Hypoglykemie: duizelig, moe, trillen, zweten en hoofdpijn
Hypoglykemie kan zich uiten door de symptomen duizelig, moe, trillen, zweten en hoofdpijn. Hypoglykemie, vaak kortweg 'hypo' genoemd, staat voor een te laag bloedglucosegehalte of bloedsuikergehalte. Dit is een tijdelijk verschijnsel dat vooral voorkomt bij mensen met diabetes. Hypoglykemie is te herkennen aan vooral de volgende symptomen: vermoeidheid, concentratiestoornissen, trillen, (hevig) zweten, hoofdpijn, duizeligheid, honger en geeuwen. Uiteraard kunnen deze symptomen ook optreden door andere oorzaken; ze hoeven dus niet meteen te wijzen op hypoglykemie. Bij een normale bloedglucosespiegel ligt het bloedsuikergehalte tussen de 4 en 8 mmol/l. Als het bloedglucosegehalte lager is dan 4 mmol/l, dan is er sprake van hypoglycemie, kortweg 'hypo' genoemd. Onbehandelde lage bloedsuiker kan gevaarlijk zijn.
Wat is hypoglykemie?
Een hypoglykemie duidt op een situatie waarbij het bloedglucosegehalte in het bloed zodanig is gedaald, waardoor lichaamscellen onvoldoende glucose krijgen en er allerlei klachten ontstaan. Een hypo komt vrijwel alleen voor bij mensen met
diabetes en wel in het bijzonder bij hen die insuline gebruiken of bepaalde bloedglucoseverlagende tabletten gebruiken. Wanneer hypoglykemie optreedt bij mensen die geen diabetes hebben, dan is er vaak sprake van een ernstige onderliggende medische oorzaak. Een hypoglykemie treedt slechts zelden op bij gezonde mensen.
Een hypoglykemie kan zich manifesteren door symptomen zoals trillen, zweten, duizeligheid en verwardheid. Het is van cruciaal belang om snel handelend op te treden bij een hypoglykemische episode door bijvoorbeeld direct koolhydraatrijke voedingsmiddelen te consumeren om de bloedglucosespiegels te normaliseren.
Alvleesklier /
Bron: Decade3d/Shutterstock.comHypoglykemie en diabetestype
Diabetes type 1
Diabetes type 1 is een chronische aandoening waarbij de
alvleesklier te weinig of geen insuline produceert. Insuline is een hormoon dat nodig is om
suiker (glucose) in cellen te laten komen om energie te produceren. Verschillende factoren, waaronder genetische factoren en sommige virussen, kunnen bijdragen aan het ontstaan van diabetes type 1. Hoewel diabetes type 1 meestal optreedt tijdens de kindertijd of adolescentie, kan deze zich ook ontwikkelen bij volwassenen. Ondanks actief onderzoek kan diabetes type 1 anno 2024 niet genezen worden. De behandeling is gericht op het beheren van de
bloedsuikerspiegel met insuline, voeding en gezonde levensstijl om hypoglykemie en complicaties te voorkomen.
Diabetes type 2
Diabetes type 2 is een chronische aandoening die van invloed is op de manier waarop je lichaam suiker (glucose), de belangrijkste brandstofbron van je lichaam, metaboliseert. Bij diabetes type 2 is je lichaam minder gevoelig voor de effecten van insuline of produceert het niet voldoende insuline om een normaal glucosegehalte te behouden. Diabetes type 2 komt vaak voor bij volwassenen, maar het treft in toenemende mate kinderen met
overgewicht en obesitas. behandeling van diabetes type 2 bestaat uit gezond en goed eten, voldoende lichaamsbeweging en het bereiken en handhaven van een
gezond gewicht. Als dieet en lichaamsbeweging niet voldoende zijn om je bloedsuikerspiegel goed te beheren, dan heb je mogelijk ook medicijnen nodig. Mensen met diabetes typ 2 ervaren minder vaak hypoglykemie dan mensen met diabetes type 1. Wel neemt de frequentie van hypoglykemie toe naarmate de ziekte vordert.
Hypoglykemie tijdens zwangerschap /
Bron: Istock.com/skynesherZwangerschapsdiabetes
Zwangerschapsdiabetes is een tijdelijke vorm van diabetes die zich tijdens de zwangerschap voordoet. Door hormonen reageert het lichaam niet goed op insuline en blijft de bloedsuiker te hoog. Vaak als gevolg van hormonale veranderingen. Vrouwen met zwangerschapsdiabetes ervaren soms hypoglykemie, zelfs als ze tijdens de zwangerschap insuline gebruiken.
Wat kan een hypo veroorzaken bij een diabetespatiënt?
Oorzaken
Een hypo komt vrijwel alleen voor bij diabetespatiënten die insuline of bepaalde bloedglucoseverlagende tabletten gebruiken, ofschoon een ernstig verlaagde bloedsuiker in bijna alle gevallen door insuline wordt veroorzaakt en zelden door tabletten. Als je hier te veel van binnenkrijgt of als je te veel sport of te weinig eet, te laat gaat eten of een maaltijd overslaat, kun je een abnormaal laag glucosegehalte in het bloed krijgen waardoor je klachten krijgt. Deze klachten ontstaan doordat lichaamscellen geen glucose krijgen.
