Duane-syndroom: Oogbewegingsstoornis

Duane-syndroom: Oogbewegingsstoornis Ongeveer 1 op de 25 tot 100 kinderen met strabisme (scheelzien) lijdt aan de zeldzame aandoening die bekend staat als het "syndroom van Duane", ook wel "congenitale retractiesyndroom" genoemd. Dit syndroom veroorzaakt een oogbewegingsstoornis waardoor de patiënt zijn ogen niet goed naar rechts of links kan bewegen. Dit resulteert vaak in scheelzien of een abnormale hoofdhouding. De oorzaak van het Duane-syndroom is nog niet volledig begrepen; in sommige gevallen kan de aandoening erfelijk zijn. Het Duane-syndroom is vanaf de geboorte aanwezig, hoewel het soms pas later wordt herkend.

Epidemiologie van het Duane-syndroom

Het Duane-syndroom is een zeldzame aandoening die wereldwijd voorkomt, hoewel de exacte prevalentie moeilijk vast te stellen is. De schatting varieert van 1 op de 1000 tot 1 op de 10.000 levende geboorten. De aandoening is verantwoordelijk voor ongeveer 1-5% van de strabismusgevallen. Er is geen voorkeur voor een bepaald ras, maar er wordt een lichte voorkeur voor vrouwen waargenomen, waarbij de verhouding vrouw-man ongeveer 3:2 bedraagt.

Geografische verspreiding

De epidemiologische gegevens suggereren dat het Duane-syndroom in alle delen van de wereld voorkomt. Er zijn echter regionale verschillen in de rapportage van de aandoening, mogelijk veroorzaakt door variaties in genetische predispositie en de toegang tot medische zorg. In ontwikkelingslanden blijft de diagnose vaak ongedocumenteerd, waardoor de werkelijke prevalentie mogelijk wordt onderschat.

Familiaire en genetische patronen

Bij het Duane-syndroom wordt een genetische component vermoed, aangezien een klein percentage van de patiënten een familiegeschiedenis van de aandoening heeft. Erfelijke gevallen vertonen vaak een autosomaal dominant patroon met incomplete penetrantie. Sporadische gevallen, die vaker voorkomen, suggereren echter dat omgevingsfactoren of spontane mutaties ook een rol kunnen spelen.

Mechanisme

Het Duane-syndroom ontstaat door een defect in de innervatie van de oogspieren, met name veroorzaakt door een abnormale ontwikkeling van de zesde hersenzenuw (nervus abducens) tijdens de embryonale fase. Dit leidt tot een afwijkende werking van de laterale en mediale rechte oogspieren.

Neurologische afwijkingen

De belangrijkste oorzaak van het Duane-syndroom is het falen van de zesde hersenzenuw om zich volledig te ontwikkelen. Deze zenuw is verantwoordelijk voor het aansturen van de laterale rechte spier, die het oog naar buiten beweegt. In plaats daarvan worden er abnormale zenuwverbindingen gevormd met de derde hersenzenuw, die de mediale rechte spier aanstuurt. Dit resulteert in een onbalans in de oogbewegingen.

Embryologische basis

Het Duane-syndroom ontstaat meestal tussen de vierde en zesde week van de embryonale ontwikkeling, een cruciale periode voor de vorming van craniale zenuwen. Tijdens deze periode kunnen genetische mutaties of externe factoren, zoals infecties of blootstelling aan toxines, de normale ontwikkeling van de zenuwen verstoren.

Vormen van het Duane-syndroom

Het Duane-syndroom kent drie types, die elk in verschillende mate kunnen voorkomen. De kenmerken van de verschillende typen zijn gerelateerd aan de grootte van de ooglidspleten en het niet goed opzij kunnen draaien van één of beide ogen.
  • Type 1: Problemen met het draaien van het oog naar buiten. Dit type komt voor bij ongeveer 60% van de kinderen met het Duane-syndroom.
  • Type 2: Problemen met het draaien van het oog naar binnen. Dit type komt voor bij ongeveer 30% van de kinderen.
  • Type 3: Problemen met zowel het draaien van het oog naar binnen als naar buiten. Dit type komt voor bij minder dan 10% van de kinderen.

