Rodehond (rubella): Huiduitslag gezicht, romp, armen, benen
Rodehond is een virale infectie die zich kenmerkt door een rozerode huiduitslag die zich vanaf het gezicht verspreidt naar de romp en vervolgens naar de armen en benen. Na enkele dagen verdwijnt deze aandoening meestal zonder ernstige gevolgen. Congenitale rodehond kan optreden wanneer een zwangere vrouw het virus doorgeeft aan haar baby, wat kan leiden tot ernstige gevolgen zoals een miskraam of aangeboren afwijkingen. Sinds de introductie van het vaccin tegen rodehond in 1974 komt de ziekte veel minder vaak voor.
Synoniemen van rodehond
Rodehond is ook bekend onder de volgende synoniemen:
- driedaagse mazelen
- rubella
Epidemiologie: Vermindering door vaccinatie
Prevalentie
Rodehond (rubella) is een virale infectie die zich wereldwijd voordoet, maar de prevalentie is aanzienlijk gedaald door het gebruik van vaccinatieprogramma’s. In landen met een hoog vaccinatiegraad is de incidentie van rodehond aanzienlijk verminderd. Echter, in landen waar vaccinatie niet op grote schaal wordt toegepast, komen er nog steeds gevallen voor. Rodehond komt voornamelijk voor bij kinderen en jongvolwassenen, maar kan ook volwassenen treffen die niet gevaccineerd zijn.
Trends in prevalentie
In de afgelopen decennia is de prevalentie van rodehond wereldwijd gedaald door massale vaccinatie-inspanningen. In Nederland is het aantal gevallen vrijwel verdwenen sinds de introductie van het vaccin tegen rubella in het nationale vaccinatieprogramma. Echter, uitbraken kunnen zich nog voordoen in gebieden waar het vaccinatieschema niet consistent wordt nageleefd, zoals in bepaalde plattelandsgebieden of onder specifieke bevolkingsgroepen die vaccinatie weigeren.
Demografische gegevens
Rodehond komt het meest voor bij kinderen in de leeftijd van 1 tot 9 jaar, vooral bij niet-gevaccineerde kinderen. Bij volwassenen, vooral vrouwen, komt de ziekte vaker voor in gevallen van onvoldoende vaccinatiegeschiedenis. In sommige gevallen, zoals bij zwangere vrouwen, kan rodehond leiden tot ernstige complicaties, zoals aangeboren rubella-syndroom, wat een belangrijke risicofactor is voor ernstige gevolgen voor de foetus.
Mechanisme
Virale infectie en verspreiding
Rodehond wordt veroorzaakt door het rubellavirus, een RNA-virus dat behoort tot de familie van de Togaviridae. Het virus wordt meestal verspreid via druppeltjes in de lucht, die vrijkomen wanneer een besmette persoon hoest of niest. Het virus kan zich ook verspreiden door direct contact met de neus- of keelafscheiding van een besmet persoon.
Pathogenese van de infectie
Na inademing van het virus komt het in de luchtwegen terecht, waar het zich vermenigvuldigt. Het virus verspreidt zich via de bloedbaan naar andere delen van het lichaam, waaronder de huid, waar het leidt tot de karakteristieke huiduitslag. De incubatietijd van rodehond varieert, maar duurt meestal tussen de 12 en 23 dagen na blootstelling aan het virus.
Immuunrespons en symptomen
Na infectie tracht het lichaam een immuunrespons te ontwikkelen tegen het virus, wat leidt tot de typische symptomen van de ziekte, waaronder de uitslag op het gezicht, de romp, de armen en de benen. De uitslag is meestal rozerood en begint vaak achter de oren of op het gezicht. De ziekte gaat vaak gepaard met milde koorts, hoofdpijn, en vermoeidheid.
Oorzaken: Infectie door het rubellavirus
Virus
Rodehond wordt veroorzaakt door het
rubellavirus, dat zich verspreidt via de lucht of nauw contact. Een persoon met rodehond is
besmettelijk vanaf ongeveer tien dagen voor de huiduitslag verschijnt tot ongeveer een tot twee weken nadat de uitslag verdwenen is. Dit betekent dat de infectie vaak kan worden verspreid voordat de persoon zich bewust is van de ziekte.
