De kracht van enzymtherapie
Enzymen (fermenten) zijn eiwitverbindingen. Deze biokatalysatoren versnellen en bepalen het verloop van chemische processen in het lichaam. Het zijn lichaamseigen stoffen die zeer specifieke fysiologische reacties mogelijk maken. Volgens de enzymtherapie hebben fermenten een genezende of profylactische werking, waar feitelijk al duizenden jaren gebruik van wordt gemaakt. In de tweede helft van de vorige eeuw kwam het onderzoek naar de werking en functie van enzymen in een stroomversnelling. Inmiddels zijn er veel enzympreparaten verkrijgbaar.
Inhoud
Oeroude therapie
Arabische
alchemisten zochten duizenden jaren geleden al naar een stof die alle levensprocessen in stand hield en die ze ‘elixer’ (
aliksir) noemden. Ook de Grieken waren er naarstig naar op zoek. Zo zou Bacchus de wijn met behulp van een geheimzinnige kracht laten gisten.
Louis Pasteur (1822-1895) /
Bron: Publiek domein, Wikimedia Commons (PD) Wetenschappelijke onderbouwing
In 1833 werd het eerste enzym ontdekt. Het werd 'diastase' genoemd, een stof die bijvoorbeeld in granen het zetmeel afbreekt. De Franse bioloog en scheikundige
Louis Pasteur (1822-1895) was de eerste met een wetenschappelijke benadering van die ‘kracht’ en ontdekte dat micro-organismen een gistingsenzym bevatten. Na de Tweede Wereldoorlog werd er volop geëxperimenteerd met enzymen en kwamen er enzympreparaten op de markt.
Wat is een enzym?
Een enzym is een eiwit dat ervoor zorgt dat er in of buiten een
cel een specifieke reactie ontstaat of versneld wordt. Het enzym zelf verandert daarbij niet en wordt ook niet ‘verbruikt’. Enzymen zijn ingesteld of werken in op een bepaalde stof, het substraat. Elk enzym is dus
reactiespecifiek. Bovendien zijn enzymen alleen werkzaam binnen de grenzen van de normale
lichaamstemperatuur en zuurgraad. Enzymen zitten in de
voeding of worden in de cellen van alle organismen (
dieren en planten) aangemaakt. Voor de aanmaak ervan zijn weer
vitaminen nodig.
De verschillende soorten enzymen
Enzymen beïnvloeden chemische lichaamsprocessen die zonder deze
enzymen te langzaam zouden verlopen. De namen van enzymen hebben allemaal de uitgang ‘-ase’ en zijn afgeleid van het specifieke substraat. Hydrolasen voegen bijvoorbeeld
water toe aan een chemisch proces. Dehydrogenasen doen juist het omgekeerde.
Enzymgroepen
Er zijn inmiddels duizenden enzymen ontdekt en benoemd. De voornaamste twee
functies van alle enzymgroepen zijn: het bevorderen van de spijsvertering en de energieopwekking (metabolische taken). De drie belangrijkste enzymgroepen zijn:
- Proteasen. Dit zijn enzymen die eiwitten afbreken/verteren.
- Lipasen. Deze enzymen zijn belangrijk voor de vertering van vetten.
- Amylasen. Ze verteren de koolhydraten.
Stoornissen van de enzymfunctie
Een verstoring in de
enzymhuishouding leidt tot allerlei ziekten. In dat opzicht kan men een onderverdeling maken:
- Enzymen die de endocriene (van klieren met inwendige afscheiding) hormoonproductie beïnvloeden. Voorbeelden van stoornissen in de activiteit van deze enzymen zijn: cretinisme, jeugddiabetes en hyperthyreosis.
- Enzymen die invloed hebben op het metabolisme van de neurohormonen, acetylcholine, histamine en adrenaline.
- Enzymen die nodig zijn voor de aanmaak van hemoglobine en rode bloedlichaampjes. Bij een stoornis in deze enzymhuishouding ontstaat bloedarmoede (anemie).
- Enzymen die een regulerende functie hebben in het reticulo-endotheliale systeem, zoals de aanmaak en afbraak van globulinen en antistoffen.
- Enzymen die belangrijk zijn voor de spijsvertering. Ze worden afgescheiden in de mond, de maag en in de darm. De enzymproductie is afhankelijk van het voedselaanbod.
- Enzymen die van invloed zijn op de energieproductie, zoals de citroenzuurcyclus.
