De pneumokok: ziektebeelden, behandeling en bijzonderheden
De pneumokok is een bacterie die bij veel mensen in de mond-keelholte voorkomt. Jonge kinderen en oudere mensen hebben vaker infecties met deze bacterie. Bij verminderde weerstand kan deze bacterie ook problemen geven. Het kan het gaan om middenoorontsteking, maar ook om infecties die levensbedreigend kunnen worden, zoals longontsteking, hersenvliesontsteking en bloedvergiftiging. Informatie over de pneumokok: algemeen, ziektebeelden, symptomen, behandeling en bijzonderheden.
Foto: Streptococcus pneumoniae, zeer sterk vergroot
De
pneumokok is een bacterie die verantwoordelijk is voor een aantal ziektebeelden. Jonge kinderen en oudere mensen hebben meer kans op een infectie veroorzaakt door deze bacterie, net als mensen met een verminderde weerstand. Sinds 1995 bestaan er verschillende
vaccins tegen pneumokokken, die bescherming bieden tegen bijna alle typen (95%) die ernstige infecties veroorzaken. Voordat antibiotica werden ontdekt gingen mensen vaak dood aan infecties met deze bacterie, maar ook nu zijn er elk jaar nog meer dan duizend mensen die overlijden na een (ernstig verlopende) infectie met de pneumokok. Voor mensen van wie de milt niet goed werkt of is verwijderd is de pneumokok extra gevaarlijk omdat dit orgaan een belangrijke rol speelt bij de afweer tegen deze bacterie. Zij lopen meer risico op een ernstig verlopende infectie en worden daarom gevaccineerd.
De pneumokok in het laboratorium
De officiële naam van de pneumokok is
Streptococcus pneumoniae. Onder de microscoop zijn deze bacteriën te zien als
Gram-positieve diplokokken met een
kapsel om zich heen. Dit kapsel bestaat uit polysacchariden; dit zijn grote moleculen die bestaan uit bepaalde suikers. De samenstelling van het kapsel is anders bij de verschillende pneumokokken. Door de verschillen in dit kapsel kan men 90 verschillende
serotypen pneumokokken onderscheiden. Om zeker te weten dat het bij een 'verdacht' ziektebeeld om pneumokokken gaat wordt een kweek in het laboratorium gedaan van bijvoorbeeld sputum, bloed of hersenvloeistof (liquor).
Hoe worden pneumokokken overgedragen?
Pneumokokken komen bij veel gezonde mensen voor in de mond-keelholte, waarbij er normaal gesproken geen problemen ontstaan. Als de weefsels (trilhaarepitheel) in dit gebied intact zijn geven deze bescherming tegen infecties met deze bacterie. Als mensen dichter op elkaar leven, zijn er meer mensen die de pneumokok bij zich hebben, zij zijn dragers. Vooral bij mensen die veel in contact komen met kleine kinderen is dit het geval. Via heel kleine druppeltjes (aerosolen) of via direct contact zoals zoenen wordt de pneumokok overgedragen aan anderen.
Iemand die een infectie met pneumokokken krijgt heeft deze meestal al vlak daarvoor in de mond-keelholte bij zich gehad. Het duurt ongeveer 1 tot 3 dagen voordat er ziekteverschijnselen optreden, afhankelijk van het type pneumokok. Iemand die een infectie met pneumokokken heeft gehad maakt antistoffen specifiek tegen het serotype en is daarna jarenlang beschermd tegen dit type.
Welke ziektebeelden kunnen er onstaan door pneumokokken?
Iemand die besmet wordt met pneumokokken hoeft daar dus niet ziek van te worden, dit wordt asymptomatisch (=zonder symptomen, ziekteverschijnselen) dragerschap genoemd. Men draagt de bacterie bij zich zonder dat men er last van heeft. Pneumokokken kunnen allerlei ziektebeelden geven die meer of minder ernstig kunnen verlopen. Ze zijn vaak de oorzaak van:
- middenooronsteking (otitis media acuta)
- bijholte ontsteking (sinusitis)
- bronchitis
- longontsteking (pneumonie)
- hersenvliesontsteking (meningitis)
- sepsis (bloedvergiftiging)
Pneumokokken kunnen ook de veroorzaker zijn van andere ziektebeelden, die wat minder vaak voorkomen, zoals:
- gewrichtsontsteking (artritis)
- endocarditis (hartklepontsteking)
- peritonitis (buikvliesontsteking)
Ziekteverschijnselen van ernstige pneumokokkeninfecties
Vooral de hersenvliesontsteking en de bloedvergiftiging zijn ernstige infecties waaraan iemand kan overlijden. Hier volgen de ziekteverschijnselen van de ziektebeelden die ernstig kunnen verlopen.
