Metformine bij suikerziekte (diabetes type 2)

Inhoud
- Diabetes type 2 en metformine
- Metformine en glucagon
- Wanneer wordt metformine voorgeschreven?
- Gebruik geen metformine bij de volgende klachten
- Aandoeningen
- Dosering
- Bijwerkingen van metformine
- Symptomen
- Wisselwerking met andere medicijnen
- Metformine en zwangerschap
- Alcohol
Diabetes type 2 en metformine
Metformine (metforminehydrochloride, C4H11N5) wordt gebruikt bij de behandeling van diabetes type 2, waarbij kort gezegd de alvleesklier te weinig of soms (beginfase) juist te veel insuline produceert en/of het lichaam niet goed meer reageert op insuline. Het betreft met andere woorden een koolhydraatstofwisselingsstoornis. Het lichaam maakt doorgaans te weinig insuline aan, waarbij de cellulaire en andere fysiologische processen onvoldoende adequaat reageren op het bovengenoemde hormoon.
Diabetes type 2 komt op steeds jongere leeftijd voor en heeft in veel gevallen direct te maken met de leefwijze, vandaar de benaming 'welvaartsziekte'. Een belangrijke factor bij de behandeling ervan is het voorkomen van complicaties als gevolg van deze aandoening, zoals oogafwijkingen, infecties, nierproblemen en chronische vermoeidheid. Metformine is afkomstig uit de zogenaamde biguaniden-groep, waarbij de bloedsuikerverlaging voornamelijk tot stand komt door een verminderde aanmaak van glucose (uit glycogeen) in de lever.
Glucophage
Het biguanide-type van antidiabetica is direct gerelateerd aan de Galega officinalis (Franse lelie), een plant waarvan al heel lang bekend is dat die de symptomen van diabetes mellitus vermindert. Het betreft een generiek geneesmiddel en is onder andere op de markt gebracht onder de merknamen Glucophage, Obimet en Metformax.
Metformine en glucagon
Metformine is gebaseerd op de fysiologische invloed van de Galega officinalis (Franse lelie). De werking ervan werd al in de jaren vijftig beschreven in de wetenschappelijke vakliteratuur. Metformine beïnvloedt de werking van glucagon, dat net als insuline in de alvleesklier (pancreas) wordt aangemaakt. Het is een hormoon dat glycogeen in de spieren en lever omzet in glucose voor de cellulaire energievoorziening.Positief effect op de vetstofwisseling
Het hormoon glucagon is de tegenhanger van insuline en verlaagt de bloedsuikerspiegel door invloed uit te oefenen op de chemische omzetting van glycogeen in glucose. Metformine verbetert de zogenaamde insulinegevoeligheid in de lichaamscellen, wat een betere opname van glucose waarborgt. Bovendien zorgt metformine ervoor dat glucose minder snel via de darm wordt opgenomen in het bloed. Ook heeft metformine een positief effect op de vetstofwisseling (verlaging van de cholesterol- en triglyceridenspiegel).
Wanneer wordt metformine voorgeschreven?
Metformine wordt in veel gevallen voorgeschreven bij diabetes type 2 indien een aangepast voedingspatroon en meer lichaamsbeweging niet voldoende zijn om het bloedsuikergehalte te doen dalen. Met name bij overgewicht. Het is een eerste-keusmiddel. Indien metformine in combinatie met een geschikt dieet en voldoende lichaamsbeweging niet effectief genoeg is, of er zijn andere oorzaken, wordt soms een kortwerkend sulfonylureumderivaat toegevoegd, zoals gliclazide, met later eventueel insulinetherapie. Overigens wordt metformine wel eens voorgeschreven bij bepaalde vormen van onvruchtbaarheid.Gebruik geen metformine bij de volgende klachten
Metformine kan in combinatie met andere bloedsuikerverlagende middelen worden gebruikt. Hoewel het een eerste-keusmiddel betreft, is het in een aantal gevallen beter om het niet voor te schrijven. Allereerst is het van belang om te weten of de patiënt allergisch is voor een van de stoffen in metformine. Ook is het belangrijk dat de huisarts op de hoogte is van mogelijk andere aandoeningen en welke medicijnen men nog meer gebruikt.
