Wondclassificatie: eerste hulp bij wondzorg
Leken vinden het moeilijk om de juiste wondzorg toe te passen op hun wonen. Toch kunnen we veel wonden onderscheiden aan de hand van hun kleur. Dit principe is eenvoudig in gebruik en makkelijk herkenbaar. Ook als leek is deze methode eenvoudig te integreren in je huishouden. Zo kan je de eerste zorgen toedienen bij je wond en later een expert raadplegen.
Wondzorgclassificatie
Deze wondzorgclassificatie wordt WCS genoemd. Dit is de afkorting voor Wound Consultant Society model. In dit model delen we de wonden in volgens kleur. Bij een wond die maar één kleur heeft is het makkelijk om deze in te delen. In de praktijk zien we vaak dat een wond meer dan een kleur heeft. Hierbij moet je de wond indelen bij de kleur die het meeste aanwezig is in de wond. Door de wonden volgens kleur in te delen, is het makkelijker om te bepalen wanneer we de wond tijd moeten geven of wanneer we moeten ingrijpen.
Rode wonden
Rode wonden zijn goede wonden. De wonden tonen een rode kleur omdat ze gezond weefsel hebben. Ze zijn dus aan het genezen. Rode wonden kunnen variëren van oppervlakkige tot diepe wonden. Een kenmerk van een rode wond is ook dat er weinig tot geen vocht in de wonde te zien is. Ook zijn de wondranden mooi rood en is de huid rondom niet rimpelig. Men zal de rode wond proberen te behandelen door vocht in de wond aan te brengen. Door dit vocht krijgt de wond het ideale milieu om verder te groeien en te genezen. Dit kan je zelf ook doen door de wonde af te dekken zodat er geen lucht aan kan.
Gele wonden
Een gele wond is moeilijk om te beoordelen. De kleur kan variëren van beige tot geelgroen. Er is altijd veel wondvocht aanwezig. Er zijn verschillende soorten gele wonden en het kan moeilijk zijn als leek om deze te herkennen.
Gele necrose
Als eerste hebben we gele necrose. Gele necrose is afgestorven weefsel dat een gelige kleur heeft. Het creëert een korst en zorgt er voor dat de genezing van de wond stopt. Dit weefsel moet van de wond verwijderd worden door een arts of verpleegkundige. De necrose wordt verwijderd met een pincet, schaartje of mesje.
Dermis of subcutaan vet
Een volgende soort gele wond is dermis of subcutaan vet. De dermis is je middelste huidlaag. Hier lopen heel veel bloedvaatjes onder die de huid voorzien voedingsstoffen en zuurstof. Subcutaan vet is het vet vlak onder onze huid. Zowel de dermis als het subcutaan vet hoeft niet verwijderd te worden. In dit weefsel ontstaan vanzelf nieuwe bloedvaten. Als deze goed operationeel zijn, krijgt de wond alle stoffen die het nodig heeft en kleurt deze weer rood.
Wond met pus
Als derde soort gele wond is er een wond met pus. Pus kan duiden op een ontstoken wond. Deze ontsteking kan veroorzaakt worden door een infectie. Een infectie moet altijd behandeld worden. Anders zal de ontsteking nooit verdwijnen. Met een ontstoken wond ga je het best zo snel mogelijk naar de arts. Deze zal de nodige stappen ondernemen.
Fibrinebeslag
Als laatste soort gele wond hebben we fibrinebeslag. Fibrine is een eiwit dat gevormd wordt tijdens het herstellen van een wond. Fibrine zorgt dat je wond een afdekking krijgt in de vorm van een korst. Je krijgt dus een gelige korst op je wond. Op zich kan dit geen kwaad als je een oppervlakkige wonde hebt en je merkt dat de wonde nog geneest. Wanneer je een diepere wond hebt, moet deze korst wel verwijderd worden. Anders zal je wond niet verder genezen. Wees je er goed van bewust dat deze wond niet ontstoken is, ook al zie je een gele korst.