Longontsteking
Een longontsteking die wordt veroorzaakt door pneumokokken wordt een
pneumokokkenpneumonie genoemd. Typerend hierbij is dat men plotseling ziek wordt met hoge koorts en koude rillingen. Een ander verschijnsel is hoesten, waarbij sputum wordt opgehoest (productieve hoest) dat ook bloed kan bevatten. Ademhalen is pijnlijk en ook kortademigheid hoort hierbij. Als het om kinderen gaat kan ook braken en koorts met koortsstuipen voorkomen. Een op de twintig mensen overlijdt aan deze vorm van longontsteking, bij mensen boven de 65 jaar is dit cijfer hoger.
Hersenvliesontsteking
Een hersenvliesontsteking waarbij de pneumokok de boosdoener is wordt
pneumokokkenmeningitis genoemd. Deze vorm van van hersenvliesontsteking komt vooral voor bij jonge kinderen en bij oudere mensen. Het is ook mogelijk dat na een verwonding van de schedel via een open verbinding met de neus-keelholte de pneumokokken in de hersenvliezen terechtkomen en daar vervolgens de ontsteking veroorzaken. In Nederland zijn ongeveer 250 gevallen van hersenvliesontsteking door pneumokokken per jaar. Het sterftecijfer van hersenvliesontsteking veroorzaakt door pneumokokken is 15 tot 20 %.
Bloedvergiftiging
Officieel wordt dit ziektebeeld aangeduid als sepsis, in dit geval
pneumokokkensepsis. Hierbij zijn de pneumokokken in de bloedbaan terechtgekomen en vermeerderen zich daar ook. Het is een ernstig ziektebeeld en komt bij ongeveer 25 tot 30 % van de patiënten met een pneumokokkenpneumonie voor. Hierbij ontstaan hoofdpijn, hoge koorts en nekstijfheid. De patient heeft stoornissen van het bewustzijn en kan verward zijn.
Hoe wordt een infectie met pneumokokken behandeld?
Een infectie met pneumokokken wordt behandeld met
antibiotica, die door de mond kunnen worden ingenomen (oraal). Welke soort hangt af van het ziektebeeld en van de patient; zo kunnen sommige antibiotica niet door kinderen worden gebruikt. Het kan gaan om doxycycline, amoxicilline, erytromycine of azitromycine. Als het gaat om de behandeling van ernstige infecties waarbij de patiënt in het ziekenhuis is opgenomen zal de toediening van antibiotica via een infuus worden gedaan. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij hersenvliesontsteking en bloedvergiftiging.
Ziek door pneumokokken: wie, waar en wanneer
Wie meer kans hebben om ziek te worden
Mensen die roken hebben een grotere kans om ziek te worden van pneumokokken. Dit geldt ook voor mensen die net de griep hebben gehad (geen "griepje" maar het influenza-virus). Er is meer kans dat de pneumokok wordt overgedragen van de ene naar de andere persoon bij bepaalde groepen mensen, die daardoor meer risico lopen om ziek te worden. Dit geldt voor kinderen tot 3 jaar en kinderen die meer dan 3 dagen bij andere kinderen verblijven, zoals in een kinderdagverblijf. Dit is ook het geval in gezinnen van tenminste 5 personen en in groepen tieners die veel samen zijn.
Waar en wanneer
Ziekte door pneumokokken veroorzaakt komt wereldwijd voor; in ontwikkelingslanden overlijden kinderen er vaak aan. In gebieden waar een gematigd klimaat heerst, zoals Nederland, zijn de winter en het voorjaar de seizoenen waarin infecties met pneumokokken het meeste voorkomen. Ten tijde van een griepepidemie komen vaker infecties met pneumokokken voor.
Vaccinatie tegen pneumokokken
Sinds 1995 is het mogelijk om te vaccineren tegen pneumokokken. Er bestaan verschillende soorten vaccins tegen deze bacterie; welke gebruikt wordt hangt af van de leeftijd en eventueel aanwezige aandoeningen. De vaccinatie voor kinderen tot 24 maanden is in het Rijksvaccinatieprogramma opgenomen. De kinderen worden ingeënt als ze 2, 3, 4 en 11 maanden oud zijn, tegelijk met de vaccinatie tegen DKTP/Hib. Hierdoor worden kinderen (langdurig) beschermd tegen 60% van de serotypen pneumokokken die in ons land voorkomen en die gevaarlijke infecties kunnen veroorzaken. Voor volwassenen en kinderen ouder dan 2 jaar wordt een ander vaccin gebruikt; mensen die hiermee ingeënt worden zijn beschermd tegen ongeveer 95% van de pneumokokken-typen die in West-Europa ernstige infecties kunnen veroorzaken.
Wie komt in aanmerking voor vaccinatie tegen pneumokokken?
Mensen van wie de milt is verwijderd of bij wie de milt niet goed functioneert krijgen het advies om zich te laten inenten tegen pneumokokken, en er wordt aanbevolen om dit elke vijf jaar herhalen. Bij mensen die lijden aan bepaalde (chronische) ziekten of aandoeningen wordt per patient bekeken of het zinvol is te vaccineren. Het gaat bijvoorbeeld om mensen die lijden aan nierziekten, HIV, bepaalde vormen van kanker, auto-immuunziekten, mensen die een orgaan- of beenmergtransplantatie hebben ondergaan.
Lees verder