Enzymtekort
Het bovenstaande laat zien hoe belangrijk enzymen zijn voor de
stofwisseling en dat een gebrekkige enzymfunctie tot stoornissen en ziekten leidt. Alkaptonurie wordt bijvoorbeeld veroorzaakt door inactiviteit van het enzym homogentisinezuuroxidase. Hemofilie en hypogammaglobulinemie zijn congenitale stoornissen als gevolg van
enzymtekorten. Een tekort aan enzymen kan ook de oorzaak zijn van stoornissen in de koolhydraat- en vetstofwisseling. Voorbeelden daarvan zijn glucosurie en galactosurie.
Bron: FotoshopTofs, Pixabay Enzympreparaten
Hieronder volgen de belangrijkste preparaten. Ze bevatten enzymen die sleutelfuncties vervullen in essentiële stofwisselingscycli. Om die reden kunnen ze bepaalde aandoeningen genezen.
Vasolastine
Het bevat de enzymen lipase, vetzuurhydrogenase, amino-oxidase en tyrosinase. Bij
arteriosclerose vormt zich plak en ontstaat er bloedvatvernauwing. Het toedienen van lipase en vetzuurhydrogenase stimuleert de hydrolyse en afbraak van deze vetten (plak). Dat komt ten goede aan de zuurstofvoorziening van de organen, waaronder het
hart.
Reumajecta
Dit preparaat bevat sulfokinase, sulfurylase, acetylcholinesterase en catalase. Sulfokinase en sulfurylase zijn essentieel voor de aanmaak van muco-polysacchariden die het collageenweefsel helpen opbouwen. Collageen is een lijmvormende eiwitstof en een hoofdbestanddeel van bindweefsel. De enzymen cholinesterase en cholinacetylase bevinden zich in het synaptische membraan, en catalase in de intercellulaire vloeistof. Toxinen hebben een remmende werking op die fermenten. Als gevolg van paralyse en verstoringen van de
zuurstoftoevoer komt in het getroffen weefsel de energieproductie voor de aanmaak van acetylcholine in het gedrang. Deze enzympreparaten worden vooral voorgeschreven bij reumatische aandoeningen.
Interacton
Het bevat histaminase, glutaminase en allylsulfide. Het middel wordt gebruikt bij de behandeling van allergieën.
Coliacron
Dit middel bestaat uit glutaminsynthetase en het co-enzym A-kinase. Het wordt voorgeschreven bij aandoeningen van neurohormonale aard.
Oculucidon
Het bevat hexokinase, transaminase, sulfokinase en transacetylase. Patiënten met cataract en glaucoom kunnen er baat bij hebben.
Antibios
Dit preparaat bevat onder andere de bestanddelen histaminase en thioloxidase. Het wordt voorgeschreven bij infecties.
Aminozuurcomplex
Dit preparaat bevat een aminozuuractiverend enzym en ATP-kinase. Indicatie: hersencelbeschadiging.
Marmoral (zalf)
Het bevat onder andere histamine en wordt gebruikt bij de behandeling van huidinfecties.
Bereiding van enzympreparaten
Enzymen worden gewonnen uit bijvoorbeeld de lever en hersenen van dieren, maar ook uit knollen, bladeren en zwammen. Ze zijn dus van natuurlijke oorsprong. Ongeveer 95 procent is plantaardig.
Bron: Frolicsomepl, Pixabay Behandeling
Met de bovengenoemde preparaten worden de volgende ziekten behandeld:
- Vasolastine: arteriosclerose, cerebrale sclerosis, aandoeningen van de vet- en cholesterolstofwisseling en hoge bloeddruk.
- Coliacron: oligofrenie, neuro-vegetatieve klachten, ontwikkelingsstoornissen.
- Interacton: allergie, hooikoorts.
- Reumajecta: artritis, artrose.
- Oculucidon: cataract, glaucoom
- Enzybios: encefalitis, herpes zoster, colitis.
- Aminozuurcomplex: coma.
- Marmoral: brandwonden, insectenbeten.
Naar de huisarts voor het beste advies
De meningen zijn zeer verdeeld over de
toepassing van enzymtherapie. Al decennia lang komen er middelen op de markt onder de naam 'enzymtherapie'. Er worden allerlei werkingen aan toegeschreven. Volgens sommigen is het placebo-effect van deze alternatieve geneesmethode erg groot. Vasolastine wordt ook verkocht onder de namen Vasolastica, Cerebrase en Chondrase, waarvan de
werkzaamheid eveneens ter discussie staat. Bij klachten is het beter eerst naar de huisarts te gaan voordat u een van de bovenstaande middelen koopt. Vraag eerst raad aan iemand die er verstand van heeft... niemand minder dan uw huisarts!
Lees verder