Zoals je merkt zijn er veel verschillende gele wonden. Omdat het als leek moeilijk is jouw wond onder de juiste categorie te plaatsen, kan je het best met een gele wond zo snel mogelijk naar de huisarts gaan. Deze kan dan beslissen tot welke van bovenstaande categorieën jouw wond behoort en deze behandelen.
Zwarte wonden
Een zwarte wond is de slechtste kleur. Deze kleur toont dat je weefsel in de wond is afgestorven. Vandaar ook de zwarte kleur. Als je een tijdje een zwarte kleur op je wond hebt, zal je ook merken dat er een niet-aangename geur vrijkomt. Deze geur komt er omdat micro-organismen vrij spel hebben in de wonden. Afgestorven weefsel is voor deze micro-organismen een ideale voedingsbodem. Deze wond zal veel werk vragen van een verpleegkundige of een arts. Eerst zal het dode weefsel verwijderd moeten worden. Vaak gebeurt dit chirurgisch.
Nieuwe doorbraak
Deze kleurmethode wordt nog vaak gebruikt in de thuisomgeving. Het is handig voor de leek om te weten aan de hand van de kleur welke stappen er nodig zijn. De ziekenhuizen hebben sinds 2006 een nieuwere en uitgebreidere versie van dit model. Dit wordt het time-concept genoemd. Time is een afkorting voor de vier factoren waarvoor dit concept staat, namelijk:
- Tissue, hoe ziet het weefsel van de wond er uit?
- Inflammation, zou de wond ontstoken zijn?
- Moisture, hoeveel vocht is er in de wonde?
- Edge, hoe ziet de wondrand er uit?
Time-concept
In dit concept zullen we proberen de wond zo snel mogelijk te laten genezen. Door deze vier factoren op de volgen, kunnen we weten in welke fase de wond zit en deze bijsturen waar nodig. Het time-concept wordt altijd in vier stappen doorlopen. Het is belangrijk dat deze stappen altijd in dezelfde volgorde gebeuren.
Als eerste stap kijken we naar het weefsel van de wond. Hoe ziet het weefsel er uit? Welke kleur heeft de wond? Meestal wordt in deze stap dood weefsel weggenomen. Als we dit hebben bekeken gaan we over naar stap twee. In deze stap gaan we kijken of de wond ontstoken is. Een ontsteking kunnen we herkennen aan roodheid, zwelling, pijn en warmte. Als onze wonde ontstoken is, gaan we deze spoelen en ontsmetten en schrijft de arts een antibioticakuur voor. Als we hebben nagekeken of onze wond ontstoken is en de behandeling klaar is, gaan we naar stap drie. In deze stap kijken we vooral naar het vocht in de wonde: de kleur van het vocht en de hoeveelheid. Is de wonde droog of heeft ze juist tekenen dat er te veel vocht aanwezig is? Om deze stap op te lossen gaan we proberen een goede vochtbalans te creëren door middel van zalven en verbanden. Als laatste stap kijken we naar de wondranden. Als de vorige drie stappen goed zijn verlopen en in orde zijn, zal stap vier vanzelf opgelost worden. De wond zal zich van de rand naar het midden dichten.
Time-h concept
De medische sector staat niet stil. Ook het onderzoek naar een betere behandeling niet. Het time concept is verder geëvolueerd. Zo is er een vijfde stap bij gekomen in het time-concept in 2008. Deze stap werd eerst helemaal niet in het wondgenezingsproces betrokken. Deze vijfde stap is de healing. In deze stap zal een arts of verpleegkundige bepalen hoe lang het genezingsproces zal duren. Hierbij wordt rekening gehouden met de toestand van de patiënt. Daardoor heeft het een nauwkeurigere aanpak. In de vorige concepten was dit niet het geval waardoor sommige therapieën veel langer duurden dan gepland.
Lees verder