Oorzaak van de oogbewegingsstoornis

Bij het Duane-syndroom functioneren de derde en zesde hersenzenuwen, die verantwoordelijk zijn voor de oogbewegingen, niet goed samen. Tijdens de vroege zwangerschap, wanneer de oogspiertjes worden gevormd, ontstaat er een ontwikkelingsstoornis bij de aanleg van de zesde hersenzenuw, die normaal gesproken de oogspier aanstuurt die het oog naar buiten draait. In plaats van de zesde hersenzenuw, wordt deze spier aangestuurd door de derde hersenzenuw, die normaal gesproken alleen verantwoordelijk is voor het samentrekken van de spier die het oog naar binnen draait. Hierdoor functioneren één of meerdere oogspieren niet goed bij de geboorte, wat leidt tot een oogbewegingsstoornis die invloed heeft op de horizontale oogbewegingen en de ooglidspleet.

Risicofactoren

Hoewel het Duane-syndroom vaak sporadisch voorkomt, zijn er enkele risicofactoren die de kans op het ontwikkelen van de aandoening kunnen vergroten. Deze factoren kunnen zowel genetisch als omgevingsgerelateerd zijn.

Genetische aanleg

Familiegeschiedenis van het Duane-syndroom of andere oogbewegingsstoornissen is een belangrijke risicofactor. Specifieke genmutaties, zoals mutaties in het CHN1-gen, zijn in verband gebracht met bepaalde vormen van het syndroom. In erfelijke gevallen is vaak sprake van een autosomaal dominant overervingspatroon met variabele expressie.

Omgevingsfactoren

Blootstelling aan teratogene stoffen, zoals bepaalde medicijnen of toxines tijdens de zwangerschap, kan de embryonale ontwikkeling van craniale zenuwen beïnvloeden. Bovendien kunnen infecties of andere complicaties tijdens de zwangerschap bijdragen aan de ontwikkeling van het syndroom.

Risicogroepen

Het Duane-syndroom kan in principe iedereen treffen, maar bepaalde groepen hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van de aandoening.

Kinderen met een familiaire voorgeschiedenis

Kinderen van ouders met het Duane-syndroom of andere aangeboren oogbewegingsstoornissen hebben een verhoogd risico. Erfelijke gevallen worden vaak vroeg in de kindertijd gediagnosticeerd.

Kinderen van moeders met zwangerschapscomplicaties

Complicaties tijdens de zwangerschap, zoals infecties, gebruik van teratogene stoffen of ernstige ziekten, verhogen het risico op congenitale afwijkingen, waaronder het Duane-syndroom. Deze groep vereist vaak intensieve medische opvolging.

Symptomen van de oogbewegingsstoornis

In de vroege babyperiode zijn de symptomen vaak niet direct zichtbaar. Echter, zodra kinderen enkele maanden oud zijn en beginnen rond te kijken, kunnen de symptomen duidelijker worden. Vaak wordt de diagnose pas gesteld als een kind enkele jaren oud is en naar een oogarts of kinderneuroloog gaat met scheelzien (ook bekend als "strabisme"). Soms worden andere afwijkingen opgemerkt, wat leidt tot extra onderzoeken. Ondanks de symptomen hebben patiënten meestal geen klachten, terwijl de omgeving vaak wel iets afwijkends opmerkt.

Mogelijke symptomen
  • Afwijkende oogstand: Meestal merkbaar bij het opzij kijken
  • Afwijkingen aan het spaakbeen in de onderarm
  • Amblyopie (lui oog), dat vaak op jonge leeftijd behandeld moet worden
  • Beperkingen in oogbewegingen (één of beide ogen): Meestal in horizontale richting, maar soms ook in verticale richting door de slechte ontwikkeling van de zesde hersenzenuw
  • Ooglidspleetvernauwing of -verwijding: Het aangedane oog lijkt kleiner dan het andere oog bij het opzij kijken
  • Slechter zicht: Beeld in de ooghoeken is niet altijd waarneembaar
  • Strabisme: Scheelzien
  • Torticollis (scheefhals) of meebewegen hoofd: Dit kan een reactie zijn op de afwijkende oogstand of om dubbelzien (diplopie) te vermijden, wat op termijn kan leiden tot een pijnlijke nek en een stijve nek
  • Wervelafwijkingen in de nek

In combinatie met andere oogaandoeningen
Het Duane-syndroom kan soms voorkomen in combinatie met andere oogaandoeningen, zoals:

Aanvullende symptomen en aandoeningen

Bij 3 op de 10 kinderen met het Duane-syndroom kunnen ook andere aandoeningen voorkomen:

Er is een verhoogde frequentie van het Duane-syndroom bij patiënten die blootgesteld zijn aan het geneesmiddel Thalidomide.

