Buikvet schaadt meer dan overgewicht
Wist u dat buikvet gezondheidskiller nummer één is? Buikvet (visceraal vet) brengt volgens wetenschappers grote gezondheidsrisico's met zich mee: door intern buikvet raken organen als de alvleesklier, de lever of de darm ingekapseld. Onderhuids vet op armen, benen en heupen bijvoorbeeld, zijn vergeleken met “zwembandjes” rondom de buik relatief onschadelijk, tenminste als we mogelijke gewrichtsproblemen en een beperkte mobiliteit buiten beschouwing laten. Buikvet schaadt meer dan overgewicht.
Overgewicht: niet alle vet is hetzelfde
Vetafzetting op heupen en billen worden door veel mensen als een vervelend verschijnsel ervaren. Maar veel ongezonder is een dikke buik, beweren artsen. Overgewicht (ook wel obesitas) wordt als ongezond beschouwd, omdat het de oorzaak is van talrijke welvaartsziekten. Van hoge bloeddruk tot diabetes. Maar vooral overtollig vet rond de buikorganen, verhoogt waarschijnlijk het risico voor deze aandoeningen.
Subcutaan en visceraal vetweefsel
Er zijn twee soorten vetweefsel, zowel subcutaan (onderhuids) als visceraal. Subcutaan vet is het vet dat zichtbaar is van buitenaf, bijvoorbeeld op de billen en heupen. Het bevindt zich onder de huid: het onderhuidse vetweefsel. Het dient voornamelijk als energieopslag voor slechte tijden, het isoleert en houdt ons warm. Het is een vrij passief vetweefsel. Ook in het buikgebied is er onderhuids vet tussen huid en de buikspieren. Een dikke buik geeft echter meestal aan dat er zich ook visceraal vet in de buikholte rond de organen heeft gevormd. Dat is vet dat erg actief bij stofwisselingsprocessen.
Buikvet kent grote gezondheidsrisico's
Buikvet vergroot niet alleen de buikomvang maar produceert ook meer dan twintig verschillende
hormonen en chemische boodschappers die ontstekingen, hormoongerelateerde kankers (borst- en prostaatkanker) en diabetes bevorderen en het lichaam permanent belasten. Dientengevolge verhoogt het de bloeddruk en het cholesterolgehalte en daarmee ook het gevaar voor sluimerende slagaderverkalking met een plotselinge hartaanval of beroerte als mogelijk gevolg.
De belangrijkste oorzaken van buikvet
Wie de oorzaken voor het ontstaan van buikvet kent, kan dat buikvet ook afbouwen. Want zoveel is duidelijk:
vetverbranding kunt u beïnvloeden.
Verkeerde voedingsgewoonten
Verkeerde voeding is verreweg de grootste oorzaak van de ontwikkeling van buikvet. Maar wat dan wél gezonde voeding is, daarover zijn soms zelfs de geleerden het niet eens.
Gebrek aan beweging
De mens is niet gemaakt om het grootste deel van de dag op zijn achterwerk te zitten. Het resultaat van deze onnatuurlijke levensstijl is een verhoogde vorming van buikvet in combinatie met een sterk verminderde vetverbranding. Daarom is beweging een wezenlijk uitgangspunt bij het voorkomen van buikvet.
Stress
Stress is een van de belangrijkste oorzaken van de vorming van buikvet. In combinatie met een gebrek aan lichaamsbeweging versterkt dat het risico op het krijgen van een dikke buik omdat het buikvetproducerende stresshormoon cortisol niet onschadelijk wordt gemaakt. Ter vergelijking: een antilope die wordt nagezeten door een tijger heeft met stresshormonen geen probleem, omdat die door de extreem zware vluchtinspanning, volledig afgebroken worden en het lichaam geen schade meer kunnen toebrengen.
Gebrek aan slaap
Gebrek aan slaap is waarschijnlijk een van de belangrijkste oorzaken van buikvet. Wie zijn buikvet wil verbranden, moet er daarom voor zorgen dat hij voldoende nachtrust heeft.
Leeftijd
Als we ouder worden neemt de genetisch bepaalde aanleg om buikvet te vormen toe. Vooral aan het begin van de menopauze leidt het gewijzigde hormonale evenwicht tot een wijziging van de vetverdeling in het lichaam. Dat aspect is bij de verbranding van buikvet maar van secundair belang, omdat we aan onze genetische aanleg en leeftijd weinig veranderen kunnen. Interessanter zijn in dat verband de mogelijkheden om bepaalde gen-functies in en uit te schakelen (epigenetica).
Een trage stofwisseling
Van een trage stofwisseling spreken we bij een zeer laag energieverbruik. Mensen die nauwelijks bewegen en zich verkeerd voeden neigen tot een trage stofwisseling. En honger schakelt ons metabolisme ook over op de waakvlam. Wie buikvet wil verbranden, moet daarom zijn stofwisseling prikkelen.
Gebrek aan vitale stoffen
Er zijn vele vitale stoffen die ingrijpen op de vetstofwisseling. Een voorbeeld daarvan is bijvoorbeeld ons goede oude vitamine C. Een studie aan de Universiteit van Arizona toonde ooit aan dat vitamine C de vetverbranding kan verhogen met wel 33%. Dat komt door diens viervoudige werking op de vetstofwisseling. Ook veel andere voedingsstoffen (calcium, magnesium en mangaan) hebben een aanzienlijke invloed op vetverlies.