Ondervoeding bij ziekte: oorzaken en gevolgen
Iemand die ondervoed is, heeft een tekort aan voedingsstoffen. Dit heeft gevolgen voor het functioneren van je lichaam. Aan de buitenkant van je lichaam hoeft dit niet altijd zichtbaar te zijn. Iemand met een normaal gewicht of zelfs met overgewicht kan een te tekort aan voedingsstoffen hebben. Bepaalden ziekten kunnen zorgen voor een verminderde opname van voedingstoffen uit de darmen. Ondervoeding is een groot probleem binnen de Nederlandse gezondheidszorg en hierdoor kan iemand minder goed herstellen van ziekte.
Ondervoeding als gevolg van ziekte
Als iemand ziek is, dan is er een kans om ondervoed te raken. Door pijn, koorts, misselijkheid, smaakverandering, vol gevoel, angst en zorgen hebben sommige mensen een verminderde eetlust, terwijl de energiebehoefte juist hoger wordt bij ziekte. Wondgenezing of bestrijding van een infectie kost het lichaam energie. Als er tijdens ziekte ondervoeding ontstaat zal er in de stofwisseling veranderingen optreden die hierbij een rol spelen.
Oorzaken van ondervoeding
Of iemand dik of dun is hoeft niet altijd wat te zeggen over de voedingstoestand. Ook iemand met overgewicht kan ondervoed zijn. Ondervoeding kan verschillende oorzaken hebben zoals: voedselgebrek, eenzijdige voeding, ziekte of ouderdom. Bij ziekte kan het bijvoorbeeld zijn dat er een verminderde voedselopname is door een storing in de stofwisseling, slokdarmproblemen of een verhoogde energieopname. In ons land kom je ondervoeding vooral tegen bij ziekte of ouderdom (boven de 80 jaar). Een groot deel van ziekenhuispatiënten, zo’n 25 tot 40 procent is of raakt ondervoed. Een ondervoed persoon zal meer last hebben van complicaties en langzamer herstellen dan goed gevoede patiënten. Er is sprake van ondervoeding door ziekte als er een onbedoeld gewichtsverlies is van meer dan 10 procent in het laatste half jaar of meer dan 5 procent in de laatste maand. Indien de Body Mass Index (BMI) onder de 18,5 komt bij volwassenen en bij ouderen (boven de 60 jaar) onder de 20, is er sprake van een ondergewicht. Een BMI tussen de 20 en 25 wordt over het algemeen als gezond beschouwd.
Gevolgen van ondervoeding
Als er een voedseltekort is zal het lichaam zich hierop aanpassen. Op den duur zal de weerstand verminderen, wonden zullen slechter genezen doordat de conditie van de huid minder wordt. De kans op doorligwonden wordt hierdoor ook groter. Ook zal de stofwisseling vertragen en een gezond lichaam doet er in zo’n situatie alles aan om spierweefsel (bestaande uit eiwitten) te behouden en vetweefsel te verbranden. Bij een ziek en ondervoed persoon wordt het eiwitsparend systeem tenietgedaan door de reactie die het lichaam geeft op de verwonding of infectie. Dit gaat ten koste van spierweefsel zoals skeletspieren, hartspier en longweefsel. Hierdoor neemt de spierkracht af. Verder kan een ondervoed persoon de lichaamstemperatuur minder goed reguleren en wordt de stemming negatief beïnvloed waardoor deze persoon zich somber kan voelen. Bij ernstige ondervoeding wordt het voedsel nog moeilijker opgenomen door de darmen waardoor het tekort aan voedingsstoffen nog groter wordt. Dit is aan de buitenkant vaak niet zichtbaar omdat het lichaam tijdens ziekte ook vaak water en zout vast houdt. Daardoor kan iemand die er goed gevoed uitziet toch lijden aan ondervoeding. Het risico op overlijden is veel groter bij mensen die ondervoed zijn.
Wat te doen bij ondervoeding
Door voldoende energie binnen te krijgen moet de zieke persoon proberen om genoeg (bruin)brood/pap, aardappelen/rijst/pasta, groenten, fruit, zuivel, vlees(waren)/vis/kip/ei/vleesvervangers, margarine en bak- en braadproducten binnen te krijgen. Daarbij is het ook belangrijk om genoeg te drinken (minimaal 1,5 liter vocht per dag). Het kan moeilijk zijn om voldoende voeding binnen te krijgen. Daarom is het beter om de voeding te verdelen over de dag in de drie hoofdmaaltijden en enkele keren tussendoortjes te nemen. Het kan ook handig zijn om ’s nachts wat te eten of te drinken en dit op het nachtkastje te zetten. Eet eiwitrijke voeding zoals zuivelproducten, vlees, vis en noten. Vet levert de meeste energie. Gebruik daarom geen magere en halfvolle producten, maar ruime hoeveelheden margarine, boter, room, mayonaise en olie. Extra suiker gebruiken is aan te bevelen. Dit kan bijvoorbeeld in de vorm van honing of extra suiker in de koffie of thee. Ook zitten er suikers in vruchtensappen. Probeer producten zoals rauwkost, vers fruit of grofvolkoren producten die snel een verzadigd gevoel geven te vervangen door gekookte groenten, vruchtensap, bruin- of witbrood. Probeer ook lightproducten te vermijden. Als de patiënt erg moe is kan hij voor de maaltijd wat proberen te rusten. In plaats van koken kan de patiënt kant-en-klaar maaltijden nemen of gebruik maken van een maaltijdbezorgdienst.
Bij ondervoeding is het altijd raadzaam om contact op te nemen met een diëtist om een zo volledig mogelijk verantwoord en gevarieerd dieet samen te stellen die bij de zieke persoon past.
Lees verder