Driftbuien bij kinderen... hoe ga je er mee om?
Als ouder kun je verrast zijn wanneer je peuter voor het eerste en driftbui heeft. Dit kan thuis zijn, maar ook in het openbaar. Als het je eerste kind is, dan ben je allicht onbekend met dit fenomeen. Het is goed je hierin te verdiepen, zodat je weet hoe je hier het beste mee om kunt gaan. En wat de positieve gevolgen zijn als je er direct structureel mee aan de slag gaat.
Een driftbui bij je kind kan je even versteld doen staan. Zeker als het de eerste keer gebeurt. Een driftbui is heel normaal, elk kind krijgt er mee te maken, al zal het bij de ene peuter meer en intensiever zijn dan bij de ander. Als ouder is het goed om je te verdiepen in het fenomeen: driftbui, zodat je weet wat er op dat moment in jouw kind omgaat en hoe je hier het beste mee om kunt gaan. Dit laatste is belangrijk, want je kind kan bij een verkeerde aanpak zichzelf aanleren dat bepaald gedrag beloond wordt, terwijl juist het omgekeerde de bedoeling is.
Wat zijn driftbuien?
Wanneer jouw kind begint met lopen en zelf op onderzoek uitgaat, kunnen de driftbuien op gaan treden. Dit is dus vaak na het eerste jaar, en vooral veel bij tweejarigen. Je kind gaat de wereld verkennen en ontwikkelt een bepaalde mate van onafhankelijkheid. Ze willen als het ware zelf gaan bepalen wat ze doen, en alles wat hen daarin tegenhoudt creëert een gevoel van irritatie en frustratie. Omdat ze dat nog niet goed kunnen uiten met woorden, en dat ze niet echt kunnen beseffen wat er in hen omgaat, is een driftbui een manier om dit te uiten. Enkele voorbeelden van situaties waar peuters van gefrustreerd kan raken:
- Er wordt hen iets verboden, vaak door ‘nee’
- Er gaat iets niet helemaal als dat ze hadden verwacht
- Ze willen iets doen, maar het blijkt dat het veel moeilijker is dan ze dachten
- Ze willen iets duidelijk maken, maar ze kunnen het niet (omdat ze niet kunnen spreken)
- Er is sprake van oververmoeidheid door de vele activiteiten
Hoe graag je ook alles in hokjes wil indelen, en grip en controle wilt krijgen als ouder zijnde, kan een driftbui ook zonder duidelijke oorzaak ontstaan. Dit kan bijvoorbeeld met het karakter van je kind te maken hebben.
Hoe herken je een driftbui?
Je kind uit zich door bijvoorbeeld (zeurderig) huilen, schreeuwen, stampvoeten en op de vloer stampen. Vrees niet wanneer je kind de tactiek van adem inhouden gebruikt. Dit duurt maar even en je peuter zal vanzelf weer naar adem happen. Een driftbui kan soms maar een halve minuut duren. Maar soms kan het ook wel uren doorgaan.
Leren omgaan met een driftbui, als ouder én peuter
Peuters hebben een lerend vermogen. Dat wil zeggen, dat zij onthouden wat men bereikt met bepaald gedrag. Als ouder ervaar je dat jouw kind veeleisend en koppig is. Besef goed wat er op dat moment in jouw kind omgaat en zet dit af tegen het feit dat jij het wellicht vervelend vind, omdat het wellicht in een openbare gelegenheid gebeurt.
Als jij jouw kind leert dat zij problemen anders kunnen oplossen, dan zullen driftbuien niet af gaan nemen in de jaren erna. Je kind kan namelijk over driftbuien heen groeien en daarbij geholpen worden door de ouder middels het leren omgaan met de gevoelens van irritatie en frustratie en hoe deze te uiten.
