Botscan (botscintigrafie): Onderzoek opsporen botziekte
Een botscan (botscintigrafie) is een beeldvormend onderzoek dat artsen gebruiken om botaandoeningen te diagnosticeren en de ernst van botziekten vast te stellen, vooral wanneer andere beeldvormende onderzoeken geen duidelijke resultaten opleveren. Dit veilige onderzoek duurt relatief lang, maar is over het algemeen pijnloos voor de patiënt. De procedure omvat doorgaans een injectie met een kleine hoeveelheid radioactieve stof, gevolgd door een wachttijd van enkele uren, waarin de patiënt veel moet drinken. Na deze wachttijd wordt de eigenlijke scan uitgevoerd.
Indicatie botscan: Opsporen botziekte
Een botscan wordt ingezet in verschillende situaties, zoals:
- Artritis (gewrichtsontsteking) opsporen
- De oorzaak van onverklaarbare pijn in de botten identificeren
- Een botinfectie, zoals osteomyelitis, diagnosticeren
- Het vaststellen van goedaardige of kwaadaardige bottumoren of uitzaaiingen van primaire kanker (bijvoorbeeld borstkanker, longkanker, prostaatkanker, schildklierkanker en nierkanker)
- Het diagnosticeren van een botbreuk die niet zichtbaar is op een röntgenfoto, zoals een heupfractuur of stressfracturen in de voeten, bot- of rugfracturen
- Metabole aandoeningen opsporen zoals osteomalacie (verweking van het bot), primaire hyperparathyreoïdie (overactieve bijschildklieren), osteoporose, complex regionaal pijnsyndroom (pijnsyndroom in de ledematen) en de ziekte van Paget (chronische ontsteking van het bot)
Toepassingen bij specifieke aandoeningen
Botscintigrafie is niet alleen een algemene diagnostische techniek, maar wordt specifiek afgestemd op de aandoening van de patiënt. Dit maakt het een veelzijdige tool binnen de medische beeldvorming.
Ziekte van Paget en osteoporose
Bij de ziekte van Paget laat de botscan gebieden zien met abnormale botvernieuwing. Voor osteoporose wordt botscintigrafie vaak gecombineerd met andere tests om botbeschadiging te evalueren en behandelingsstrategieën te bepalen.
Detectie van fracturen en infecties
Stressfracturen, die moeilijk zichtbaar zijn op röntgenfoto’s, kunnen met botscintigrafie worden opgespoord. Ook bij vermoedens van botinfecties zoals osteomyelitis kan de techniek een duidelijk beeld geven van de mate en locatie van de infectie.
Voor het onderzoek
Voor de botscan verwijdert de patiënt sieraden en andere metalen voorwerpen. Soms moet de patiënt op verzoek van het ziekenhuis een speciaal ziekenhuishemd dragen. De gehele scanprocedure duurt ongeveer een uur.
Tijdens het onderzoek: Radioactieve stof injecteren
Voorbereiding: Injectie van radioactieve tracer
De arts injecteert een kleine hoeveelheid radioactief materiaal (radiotracer) in een ader van de patiënt. Dit kan de patiënt als een lichte prik ervaren. De radioactieve stof verspreidt zich door het bloed naar de botten en organen, waar het een geringe hoeveelheid straling afgeeft. Een speciale camera detecteert deze straling tijdens het scannen van het lichaam. Eerst worden er foto's gemaakt van de hoeveelheid radiotracer die zich in de botten ophoopt. Dit voorbereidende proces duurt ongeveer vijftien minuten.
Voldoende drinken is noodzakelijk na de injectie van de radioactieve stof /
Bron: Clker Free Vector Images, Pixabay Voldoende drinken
Na de injectie wordt de patiënt gevraagd om veel water te drinken. Dit helpt om de radioactieve stof in het lichaam te houden en te voorkomen dat deze zich ophoopt in de blaas. Drie tot vier uur na de injectie wordt het tweede deel van het onderzoek uitgevoerd. Voorafgaand aan dit tweede deel moet de patiënt nogmaals plassen om te zorgen dat alle radioactieve stof uit de blaas is verwijderd.
Tweede deel van het onderzoek
De aard van het onderzoek kan variëren afhankelijk van de reden voor de scan. Bij vermoeden van een botinfectie worden direct na de injectie en opnieuw na drie tot vier uur foto's gemaakt. Dit wordt een driefase-botscan genoemd. Voor onderzoek naar metastatische botziekten worden meestal pas na drie tot vier uur foto's gemaakt. Tijdens het scannen beweegt de camera rond de patiënt, die mogelijk zijn positie moet aanpassen maar verder stil moet liggen. Het langdurig stil liggen kan soms ongemakkelijk zijn, maar pijn is doorgaans niet aanwezig tijdens de procedure.