Alarmsymptomen

Het Duane-syndroom wordt vaak gekenmerkt door specifieke oogbewegingsbeperkingen en bijbehorende symptomen die vroeg in het leven kunnen worden opgemerkt.

Bewegingsbeperkingen van de ogen

Een van de belangrijkste alarmsymptomen is de beperkte mogelijkheid om het oog naar buiten (abductie) of naar binnen (adductie) te bewegen. Dit kan leiden tot scheelzien of een afwijkende hoofdpositie om dubbelzien te voorkomen.

Abnormale hoofdpositie

Kinderen met het Duane-syndroom compenseren vaak hun oogbewegingsbeperkingen door hun hoofd in een afwijkende positie te houden. Dit kan leiden tot secundaire klachten, zoals nekpijn of spierproblemen.

Diagnose en onderzoeken

Een oogarts of orthoptist onderzoekt de beweeglijkheid van de ogen, de ooglidsplit en de mate van scheelzien in verschillende kijkrichtingen, zowel dichtbij als veraf. De arts observeert ook de oogvolging van een voorwerp of lampje zonder dat de patiënt het hoofd meebeweegt. Daarnaast controleert de oogarts op andere oogafwijkingen. Omdat slechthorendheid of doofheid soms samen voorkomen met het Duane-syndroom, kan een KNO-arts betrokken worden voor verder onderzoek. Bij afwijkingen aan het spaakbeen in de onderarm of wervelafwijkingen in de nek kunnen röntgenfoto's nodig zijn om de diagnose te bevestigen.

Behandeling

In de meeste gevallen is geen directe behandeling nodig, hoewel opvolging vanaf ongeveer zes jaar oud wordt aangeraden. Patiënten hebben vaak geen visuele of functionele problemen door het Duane-syndroom. Voor patiënten met visuele beperkingen kunnen prismaglazen worden voorgeschreven om het zicht te verbeteren. Soms kan een operatie aan de oogspieren overwogen worden om de oog- en hoofdstand te verbeteren, hoewel de resultaten vaak beperkt zijn. Bij risico op amblyopie (lui oog) wordt het goede oog afgeplakt. Indien nodig kunnen ergotherapeuten en low vision-specialisten adviseren over hulpmiddelen en omgang met de aandoening.

Erfelijkheid

In 90% van de gevallen is het Duane-syndroom niet erfelijk. Bij de overige 10% van de patiënten is er vaak een familielid met de aandoening, waarbij meestal beide ogen aangedaan zijn. Soms kan de oorzaak van het syndroom een genetische afwijking zijn, maar hierover is nog weinig bekend. Voor een erfelijkheidsonderzoek kan de patiënt terecht bij een klinisch geneticus.

Prognose

De prognose van het Duane-syndroom varieert afhankelijk van de ernst van de symptomen en de aanwezigheid van bijkomende afwijkingen. Over het algemeen is de levensverwachting van patiënten niet beïnvloed, maar de kwaliteit van leven kan worden aangetast door visuele beperkingen.

Langetermijnvisie

Bij milde gevallen kunnen patiënten een vrijwel normaal leven leiden zonder significante beperkingen. Ernstige gevallen, vooral die gepaard gaan met andere craniofaciale afwijkingen, kunnen echter frequente medische opvolging vereisen.

Behandelingseffectiviteit

Hoewel er geen genezing bestaat voor het Duane-syndroom, kunnen chirurgische en niet-chirurgische interventies helpen om de symptomen te beheersen. De effectiviteit van deze behandelingen varieert, maar ze kunnen aanzienlijke verbetering bieden in de visuele functionaliteit en levenskwaliteit.