Een valkuil voor ouders is om niet consequent het gedrag te corrigeren. Een kind leert zichzelf aan vooral in een driftbui te blijven, wanneer dit resultaat oplevert. Sommige kinderen leren zelfs er nog een schepje bovenop te doen, als blijkt dat een ‘normale’ driftbui hen niet oplevert wat ze willen. Dit gedrag wordt gestimuleerd wanneer je als ouder toe gaat geven (bijvoorbeeld omdat jij als ouder de situatie gênant vindt). Niet doen!
Elke ouder herkent zich wel in deze situatie: Je loopt met je peuter in de supermarkt. Jouw kind ziet die lekkere koekjes staan, en pakt ze uit de schappen. Jouw eerste reactie is: ‘nee’ zeggen en de koekjes terugleggen in het schap. Nogmaals pakt jouw kind de koekjes, en begint hard te schreeuwen en stampen: ‘mij, mij, mij!’. Omdat jij deze situatie nogal gênant vindt en graag zo snel mogelijk de situatie wilt sussen, leg je de koekjes toch in je mandje. Terwijl jij eerst ‘nee’ hebt gezegd, heeft het doordrammen toch resultaat opgeleverd. Jouw kind onthoudt dit en leert zich zo aan, dat even harder schreeuwen wordt beloond. Een volgende keer, in een soortgelijke situatie, wil jij wel voet bij stuk houden, maar jouw kind zal nog harder gaan schreeuwen. Wees dus consequent!
Help jouw peuter met het voorkomen van driftbuien
Er zijn een aantal acties die jij als ouder kunt ondernemen om driftbuien te voorkomen. Sommige acties zijn preventief, andere zijn bedoeld om op het moment toe te passen. Je hebt als ouder al veel mogelijkheden om driftbuien te voorkomen of te beperken:
- Leg spullen waar je kind van jou niet aan mag komen, buiten bereik van kinderen. Dan hoef je ook niet steeds: ‘Nee, dat mag niet’ te zeggen. Denk bijvoorbeeld aan je dure bril, of de afstandbediening.
- Houd de situatie overzichtelijk voor jouw kind voor wat betreft regels wat wel en niet mag. Het is immers nog maar een peuter, en hij of zij kan niet oneindig veel regeltjes onthouden.
- Een vast patroon voor wat betreft het eten en slapen is ideaal. Het brengt heel veel innerlijke rust en orde door hetzelfde ritme. Ook als ouder wordt je overigens hier rustiger van.
- Je kind kan driftbuien krijgen omdat iets niet gaat als dat hij of zij verwacht. Als ouder kun je aan verwachtingsmanagement doen: vertel wat je aan het doen bent en gaat doen. Benoem wat er gaat gebeuren, zodat je kind niet verrast is.
- Verveling is bij een kind snel bereikt. Situaties waarin je als volwassene makkelijk kan relativeren dat je eventjes moet wachten bij de huisarts of in een winkel, kan voor je peuter snel tot verveling leiden. Geef hem of haar iets te doen.
- Alleen maar aangeven wat er niet goed gaat, werkt negatief. Draai het ook om: benoem ook de goede dingen die je kind onderneemt.
- Wees consequent: ‘nee is nee!’. Onthoudt wel dat je in volgende vergelijkbare situaties ook consequent moet zijn. Overweeg dus altijd wel wanneer je ‘nee’ zegt, of dat redelijk is. Dus snel afwijzen is ook niet altijd goed.
Toch een driftbui... hoe ga je er mee om?
Mocht er toch een driftbui zijn ontstaan, dan kun je als ouder terugvallen op een aantal mogelijke manieren om hiermee om te gaan:
- ’Gepast negeren’
- Vertellen wat je kind moet doen
- Time-out
Gepast negeren
Als je kind een driftbui heeft, kun je het natuurlijk in het geheel negeren. Zeker bij jongeren kinderen wil dit helpen. Het kind beseft dat er totaal geen aandacht is voor de bui, en dat er niets te winnen valt. Langzaam ebt de driftbui weg. Let wel, je moet als ouder zéér consequent zijn: je moet niet reageren tot de bui helemaal weg is. Geef je tussentijds toch toe, dan heeft je kind weer geleerd dat het toch loont! Bij gepast negeren geef je geen aandacht aan je kind gedurende de driftbui: je praat niet met hem of haar, en kijkt ook niet. Makkelijker is om de ruimte even te vertalen. Als de bui over is, pak je de draad weer op, beginnend met een complimentje (niet vergeten!).