Rodehond versus mazelen
Rodehond (rubella) verschilt van de
mazelen (rubeola), hoewel beide ziekten vergelijkbare huiduitslagen kunnen vertonen. Ze worden veroorzaakt door verschillende virussen. Rubella is minder besmettelijk en minder ernstig dan mazelen. Mazelen, veroorzaakt door het
mazelenvirus, gaat vaak gepaard met ernstige symptomen zoals oogbindvliesontsteking (
conjunctivitis) en uitgebreide huiduitslag.
Risicofactoren
Geen vaccinatie
De belangrijkste risicofactor voor het oplopen van rodehond is het niet gevaccineerd zijn tegen het rubellavirus. Mensen die geen vaccinatie hebben gekregen of die de vaccinatie niet hebben afgerond, lopen een verhoogd risico op besmetting, vooral in gebieden waar de ziekte nog voorkomt.
Zwangere vrouwen
Zwangere vrouwen die niet immuun zijn voor het rubellavirus, lopen een hoog risico op ernstige complicaties. Besmetting met rodehond tijdens de zwangerschap kan leiden tot aangeboren rubella-syndroom, wat kan resulteren in ernstige geboortedefecten, zoals doofheid, cataracten en hartafwijkingen bij de baby.
Immunosuppressie
Patiënten die immunosuppressieve therapieën ondergaan of die lijden aan immuundeficiëntie, zoals bij hiv-infectie, kunnen meer vatbaar zijn voor infectie met het rubellavirus. Omdat hun immuunsysteem verzwakt is, kunnen ze mogelijk ernstiger symptomen ervaren of moeite hebben om het virus te bestrijden.
Risicogroepen
Niet-gevaccineerde kinderen
Kinderen die niet gevaccineerd zijn tegen rodehond lopen het grootste risico om de infectie op te lopen. In veel landen wordt het vaccin tegen rubella routinematig toegediend aan kinderen als onderdeel van het vaccinatieschema. In gebieden waar het vaccinatieschema niet goed wordt nageleefd, kunnen kinderen nog steeds besmet raken.
Zwangere vrouwen zonder immuniteit
Vrouwen die tijdens de zwangerschap niet immuun zijn voor het rubellavirus vormen een risicogroep, aangezien infectie tijdens de zwangerschap kan leiden tot ernstige gevolgen voor het ongeboren kind. Het risico op aangeboren rubella-syndroom is het grootst wanneer de infectie plaatsvindt tijdens de eerste 20 weken van de zwangerschap.
Vrouwen in de vruchtbare leeftijd zonder vaccinatie
Vrouwen in de vruchtbare leeftijd die geen vaccinatie tegen rubella hebben gehad, kunnen ook risico lopen op besmetting, vooral als ze in contact komen met kinderen of andere risicogroepen. De aanbevolen vaccinatie voor vrouwen die plannen zwanger te worden, is essentieel om de kans op infectie tijdens de zwangerschap te verminderen.
Symptomen: Huiduitslag en algemene klachten
De incubatietijd van rodehond bedraagt doorgaans tussen de 12 en 23 dagen na besmetting. Symptomen kunnen lichte
koorts (38,9 °C of hoger),
hoofdpijn, pijnlijke gewrichten (vooral bij jonge vrouwen),
gezwollen oksels, een
verstopte neus of
loopneus en
zwakte omvatten. Ongeveer de helft van de patiënten ontwikkelt een rozerode huiduitslag of een
maculopapulaire uitslag die begint op het
gezicht en zich verspreidt naar de romp en de armen en
benen. Huidirritatie aan de
handpalmen en voetzolen kan ook optreden. Bij
baby's is vaak een huiduitslag merkbaar. Andere symptomen kunnen
blauwe plekken (zeldzaam),
oogontsteking (
bloeddoorlopen ogen), en
spierpijn of
gewrichtspijn omvatten. Sommige patiënten, vooral kinderen, kunnen asymptomatisch zijn of milde symptomen hebben die niet direct worden gekoppeld aan rodehond.
Alarmsymptomen
Uitslag en koorts
De meest kenmerkende symptomen van rodehond zijn de huiduitslag en lichte koorts. De uitslag begint vaak achter de oren of op het gezicht en verspreidt zich vervolgens naar de romp, armen en benen. Het wordt vaak vergezeld door een milde koorts, vermoeidheid, en soms hoofdpijn of keelpijn.
Gezwollen lymfeklieren
Een ander alarmsymptoom van rodehond is het gezwollen van de lymfeklieren, vooral achter de oren en in de nek. Dit komt vaak voor bij patiënten die de ziekte hebben, en het is een belangrijk diagnostisch kenmerk.
