Tyrosinemie: aangetaste lever, nieren, rode plas en rachitis
Door een mutatie of defect aan het FAH-gen, wordt tyrosinemie veroorzaakt. Daarbij accumuleert de stof tyrosine als gifstof in het lichaam, waardoor de nieren en lever worden aangetast. Bovendien kan het zwakke buigzame botten, rode plas en heftige blaarvorming veroorzaken. Als het niet tijdig wordt behandeld middels een dieet, kan het potentieel tot het overlijden van de baby leiden. Wat houdt tyrosinemie in, hoe liggen genetische afwijkingen eraan ten grondslag en hoe wordt het behandeld?
Tyrosinemie
FAH-gen
Gelegen op de lange arm van chromosoom 15 ligt op positie 25.1 het FAH-gen ook wel
fumarylacetoacetate hydrolase genoemd (15q25.1). Het is verantwoordelijk voor de afgifte van instructies om het gelijknamige enzym aan te maken. Het is normaal volop aanwezig in de lever, nieren en minder vaak in andere lichaamsweefsels. Het is een noodzakelijk enzym om het aminozuur tyrosine af te breken. Normaal wordt het afgebroken in kleinere moleculen, welke voor energie-aanmaak worden gebruikt. Een teveel aan deze moleculen wordt via de urine afgevoerd. Als het gen een defect heeft of niet goed werkt (er zijn meer dan 40 FAH-genmutaties bekend), dan wordt tyrosine onvoldoende afgebroken. Het leidt tot tyrosinemie type I, waarbij het als afvalstof in het lichaam accumuleert. Naast het FAH-gen kan tyrosinemie ook worden veroorzaakt door een mutatie aan het TAT-gen (type II, positie 16q22.1), aan het HPD-gen (type III, positie 12q24.31) (lit.1), Hawkinsurie (HPD-gen) of HGD-gen (3q13.33) (lit.1, 2). Laatstgenoemde defecten komen relatief minder vaak voor (lit.1).
Mate van voorkomen
In de Europese regio komt het ongeveer bij één op de vijftigduizend geborenen voor (lit.3). Dit houdt in dat er drie tot vijf gevallen per jaar in ons land voorkomen. Het is daarmee relatief zeldzaam. Omdat deze stofwisselingsziekte verstrekkende gevolgen kan hebben (potentieel de dood), dient erop vroegtijdig te worden gescreend. Dit wordt door de hielprik in de eerste maanden na geboorte gedaan.
Symptomen tyrosinemie
Heeft men deze genetische afwijking, dan kan het vanaf de geboorte direct tot ingrijpende complicaties leiden. Het tast zowel de lever, nieren en de botten aan. Denk aan de volgende ingrijpende symptomen.
Aangetaste lever en nieren
Indien tyrosine in het lichaam accumuleert, zal het als gifstof reageren. Omdat het voornamelijk in hoge concentraties in de lever en nieren voorkomt, zullen deze twee organen vergaand worden aangetast. Orgaancellen zullen minder goed werken, waardoor afvalstoffen versneld in het lichaam kunnen voorkomen. Het kan eveneens leiden tot
geelzucht, waarbij bilirubine (afvalstof van hemoglobine) in het lichaam opbouwt. Dat gaat gepaard met witte ontlasting en donker stinkende plas. Vergaande aantasting van de lever geeft verhoogde kans op
leverkanker.
Zwakke botten
Tyrosine heeft een negatieve invloed op de botten, waarbij het parathormoon wordt geactiveerd. De botten zullen relatief zwak en buigzaam zijn en wordt ook wel
rachitis genoemd. Doordat de spieren aan de botten blijven trekken, gaan de botten krom staan. Denk aan vergaande O-benen, of een S-vormige ruggengraat (scoliose). Aanvullend worden de tanden aangetast, waarbij jeugdige kaasmolaren ontstaan.
Rode plas, pijnlijke blaren
Omdat de lever is aangetast, kan het voorkomen dat de stof porfyrie overmatig wordt aangemaakt. Doordat protoporfyrine (lit.3) niet goed werkt, kunnen geen ijzerverbindingen met hemoglobine tot stand komen. Er ontstaat bloedarmoede (anemie), waarnaast
porfyrie in het lichaam accumuleert (secundaire gifstofopbouw bij tyrosinemie). Het wordt afgevoerd via de plas, waardoor de urine er rood uitziet. Hoge concentraties in de huid leiden tot brandende pijnlijke blaren. Deze omstandigheid kan in aanvallen voorkomen.
Tijdige diagnosticering en behandeling
De ziekte kan als
acute vorm, chronische vorm of sub-acute vorm voorkomen. Uiteraard geldt daarbij dat de acute vorm de meest ernstige symptomen kan geven, waarbij het tot het overlijden kan leiden. Het is na de geboorte noodzaak om snel deze ziekte te herkennen. Daartoe wordt de hielprik ingezet, zodat deze stofwisselingsziekte direct na de geboorte wordt gediagnosticeerd. In principe kan deze ziekte niet worden behandeld, echter de complicaties kunnen worden vermeden. Het is daartoe van belang om levenslang een
tyrosine- en fenylalanine-arm dieet te volgen (lit.3). Daartoe wordt het kind en de ouders geruime tijd begeleid, zodat het dieet standaard zonder problemen wordt toegepast.
Lees verder