Gepast negeren kun je ook toepassen in openbare ruimtes. Zet jezelf dan even over de schaamte heen, mocht dat van toepassing zijn. Vaak duurt het maar even, en er is meer begrip van anderen dan je denkt. Mocht het toch aanhouden dan kun je altijd één van onderstaande mogelijkheden toepassen.
Vertellen wat je kind moet doen
Er zijn legio situaties waarin ‘gepast negeren’ niet toe te passen is. Denk bijvoorbeeld situaties wanneer er visite is (met andere kinderen). Je kunt dan de techniek toepassen van het vertellen wat je kind moet doen. Dit werkt vooral bij iets oudere kinderen. Stop echt even met wat jijzelf op dat moment aan het doen bent. Ga voor je kind staan, binnen een armlengte afstand en bij voorkeur niet belerend over het kind heen hangen. Vertel rustig welk gedrag moet stoppen, en welk gedrag wél is gewenst, dus wat je kind wel moet doen. Vertel het heel rustig maar wel overtuigend. Ga zelf niet schreeuwen. Als je kind doet wat je hebt gezegd, geef hem of haar dan een complimentje (niet vergeten!).
Time-out
Blijft een driftbui aanhouden, dan is de ‘time-out’ een bewezen methode. In een time-out haal jij je kind uit de situatie waar het probleem zich voordoet en neem je hem of haar naar een aparte plaats. Zorg ervoor dat deze ruimte niet te veel afleiding bezorgt, bij voorkeur saai is, en waar het kind ook niet te veel kwaad kan aanrichten. Veel ouders kiezen een vaste plaats, bijvoorbeeld de gang of de hal. Deze plaats wordt dan geassocieerd met het feit dat het kind iets niet goed heeft gedaan.
Als jij je peuter op de aparte plaats hebt neergezet, leg dan in een rustige toon uit wat hij of zij fout heeft gedaan en wat daarvan de consequentie: verplaatsing naar de aparte plek, en dat hij of zij een minuut stil moet zijn. Pas daarna mag de peuter weer terugkomen. De tijd gaat pas in, als het kind rustig is. Hoe heftig hij of zij ook mag reageren, blijf bij je punt. Geef ook aandacht aan het terugkomen zelf. Als je peuter de minuut stilte heeft doorgemaakt, breng je het terug naar de oorspronkelijke plaats, en help je hem of haar met het oppakken van de activiteit. Geef je kind een complimentje (niet vergeten!). Herhaal deze time-out meerdere malen, als de situatie niet wijzigt en je peuter vrijwel direct of binnen korte tijd weer in een driftbui schiet. Als ouder moet je dan even geduldig zijn, maar dat is wel de aanpak die het meest effect heeft. Zeker op de langere termijn. Ze leren zo beter omgaan met gevoelens.
Ook de time-out is toepasbaar in openbare gelegenheden. De aparte plek dient wel een veilige plaats te zijn, dus niet midden op straat. Neem je kind even mee naar een parkje, of desnoods in de geparkeerde auto. Zeg hem of haar dat er even stilgezeten moet worden voor bijvoorbeeld een minuut. Pas als dit is gelukt, keer je weer terug naar de oorspronkelijke plek. Geef je kind zeker een complimentje na afloop (niet vergeten!). Mochten de driftbuien aanhouden, dan kun je ook deze actie herhalen. Een kind kan zo van slag zijn vanwege het niet zijn in de huiselijke, vertrouwde omgeving, dat er eigenlijk geen andere oplossing is dan huiswaarts te gaan. Zet jezelf dan over je persoonlijke emotie heen. Dat is vervelend, maar soms is het niet anders. Wees wel consequent in je gedrag en de dingen die je zegt!
Lees verder