Conjunctivitis en rhinitis
Sommige patiënten ervaren conjunctivitis (ontsteking van de ogen) en rhinitis (ontsteking van de neusholtes), wat vaak voorkomt bij infecties met virussen zoals rubella. Deze symptomen kunnen zich ontwikkelen samen met de uitslag.
Diagnose en onderzoeken
Lichamelijk onderzoek
De diagnose wordt vaak gesteld door een grondig lichamelijk onderzoek. Belangrijke aanwijzingen zijn vergrote en gevoelige
lymfeklieren in de nek, achter de oren en aan de basis van de schedel. De arts observeert de karakteristieke uitslag die begint op het gezicht en zich verspreidt naar de romp en de extremiteiten.
Diagnostische onderzoeken
Voor bevestiging van de diagnose kunnen verschillende tests worden uitgevoerd. Een uitstrijkje van de neus of keel kan worden genomen en naar het laboratorium worden gestuurd voor verder onderzoek. Een volledig
bloedonderzoek kan ook nuttig zijn om te bepalen of iemand beschermd is tegen het virus. Zwangere vrouwen die niet beschermd zijn, krijgen doorgaans een vaccin om de risico's voor hun ongeboren kind te minimaliseren.
Differentiële diagnoses
Rodehond kan worden verward met andere aandoeningen, zoals:
Behandeling
De behandeling van rodehond is meestal symptomatisch.
Paracetamol kan worden gebruikt om de koorts te verlagen en ongemak te verlichten. Bij congenitale rubella kan het nodig zijn om de pasgeborene te behandelen voor eventuele aangeboren afwijkingen die voortkomen uit de infectie.
Prognose van rodehond
Meestal zelflimiterend
In de meeste gevallen is de prognose voor rodehond gunstig. De ziekte is meestal mild en zelflimiterend, wat betekent dat de meeste patiënten binnen een week of twee herstellen zonder blijvende gezondheidsproblemen.
Complicaties bij zwangere vrouwen
Voor zwangere vrouwen kan de infectie echter ernstige complicaties met zich meebrengen, vooral als de infectie optreedt tijdens de vroege stadia van de zwangerschap. Aangeboren rubella-syndroom kan leiden tot ernstige geboortedefecten en kan soms leiden tot miskramen of doodgeboorte.
Ernstige complicaties bij immuungecompromitteerde patiënten
Bij patiënten met een verzwakt immuunsysteem kan de infectie ernstiger verlopen, met meer kans op complicaties zoals longontsteking, encefalitis (hersenontsteking) of andere secundaire infecties.
Complicaties van rodehond
Ongeboren kind
Als een zwangere vrouw rodehond heeft, kan dit leiden tot ernstige gevolgen voor de baby, zoals een miskraam of een
doodgeboren kind. Het risico voor de foetus is het hoogst tijdens het eerste trimester van de zwangerschap, maar blootstelling aan het virus later in de zwangerschap kan ook schadelijk zijn.
Geboren kind
Bij een geboren kind kan rodehond leiden tot
aangeboren afwijkingen, zoals aangeboren
hartafwijkingen, doofheid, groeivertraging, cataract, verstandelijke beperkingen, en afwijkingen in andere organen. In zeldzame gevallen kan rodehond ook leiden tot middenoorontsteking (
otitis media) of ontsteking van de
hersenen (
encefalitis).
Volwassenen
Volwassenen kunnen
artritis ontwikkelen, met name in de vingers, polsen en knieën. Deze gewrichtsontsteking verdwijnt meestal binnen een maand, maar kan in sommige gevallen langer aanhouden.
Preventie van rodehond
De meest effectieve manier om rodehond te voorkomen is vaccinatie. Het
vaccin tegen rodehond wordt vaak gecombineerd met het vaccin tegen mazelen en bof in het zogenaamde MMR-vaccin. Dit vaccin wordt aanbevolen voor kinderen en wordt meestal toegediend op de leeftijd van 1 en 4 jaar. Volwassenen die niet zijn gevaccineerd of niet immuun zijn, kunnen ook profiteren van een boosterprik. Zwangere vrouwen die niet immuun zijn, dienen het vaccin te krijgen voordat ze zwanger worden om risico's voor de baby te vermijden.
Door de brede toepassing van het vaccin zijn ernstige gevallen van rodehond aanzienlijk verminderd. Regelmatige vaccinatie en opvolging zijn essentieel om de ziekte verder te controleren en uitbraken te voorkomen.
Lees verder