Aandoeningen
Bij onder andere de volgende aandoeningen en klachten dient men zeer voorzichtig te zijn met het voorschrijven van metformine of het gebruik ervan te staken:- Nierfalen of een slechte nierfunctie (kreatinineklaring).
- Acute aandoeningen die de nierfunctie beïnvloeden zoals uitdroging (diarree, braken), ernstige infecties, shock.
- Bepaalde hartaandoeningen, waaronder decompensatio cordis (hartfalen) en een myocardinfarct.
- Alcoholisme.
- Leverfunctiestoornissen.
- Ernstige diabetes met verzuringverschijnselen (ketoacidose) met symptomen als extreme vermagering, verdiepte ademhaling (Kussmaul-ademhaling) door verzuring, sufheid en een ketongeur in de adem.
- Voorzichtigheid is geboden bij verschijnselen die mogelijk samenhangen met het gebruik van metformine, zoals overmatig transpireren, snelle hartslag (tachycardie), duizeligheid, concentratieverlies en spierzwakte.
Dosering
Metformine is in de handel in tabletten van 500, 850 en 1000 mg. Het wordt toegediend onder geleiding van de glucosewaarden, waaronder het HbA1c, de mate van overgewicht, een aangepast dieet, adequate lichaamsbeweging en de motivatie van de patiënt. Doorgaans wordt gestart (volwassenen) met een dosering van 1 x 500 mg en bij onvoldoende werking verhoogd naar 2 of 3 x daags 500 of 850 mg. De maximale dosis metformine is 3 x 1000 mg.Ouderen
Vooral bij ouderen is het belangrijk dat de nierfunctie regelmatig wordt gecontroleerd. Neem metformine tijdens of vlak na de maaltijd, bij voorkeur met een vol glas water. Indien u een dosis hebt gemist, slaat u die over. Neem dus geen dubbele dosis.
Bijwerkingen van metformine
Metformine heeft nogal wat bijwerkingen. Het is belangrijk om daar rekening mee te houden. Stel uw huisarts op de hoogte indien u bijwerkingen vermoedt die mogelijk te wijten zijn aan metformine maar die niet in de bijsluiter staan. Hieronder volgt een greep uit de lange lijst met onwenselijke klachten.Symptomen
- Maag-darmproblemen, zoals maagpijn, diarree, verminderde eetlust, misselijkheid, braken, verhoogde darmperistaltiek.
- Lage lichaamstemperatuur.
- Ademhalingsproblemen.
- Vermoeidheid (futloos).
- Gewichtsverlies of juist gewichtstoename.
- Jeuk.
- Leverfunctiestoornissen, zoals geelzucht.
- Verminderde vitamine B12-opname (bij langdurig gebruik van metformine).
- Rode huid.
Wisselwerking met andere medicijnen
Stop nooit op eigen initiatief met het innemen van metformine. Elke verandering in het gebruik ervan dient in samenspraak met de huisarts of specialist te gebeuren. Na het abrupt staken van metformine kan de bloedglucosespiegel oncontroleerbaar hoog stijgen met alle nare gevolgen van dien op de lange termijn, zoals neuropathie, nier- en vaatschade, visusproblemen. Dat geldt zeker als u daarnaast ook andere medicijnen slikt. De volgende medicamenten kunnen van invloed zijn op of een wisselwerking hebben met metformine:- Bloeddrukregulerende middelen.
- Corticosteroïden.
- Bèta-2-antagonisten, zoals terbutaline.
- Andere bloedsuikerverlagende middelen.
- Jodium-contrastmiddelen. Het is dan raadzaam het gebruik van metformine tijdelijk te staken. Vraag advies als u geopereerd wordt.
- Luchtwegverwijders, zoals salbutamol.
- Diuretica (plaspillen).
- Medicijnen tegen ernstige infecties.
- Pijnstillers.
- Bij koorts.