Sterke en plotselinge daling van het bloedglucosegehalte
Stel dat een diabetespatiënt een bepaalde hoeveelheid insuline inspuit, maar niet genoeg of te laat eet of meer lichamelijke inspanning verricht dan normaal. In deze situaties is de ingespoten hoeveelheid insuline reeds werkzaam om de te verwachte aanvoer van glucose vanuit het voedsel in de
darmen te verwerken, terwijl er vanuit de darmen —doordat je te weinig of te laat eet— nog onvoldoende of geen aanvoer van glucose is. Hierdoor treedt een sterke daling van het bloedglucosegehalte op. De dosis insuline is te groot in verhouding met het genuttigde eten, waardoor het glucosegehalte in het bloed te veel daalt. Ook als je meer glucose verbruikt dan normaal (bijvoorbeeld doordat je veel meer beweegt dan je normaal doet), kan dit leiden tot een te sterke en plotselinge daling van het bloedglucosegehalte. Bij de behandeling van diabetes wordt geprobeerd de bloedglucose zoveel mogelijk tussen de 4,5 en 9 mmol/l te houden. Een spiegel van 3,3 mmol/l (59,4 mg/dl) of lager leidt bij de meeste mensen tot (een scala aan) klachten. Vooral bij diabetici die insuline gebruiken kan de bloedsuiker soms opeens te laag zijn.
Welke factoren dragen bij aan hypoglykemie bij diabetes?
De volgende factoren vergroten de kans op hypoglykemie:
Niet genoeg koolhydraten eten
Wanneer je voedingsmiddelen met koolhydraten eet, zet je spijsverteringssysteem de suikers en het zetmeel om in glucose. Glucose komt dan in je bloedbaan terecht en verhoogt je bloedsuikerspiegel. Als je niet genoeg koolhydraten eet wat aansluit bij je medicatie, kan je bloedglucose te laag worden.
Een maaltijd overslaan of uitstellen
Als je een maaltijd overslaat of uitstelt, kan je bloedglucose te laag worden. Hypoglykemie kan ook optreden wanneer je slaapt en al enkele uren niet hebt gegeten.
Verhoogde lichamelijke activiteit
Door intensiever te
bewegen dan normaal, kan je bloedglucoseniveau tot 24 uur na de activiteit worden verlaagd.
Te veel alcohol drinken zonder voldoende te eten
Alcohol maakt het voor je lichaam moeilijker om je bloedsuikerspiegel stabiel te houden, vooral als je al een tijdje niet hebt gegeten. De effecten van alcohol kunnen ook voorkomen dat je de symptomen van hypoglykemie voelt, wat kan leiden tot ernstige hypoglykemie.
Ziek zijn
Als je ziek bent, kun je mogelijk niet zoveel eten of voedsel binnenhouden, wat een lage bloedglucose kan veroorzaken.
Wat zijn andere oorzaken?
Indien hypoglykemie optreedt bij mensen die geen diabetes hebben, dan is de oorzaak veelal een ernstig onderliggend medische probleem, zoals:
Gapen of geeuwen door een naderende hypo /
Bron: Stokkete/ShutterstockKunnen mensen zonder diabetes een hypo krijgen?
Normaal gesproken zullen mensen die geen diabetes hebben geen hypo krijgen, doordat de bloedglucosespiegel constant bewaakt en bijgesteld wordt. Deze varieert tussen de 4 en 7 mmol/l per liter bloed. Of je nu zwaar hebt getafeld of de tuin aan het omspitten bent, je lichaam regelt het zó dat de bloedglucosewaarde ergens tussen de 4 en 7 blijft. Wel kunnen mensen die geen diabetes hebben een
hongergevoel hebben en zich daardoor wat slap en trillerig gaan voelen, waarbij ze ook wat kunnen zweten (
koud zweet). Dit moet echter niet verward worden met een hypo. Het gebeurt slechts zelden dat gezonde mensen na bijvoorbeeld langdurig
vasten of langdurige zware lichamelijke inspanning hypoglykemie krijgen.
