts dient intraveneuze (via een ader) antibiotica toe en zeker bij baby’s jonger dan vier weken die tekenen van een infectie vertonen. Pasgeborenen van wie de moeder
chorioamnionitis (
ontsteking van vliezen rond de foetus) had of die om andere redenen een hoog risico lopen, krijgen in het begin ook intraveneus antibiotica toegediend, zelfs als ze geen symptomen hebben. De baby krijgt tot drie weken antibiotica als er bacteriën in het bloed of het ruggenmergvocht aanwezig zijn. Is de baby besmet met het herpesvirus, dan zet de arts een
antiviraal medicijn in. Ook is soms een intraveneuze vochttoediening (vloeistoffen, glucose en elektrolyten) nodig zodat de baby ondersteund wordt totdat de infectie is verdwenen. De baby heeft mogelijk zuurstoftherapie nodig. In ernstigere gevallen is mechanische ventilatie nodig om de ademhaling te ondersteunen.
Prognose bij zuigelingen met bloedvergiftiging
Veel baby's met bacteriële infecties herstellen volledig en hebben geen andere problemen. Neonatale sepsis is echter een belangrijke oorzaak van kindersterfte. Hoe sneller een kind een behandeling krijgt, hoe beter de resultaten.
Zwangere vrouwen consumeren best een gezonde, evenwichtige voeding /
Bron: Jill111, Pixabay
Complicaties
Complicaties van neonatale sepsis kunnen ernstig zijn en omvatten:
- hersenbeschadiging door meningitis
- longschade door pneumonie
- hartproblemen door myocarditis
- multi-orgaanfalen in ernstige gevallen
- ontwikkeling van chronische gezondheidsproblemen zoals long- of hartproblemen
Preventie
Om de kans op neonatale sepsis te verkleinen, zet de arts antibiotica in om gevaarlijke bacteriën bij de moeder te bestrijden. Dit voorkomt de verspreiding van bacteriën tijdens de zwangerschap of de geboorte van het kind. De arts adviseert het gebruik van antibiotica wanneer de biologische moeder eerder is bevallen van een baby met neonatale sepsis, wanneer de moeder lijdt aan chorioamnionitis of wanneer de moeder voor de uitgerekende datum een positieve bacteriële infectietest heeft gehad. Verder voorkomt borstvoeding sepsis bij sommige zuigelingen. De moeder moet voorts bevallen op een schone plaats. Tot slot moet een zwangere vrouw proberen om een vroegtijdige bevalling of voortijdige geboorte te voorkomen. Enkele tips zijn dan aanbevolen: prenatale zorg krijgen,
drugs en
alcohol vermijden en een
gezonde, evenwichtige voeding eten. Daarnaast zijn hygiënemaatregelen in ziekenhuizen en vroedvrouwenpraktijken van cruciaal belang om besmetting te voorkomen. Vaccinaties tegen bepaalde virussen, zoals herpes simplex, kunnen ook het risico op neonatale sepsis verminderen.
Lees verder