Het Gilles de la Tourette-syndroom, ongewilde tics
Het Gilles de la Tourette syndroom (GTS) kenmerkt zich door tics. Kortdurende, zich herhalende bewegingen op vocaal en/of motorisch gebied, die langer dan een jaar duren. Georges Gilles de la Tourette, die leefde van 1857 tot 1904, is een Franse arts die voor het eerst te maken kreeg met het verschijnsel en erover publiceerde. Het syndroom is naar hem vernoemd. Vanaf de jaren zestig in de vorige eeuw wordt er meer over gepubliceerd en is er steeds meer over bekend. De tics kunnen zich ook uiten in schelden en schuttingwoorden.
Het syndroom van Gilles de la Tourette
Hevige tics
Tourette is een neuro-psychiatrische aandoening. Een op de honderd mensen heeft het. Bij de meeste mensen is het syndroom bekend door de hevige tics en de
coprolalie, het roepen of zeggen van onbetamelijke, onbeschofte, obscene of agressieve woorden. Maar het syndroom kent ook vele mildere kanten. Veelal uit het zich in kort kuchen of knipperen met de ogen. Coprolalie komt slechts bij een minderheid van de patiënten voor. Coprolalie kan voor mensen veel negatieve consequenties hebben voor de ontwikkeling van de persoonlijkheid. Thuis, op school en in de sociale omgeving voelt men zich zeer ongelukkig.
Willekeurig en onwillekeurig
Men heeft lang gedacht dat de tics zich onwillekeurig voor doen, maar volgens Lang vertellen patiënten dat ze juist voelen dat zij de tic zelf veroorzaken, dus dat die willekeurig is. De aandrang tot de tic is onwillekeurig, maar het produceren daarvan niet. De patiënt kan de aandrang onderdrukken, maar de spanning wordt dan zo groot, dat zij de tic alsnog uitvoeren. Bij gerichte geestelijke inspanning, zoals lezen of aan de computer werken, manifesteren zich de tics minder. Ook tijdens de slaap. Bij stress en opwinding nemen ze toe. De tics ontstaan meestal tussen het tweede en vijftiende levensjaar. De diagnose wordt rond het elfde jaar gesteld (Buitelaar e.a).
Verschijningsvormen
Motorische tics
Gilles de la Tourette begint meestal met simpele motorische tics zoals knipperen, schokschouderen of het maken van rukkende bewegingen van armen of benen. Zo ook knikken met het hoofd, tenen krommen en knakken van de vingers.
Vocale tics
Deze kunnen zijn: grommen, keelschrapen, kuchen, klakken met de tong, sissen. Ook roepen van vloek- en scheldwoorden of het herhalen van woorden of zinnen kan voorkomen.
Ernaast kunnen zich andere kenmerken voordoen
Mensen hebben spanningsproblemen, slaapproblemen en angst- of paniekaanvallen of zijn depressief. Men is hooggevoelig, heeft moeite met zich concentreren of is impulsief. Men kan dwanggedachten hebben of woede-uitbarstingen. En men kan risicogedrag vertonen. Gilles de la Tourette komt vaker voor in combinatie met ADHD, OCD of ASS.
Obsessies en klachten
Obsessief zijn samengestelde tics zoals het gevoel mensen of dingen te moeten aanraken, ruiken of likken (dwanghandelingen).
Bij GTS kunnen leermoeilijkheden optreden, depressies, antisociaal gedrag en agressief gedrag (Cohen e.a.). Bij jongens komt het drie keer vaker voor dan bij meisjes.
De diagnose van GTS
- Eén of meer vocale en meerdere motorische tics zijn aanwezig of aanwezig geweest. (een tic is een snelle, terugkerende beweging of vocalisatie).
- De tics komen vele keren per dag voor, met tussenpozen, met de duur van meer dan een jaar. Tics kunnen tijdelijk afwezig zijn.
- Mensen lijden aan de tics, vooral in sociaal en beroepsmatig opzicht.
- De stoornis is niet toe te schrijven aan verdovende middelen of aan een andere medische aandoening (APA).
APA is the American Psychological Association.
Oorzaken
Erfelijk
Voornamelijk genetische en biologische factoren veroorzaken Gilles de la Tourette. De kwetsbaarheid om GTS te ontwikkelen is overerfbaar. En ook nog een laag geboortegewicht (biologische factor) levert meer tics op. Mannelijke familieleden in de eerste graad van een persoon met GTS hebben meer kans om GTS te ontwikkelen. Vrouwelijke familieleden in de eerste graad ontwikkelen eerder een dwangneurose.
Begeleiding en behandeling
Vaststellen van la Tourette
Een psycholoog, een psychiater of een neuroloog kunnen het syndroom vaststellen.
Voorlichting en begeleiding
Voorlichting van ouders en kind over de verschijningsvormen van GTS, vaak geruststellend, gaat over in begeleiding: leren omgaan met de tics en de acceptatie daarvan. School en omgeving moeten worden ingelicht. Kinderen moeten niet op hun tenen hoeven lopen, omdat de tics dan zullen toenemen. Psychotherapie, individueel of in gezinsverband, is helend voor de verwerking van het verlies van controle over het eigen lichaam. Contact met lotgenoten kan ook steun geven.
Gilles de la Tourette is niet te genezen
Mensen met Tourette kunnen aanleren zich te ontspannen. Men kan aan sport doen en zorgen voor rust en regelmaat. Stress moet worden vermeden en met kan er het beste zo weinig mogelijk aandacht aan besteden.
Gedragstherapie
Twee gedragstherapeutische methoden blijken effectief te zijn. De eerste wordt Exposure en Responspreventie genoemd en bestaat uit het langdurig tegenhouden van de tics. Ook wordt het tegengaan van de tics geoefend door gewoonteomkering (Habitat reversal). Hierbij worden groepen spieren ingeschakeld om de beweging van de tic tegen te werken. Een gestructureerde omgeving, met verwachte situaties, doet de spanning verminderen en dus ook de tics.
Medicatie
Medicatie wordt pas gegeven als de tic ernstig is of als ernstig wordt ervaren. Zo ook als gedragstherapie mislukt. Dan wordt vaker antipsychotica gegeven. GTS vermindert daardoor, maar verdwijnt niet. Met antipsychotica is men terughoudend, omdat er vele bijwerkingen zijn.
Lees verder