Na het onderzoek
Na afronding van de scan kunnen patiënten doorgaans direct naar huis. Er wordt sterk aanbevolen om ook na de botscan voldoende water te blijven drinken. Dit versnelt de eliminatie van de radioactieve stof via de urine. De meeste patiënten ervaren geen bijwerkingen van het onderzoek, maar in zeldzame gevallen kan er kortdurend een lichte allergische reactie op de injectie optreden.
Hoewel de stralingsdosis minimaal is, wordt patiënten aangeraden om in de eerste 24 uur na het onderzoek direct contact met jonge kinderen of zwangere vrouwen te beperken. Dit geldt als voorzorgsmaatregel om onnodige blootstelling aan de resterende radioactieve stof te voorkomen.
Resultaten van het onderzoek van de botten
Normale resultaten
Een normale botscan toont een gelijkmatige verdeling van de radiotracer over alle botten.
Abnormale resultaten
Een abnormale scan kan 'warme' of 'koude' plekken laten zien in vergelijking met het omliggende bot. Warme plekken duiden op een verhoogde concentratie van de radioactieve stof, wat kan wijzen op verhoogde botactiviteit zoals bij ontstekingen of infecties. Koude plekken geven aan waar minder radioactieve stof is opgenomen, wat kan duiden op een verminderde botactiviteit of andere aandoeningen.
Interpretatie van botscanresultaten
De interpretatie van botscintigrafie vereist expertise, omdat variaties in traceropname kunnen wijzen op uiteenlopende pathologieën.
Verhoogde traceropname
Gebieden met verhoogde traceropname duiden vaak op actieve botvernieuwing, zoals bij fracturen, artritis, of botkanker. Deze patronen worden beoordeeld op hun grootte, vorm en locatie om een diagnose te stellen.
Verminderde traceropname
Een verminderde opname kan wijzen op botnecrose of verminderde doorbloeding van het bot. Deze bevinding is vaak belangrijk bij de evaluatie van vasculaire aandoeningen die het skelet aantasten.
Risico's van botscintigrafie
Botscintigrafie is veilig, maar er zijn enkele risico's. Zwangere vrouwen of vrouwen die
borstvoeding geven, worden doorgaans uitgesloten van deze procedure om het kind niet bloot te stellen aan straling. De hoeveelheid straling die tijdens de scan wordt toegediend is zeer klein. Na het onderzoek verlaat de straling het lichaam meestal binnen twee tot drie dagen. Complicaties door de radioactieve tracer zijn zeldzaam, maar kunnen bestaan uit
anafylaxie (ernstige
allergische reactie),
huiduitslag en/of zwelling. Er kan ook een kleine bloeding of infectie optreden op de plek waar de naald is ingebracht.
Vergelijkbare beeldvormingstechnieken
Andere beeldvormingstechnieken kunnen aanvullende informatie bieden of als alternatief dienen voor botscintigrafie:
- Röntgenfoto's voor snelle beoordeling van botbreuken
- MRI (Magnetic Resonance Imaging) voor gedetailleerd beeld van zachte weefsels en botstructuren
- CT-scan (Computed Tomography) voor driedimensionale beelden van botten en omliggende structuren
Vergelijking met andere nucleaire technieken
- Botscintigrafie heeft unieke voordelen, maar het is belangrijk om de methode in context te plaatsen ten opzichte van andere beeldvormingstechnieken, zoals SPECT en PET-scans.
- SPECT versus botscintigrafie
- SPECT biedt driedimensionale beelden die nuttig zijn bij het evalueren van complexe botstructuren. Botscintigrafie daarentegen geeft een tweedimensionaal overzicht en wordt vaak gebruikt als screeningsinstrument vanwege de snelheid en relatief lage kosten.
- PET-scans bij kankerdiagnostiek
- Hoewel PET-scans gedetailleerder zijn en een breder scala aan biologische processen kunnen weergeven, is botscintigrafie vaak de eerste keus voor het evalueren van skeletproblemen door de specifieke traceropname in botweefsel.
Innovaties in botscintigrafie
- Nieuwe ontwikkelingen in technologie en methodologie verbeteren de nauwkeurigheid en toepasbaarheid van botscintigrafie.
- Hybride beeldvormingstechnieken
- Combinaties zoals SPECT-CT integreren structurele en functionele beeldvorming, waardoor artsen zowel anatomische als metabole informatie krijgen. Dit is vooral nuttig bij complexe gevallen zoals kanker of uitgebreide botinfecties.
- Kunstmatige intelligentie in beeldanalyse
- AI-tools worden steeds vaker ingezet om botscans sneller en nauwkeuriger te analyseren. Deze technologie kan subtiele patronen herkennen en artsen ondersteunen bij het stellen van een nauwkeurige diagnose.
Lees verder