Aalbessen en/of trosbessen
In de zomer, wanneer je over de markt loopt zie je ze altijd liggen: bakjes met rode aalbessen. Aalbessen smaken ietwat zurig maar als je daarvan houd zijn aalbessen een prima optie om als een gezond ontbijt bijvoorbeeld te mengen met wat yoghurt. Behalve rode aalbessen zijn er nog twee soorten, te weten de witte en de zwarte aalbes. Ook deze soorten, al zijn ze minder bekend zijn supergezond. Zoals trouwens alle bessen dat zijn.
Heerlijk. Er zijn weer aalbessen
Aalbessen zijn kleine besjes die in drie verschillende kleuren voorkomen. Zo is er de rode aalbes, bij ieder wel bekend, maar ook de witte en de zwarte aalbes. De rode aalbes word het meeste verkocht. Je kunt er heel leuk taarten mee versieren, en ze zijn heel erg geschikt om jam en gelei van te maken. Maar natuurlijk zijn ze ook heel lekker zo uit het handje.
De officiële naam van de, in oorsprong uit West-Europa komende rode aalbes, is: ‘Ribes Rubrum’. Ze komen ook nog gewoon in de natuur voor, zoals bijvoorbeeld in de bossen van Limburg. Ze zijn ook heel gemakkelijk te telen. De planten worden 90 tot 150 of zelfs 180 cm hoog en groeien het gemakkelijkst op een zonnige of licht beschaduwde plaats in een beetje vochtige grond. Bijvoorbeeld bij rotsen of oevers of (moeras)bossen.
Trosbessen
Een andere naam voor aalbes is ‘trosbes’. Een toepasselijke naam want de tere kleine besjes groeien in hangende trossen. Niet alleen mensen maar ook vogels zijn vooral gek op aalbessen. Nog voor dat ze rijp zijn snoepen ze al van de besjes, dus het is slim om er tegen die tijd een net overheen te hangen want anders is er misschien weinig oogst over. De oogst loopt van ongeveer half april tot en met juni/juli. Het zijn heel gemakkelijke planten die weinig zorg nodig hebben en dus vaak in moestuinen voor komen.
Veel mensen weten het misschien niet eens, maar behalve rode aalbessen zijn er ook nog witte en zwarte aalbessen. De witte aalbes werd ooit als zaailing van de rode aalbes ontdekt en is iets kleiner van stuk dan de rode. Verder zijn ze ook iets zoeter van smaak. Zwarte aalbessen zijn eigenlijk helemaal niet lekker. Ze zijn daarom meer geschikt om jam of gelei van te maken.
Bewaren
Wanneer je een bakje aalbessen koopt kun je deze het best zo snel mogelijk in de koelkast bewaren want ze zijn heel teer. Langer dan drie dagen houd je ze niet goed en daarom is het fijn dat ze heel gemakkelijk in de vriezen zijn. Hiervoor kun je de besjes na het wassen, het beste een beetje gespreid op een bordje leggen en ze dan invriezen. Eenmaal bevroren kun je ze dan in een zakje of bakje doen.
Wat zit er in?
De aalbes bevat
vitamine A,
B1, B2, B3, B6, B11(Foliumzuur,) B12, Natrium,
Kalium,
Calcium,
Fosfor,
Magnesium,
IJzer Selenium en
Zink.
De geneeskrachtige werking van de aalbes
Wanneer gedroogd, kan er van aalbessen thee getrokken worden. Deze frisse thee bevorderd de spijsvertering en bevat ook de volgende eigenschappen: Afkoelend, aansterkend, eetlustopwekkend, bloedzuiverend, zwak laxerend en urine afdrijvend.
De zwarte aalbes
Zoals eerder gezegd word de zwarte aalbes bijna niet vers gegeten. Ze zijn eenvoudig niet zo lekker. Maar ze zijn zeer zeker waardevol. In de 16de eeuw werd de zwarte aalbes vooral in Frankrijk gebruikt om likeur van te maken. De bladeren van de zwarte aalbes zijn waardevol als ontstekingsremmer, bijvoorbeeld bij reuma en jicht, en ook worden ze gebruikt om hun afdrijvende werking van afvalstoffen.
Zwarte aalbessen werken verder bij diarree, darmkolieken, darmgisting, koorts, darmkanker, darmkolieken, darmflora, stress, keelpijn. Ze zijn desinfecterend, vochtafdrijvend, ontzurend en bevatten
antioxidanten. Zo zie je dus maar dat, ondanks dat de zwarte soort niet lekker is om zo te eten, ze wel een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de gezondheid.
Lees verder