Symptomen van een hypo: duizelig, moe, trillen, zweten en hoofdpijn
Bij een hypoglykemie kun je last krijgen van de volgende (waarschuwende) symptomen:
Vroege symptomen hypo
Vroege symptomen van een hypo bestaan uit:
- verwardheid
- duizeligheid
- je wankel voelen
- honger
- hoofdpijn
- prikkelbaarheid of agitatie
- versnelde hartslag
- bleke huid
- zweten
- trillen
- zwakheid
- angst
- kokhalzen of braken
- metaalsmaak in de mond
- misselijkheid
- tintelingen aan de tong en tintelingen aan de lippen
- vermoeidheid
Symptomen in een later stadium
Zonder behandeling kun je meer ernstige symptomen krijgen, waaronder:
Hypo bij een kind
Als je kind een hypo heeft, dan kan dat gepaard gaan met klachten van zeer uiteenlopende aard. Verschijnselen die kunnen duiden op hypoglykemie zijn onder meer:
- een gevoel van slapheid
- kriebels in de buik, hoofdpijn
- duizeligheid
- braakneigingen
- bleekheid
- zweten
- vergrote pupillen
- (soms alleen) rode wangen en kleine pupillen
Gevolgen van hypoglykemie
Milde hypoglykemie
Hypoglykemische episodes kunnen variëren van mild tot ernstig. Milde hypoglykemie kan meestal door jezelf worden behandeld en is tot op zekere hoogte te verwachten bij mensen die insuline gebruiken. Milde hypo's worden niet geassocieerd met langdurige gezondheidsproblemen op lange termijn, tenzij ze zeer regelmatig of gedurende lange tijd voorkomen.
Ernstige hypoglykemie
Ernstige hypoglykemie vereist onmiddellijke behandeling door iemand anders en kan een ambulance vereisen. Ernstige hypo's kunnen direct gevaar opleveren als ze niet onmiddellijk worden behandeld. Hoewel het niet vaak voorkomt, kunnen ernstige hypo's mogelijk leiden tot coma en de dood.
Onderzoek en diagnose
Hypoglycemie wordt gedetecteerd door het meten van de bloedsuikerspiegel met een glucosemeter. Een bloedglucosespiegel van minder dan 4,0 mmol / L geeft aan dat de persoon een hypoglykemie heeft.
Urineonderzoek detecteert geen hypoglycemie. Als een
bloedonderzoek niet mogelijk is of te veel tijd kost, is het misschien beter om direct te behandelen.
Wat kun je doen bij een hypo?
Wanneer je merkt dat je bloedsuiker te laag is, neem dan een groot glas suikerhoudende frisdrank of een volle lepel suiker opgelost in water. Op deze manier wordt de suiker snel in je bloed opgenomen. Eet vervolgens ook nog extra koolhydraten in de vorm van bijvoorbeeld een boterham. Bij ernstige hypoglykemie ben je misschien niet meer in staat om iets te drinken. In dat geval moet iemand uit je omgeving onverwijld de huisarts of de huisartsenpost bellen en daarna een beetje honing of stroop op de binnenkant van je wangen smeren, zodat je alvast een beetje suiker in het bloed opneemt. Draag een armband om mensen te waarschuwen dat je diabetes hebt. Wanneer je een hypo hebt gehad terwijl je geen diabetes hebt, is onderzoek naar de onderliggende oorzaak nodig.
Preventie: hypoglykemie voorkomen
De volgende matregelen kunnen helpen bij het voorkomen van hypoglykemie:
Controleer de bloedglucosewaarden
Als je weet wat je bloedsuikerspiegel is, kun je bepalen hoeveel medicijnen je moet innemen, welk voedsel je moet eten en in welke mate je lichamelijk actief moet zijn. Als je wilt weten wat je bloedglucosewaarde is, controleer dan jezelf zo vaak als je arts of diabetesverpleegkundige je adviseert met een bloedglucosemeter. Als je een hypo hebt gehad zonder symptomen te hebben ondervonden, dan moet je mogelijk je bloedglucose vaker controleren. Zorg ervoor dat je je bloedglucose controleert voordat je de weg opgaat of in de auto stapt. Als je vaak last hebt van hypoglykemie, dan kan
Continue Glucose Monitoring mogelijk uitkomst bieden. Hierbij wordt je bloedglucosewaarde 24 uur per dag gemeten, wat een beter inzicht in het verloop van je bloedglucosewaarde geeft.
Eet regelmatig
Je maaltijdplan is de sleutel tot het voorkomen van hypoglykemie. Eet regelmatig maaltijden en gezonde tussendoortjes met de juiste hoeveelheid koolhydraten om te voorkomen dat je bloedglucosespiegel te laag wordt. Ook als je alcoholische dranken drinkt, kun je het beste tegelijkertijd wat voedsel te eten.
Lichamelijk op een veilige manier actief zijn
Lichamelijke activiteit kan je bloedglucose verlagen tijdens de activiteit alsook de uren daarna. Om hypoglykemie te helpen voorkomen, moet je mogelijk je bloedglucose controleren voor, tijdens en na lichamelijke activiteit en je medicijn- of koolhydraatinname aanpassen. Je kunt bijvoorbeeld een snack eten voordat je lichamelijk actief bent of je insulinedosis verlagen zoals je dat besproken hebt met je arts of diabetesverpleegkundige, teneinde te voorkomen dat je bloedglucose te laag wordt.
Werk samen met de diabetesverpleegkundige
Vertel aan je huisarts of diabetesverpleegkundige als je een hypo hebt gehad. De arts of verpleegkundige kan zo nodig diabetesgeneesmiddelen of andere aspecten van je diabetesplan aanpassen.
Lees verder