De geneeskracht van zwarte peper
Zwarte peper is het zaadje van de gedroogde vrucht van een bloeiende, tropische klimplant. Van oorsprong komt de peperplant uit India. Je vindt de zwarte peperplant door heel de tropen. In de antieke tijd werd zwarte peper gebruikt om zijn medicinale kwaliteiten en uiteraard om zijn culinaire mogelijkheden. In de fytotherapie, de moderne door wetenschap gestaafde kruidengeneeskunde, is de zwarte peperkorrel een middel dat de spijsverteringsorganen en het centrale zenuwstelsel stimuleert. De etherische olie van zwarte peper bevordert de werking van de lever en de alvleesklier.
Let op! Dit artikel is geschreven vanuit de persoonlijke visie van de auteur en bevat mogelijk informatie die niet wetenschappelijk onderbouwd is en/of aansluit bij de algemene zienswijze.Inhoud
Geschiedenis gebruik zwarte peper
In het antieke Egypte werd zwarte peper als een bijzonder kruid gezien. Er zijn weinig bronnen over bekend maar vast staat dat in de mummie van Ramses de Grote die vermoedelijk in de 13e eeuw voor Christus stierf, peperkorrels in zijn neusgaten had. De peperplant groeit van oorsprong niet in Egypte. In
het oude Griekenland kende men minstens vier eeuwen voor Christus de zwarte peperkorrel. Waarschijnlijk konden alleen rijke Grieken zich veroorloven zwarte peper te kopen.
De antieke Romeinen voeren met schepen naar India om daar allerlei handelswaar, waaronder zwarte peper in te slaan. Plinius de oudere merkt in één van zijn boeken op dat het eigenlijk vreemd is dat zwarte peper grote populariteit onder de Romeinen geniet, alleen omdat het scherp is. Nadat Rome was gevallen onderhielden Arabieren en Perzen handelsroutes met Europa. Aan het eind van de Middeleeuwen begon Portugal zich met de peperhandel te bemoeien. Vervolgens deden Spanje,
Nederland en Engeland hetzelfde en werd peper samen met andere specerijen een belangrijk handelsitem. In
het Nederlands ontstond de uitdrukking ´peperduur´, omdat aan peper veel geld werd verdiend. De eerste multinational ter wereld, de VOC, had twee eeuwen lang een wereldwijd monopolie op de handel in specerijen, waaronder zwarte peper.
Zwarte peper in de volksgeneeskunde
Peper is lange tijd een traditioneel medicijn geweest. In de volksgeneeskunde vond het toepassing bij een groot aantal ziekten: constipatie, diarree, oorpijn, gangreen of weefselafsterving, hart- en vaatziekten, hernia, heesheid, indigestie, insectenbeten, slapeloosheid, gewrichtspijn, leverproblemen, longziekten, orale abcessen, zonnebrand, tandbederf en kiespijn. Van al deze toepassingen is een klein aantal overgebleven in de
fytotherapie. In de Unani en de
Ayurveda, de traditionele Indiase geneeskunde is zwarte peper een middel om de spijsvertering te bevorderen en om ingewandswormen te elimineren. Ook zat het in een pil samen met andere middelen om cholera en tyfus mee te behandelen. Het is eveneens gebruikt als ingrediënt van tandpasta. Een thee van zwarte peperkorrels is een goed middel bij heesheid. Kauwen op zwarte peper kan een keelontsteking verhelpen.
Piperine, een antioxidant
Volgens wetenschappelijk onderzoek van de Annamalai universiteit in India uit 2004 kan zwarte peper door zijn hoge antioxidantgehalte meehelpen om een vetrijk dieet minder snel te laten uitmonden in het krijgen van ziekten. Het
fytonutriënt piperine is in zwarte peper de voornaamste werkzame stof.
Zwarte peper bij huidziekten
Zwarte peper zit in diverse reguliere medicijnen die er op gericht zijn de bloeddoorstroming van de huid te verbeteren. In medische termen worden dit rubefaciens genoemd. Deze soort geneesmiddelen zitten meestal in zalven. Ze maken de huid rood, wat wijst op een verbeterde doorbloeding. Ook in de traditionele geneeskunde en de kruidengeneeskunde wordt voor dit doel gebruik gemaakt van zwarte peper. Zwarte peper zit in huidzalven die erop gericht zijn om puistjes te behandelen. Ook kan het worden ingezet bij de huidziekte vitiligo, een huidziekte waarbij te weinig pigment wordt aangemaakt. Je kan vers gemalen peper toevoegen aan rozenwater. Doe het tweemaal per dag op je gezicht en je zorgt dat puistjes geen kans krijgen. Deze werking dankt zwarte peper onder andere aan het feit dat het infectiewerend is.
In het
Latijn wordt zwarte peper
Piper nigrum genoemd. Het Nederlandse Peper komt van het Latijnse woord. Nigrum is het Latijnse woord voor ´zwart´.
Werkzame stoffen
Van de zwarte peperplant wordt voor fytotherapeutische doeleinden het onrijpe zaad gebruikt die we beter kennen onder de naam peperkorrel. In deze peperkorrel zitten als werkzame stof vooral amiden, waarvan de bekendste piperine is. Piperine is een amide die is samengesteld uit piperidine en piperinezuur. Het is de stof die de opvallende pepersmaak bepaalt. Behalve piperine zit er
etherische olie in de peperkorrel. Deze olie is op zijn beurt verantwoordelijk voor het het peperaroma wat de neus doet prikkelen. In de etherische olie van zwarte peper zitten veel verschillende oliesoorten met moeilijke namen, vooral sesquiterpenen zoals betacaryafylleen, cubebenen en elemenen en monoterpenen zoals alfa- en betapineen, limoneen en fellandreen. Verder zit er in het piepkleine peperkorreltje zetmeel, vette olie,
eiwitten,
mineralen en enzymen.
Peperkorrel als spijsverteringsbevorderaar
Hiervoor hebben we gezien waar zwarte peper voor dient in de traditionele geneeskunde. De moderne fytotherapie gebruikt zwarte peper ook om medicinale redenen. De peperkorrel bevordert de secretie van sappen van de spijsverteringsorganen. Het zorgt er op deze manier voor dat al het eten beter verteerd wordt. Deze werking vindt vooral plaats omdat de doorbloeding van de slijmvliezen verbeterd wordt door de peperkorrel. Daarom is zwarte peper een eetlustbevorderend en maagversterkend middel. Tevens is het een kruid dat ervoor zorgt dat andere voedingsstoffen efficiënter door het lichaam worden opgenomen. Wanneer je bijvoorbeeld
kurkuma gebruikt als supplement, kan door het eten van zwarte peper de medicinale werking van kurkuma beter worden verwerkt door je lichaam.
Zwarte peper als fytotherapeutisch medicijn
De spijsverteringsstimulerende werking is de belangrijkste eigenschap van zwarte peper maar er zijn meer medicinale toepassingen. De geneeskracht van zwarte peper is legio.
Zwarte peper:
- Stimuleert het centrale zenuwstelsel en bevordert de alertheid.
- Heeft zweetdrijvende eigenschappen.
- Werkt tegen lintworm.
- Verhogen bij uitwendig gebruik de doorbloeding van de huid.
- Geven in huidzalven de huid een warm gevoel.
- Bevordert de leverfunctie.
- Bevordert de pancreas of alvleesklierfunctie.
- Zorgt dat taaie longslijmen oplossen.
- Zorgt uitwendig dat reumapijnen verdwijnen.
- Werkt uitwendig bij spierpijn.
- Kan winterhanden en -voeten doen verdwijnen.
- Is behulpzaam bij tandpijn.
Zwarte peper zit in sommige theemengsels, bijvoorbeeld in Yoghi-thee.
Dosis en veiligheid
Er is een tweetal manieren om deze
geneesplant te gebruiken. Het gebruik van zwarte peper is het meest toegepast. Gebruik alleen biologische zwarte peper die je zelf hebt gemalen.
- Poeder: 0.5 gram per keer, maximaal 5 gram per dag.
- Moedertinctuur: Driemaal 25 druppels per dag.
Bij de therapeutische doses van zwarte peper zijn geen bijwerkingen bekend. Wanneer je te veel van dit pittige kruid inneemt kun je convulsies of stuipen uitlokken en kan het hematurie of urine in het bloed veroorzaken. Bij te hoge doses worden de huid en de slijmvliezen geïrriteerd. Medicijnen zoals fenytoïne en theofylline worden een stuk effectiever opgenomen door het lichaam als er zwarte peper wordt geconsumeerd; houdt daar rekening mee. Maagsecretieremmers zoals H2 histamine antagonisten worden tegen gewerkt door zwarte peper.