Complicaties

Hoewel het Duane-syndroom vaak geen ernstige fysieke complicaties met zich meebrengt, kunnen er enkele secundaire problemen optreden die het dagelijks leven van de patiënt beïnvloeden:
  • Oogproblemen:[/A] Patiënten kunnen moeite hebben met het uitvoeren van normale oogbewegingen, wat kan leiden tot problemen bij het volgen van bewegingen en het lezen. Dit kan visuele beperkingen veroorzaken zoals dubbelzien (diplopie) of verminderd zicht in de ooghoeken.
  • [B]Scheefhals (torticollis): Als gevolg van een afwijkende oogstand kan de patiënt een scheefhals ontwikkelen of het hoofd in een bepaalde positie houden om beter te kunnen zien. Dit kan leiden tot nekpijn en een stijve nek.
  • Amblyopie (lui oog): Het risico op amblyopie is verhoogd, vooral als er sprake is van een significante afwijking in de oogstand. Dit kan het zicht in het aangedane oog verminderen, wat vaak op jonge leeftijd moet worden behandeld.
  • Psychosociale impact: Kinderen en volwassenen met het Duane-syndroom kunnen last hebben van sociale en emotionele problemen als gevolg van hun uiterlijk en de moeilijkheden die ze ondervinden bij visuele taken.
  • Aanvullende skelettale problemen: Bij sommige patiënten kunnen bijkomende wervelafwijkingen of afwijkingen aan het spaakbeen in de onderarm optreden. Deze zijn echter zeldzaam en variëren in ernst.

Preventie van het Duane-syndroom

Aangezien het Duane-syndroom een aangeboren aandoening is die vaak al vanaf de geboorte aanwezig is, zijn er geen specifieke maatregelen om het syndroom zelf te voorkomen. Er zijn echter wel stappen die kunnen worden genomen om de symptomen te beheren en complicaties te minimaliseren:
  • Vroege diagnose: Regelmatige oogonderzoeken voor jonge kinderen kunnen helpen bij de vroege opsporing van het Duane-syndroom. Dit maakt het mogelijk om tijdig te reageren en passende behandelingsopties te overwegen.
  • Oogtherapie: Voor kinderen met amblyopie kan vroege behandeling met lui oog therapie nuttig zijn om de visuele functie te verbeteren en verdere visuele problemen te voorkomen.
  • Correctieve brillen: Het gebruik van prismaglazen kan helpen om visuele klachten te verlichten en dubbelzien te verminderen.
  • Ergotherapie: Ergotherapeuten kunnen advies geven over aanpassingen en hulpmiddelen die het dagelijks functioneren verbeteren en de impact van de aandoening op het leven van de patiënt verminderen.
  • Posturale aanpassingen: Voor patiënten met scheefhals kunnen fysiotherapie en oefeningen helpen bij het verbeteren van de nekhouding en het verminderen van pijn en stijfheid.
  • Regelmatige opvolging: Door regelmatige opvolging bij oogspecialisten en andere zorgverleners kan de voortgang worden gemonitord en kan tijdig worden ingegrepen bij eventuele complicaties.

Deze maatregelen kunnen bijdragen aan een betere kwaliteit van leven voor patiënten met het Duane-syndroom en helpen bij het beheersen van de symptomen en mogelijke complicaties die voortkomen uit deze aandoening.

Praktische tips voor het leven met / omgaan met Duane-syndroom

Zorg voor regelmatige oogcontroles

Bij Duane-syndroom kunnen de spieren die verantwoordelijk zijn voor de oogbewegingen niet goed functioneren. Dit kan leiden tot beperkte oogbewegingen en soms dubbelzien. Het is belangrijk om regelmatig je ogen te laten controleren door een oogarts of specialist, zodat eventuele veranderingen in de oogspieren of zichtproblemen tijdig worden opgemerkt. Bespreek met je arts of er aanvullende behandelingen nodig zijn, zoals brillen of een operatie, om de oogspieren te ondersteunen.

Gebruik hulpmiddelen om het zicht te verbeteren

Afhankelijk van de ernst van het Duane-syndroom kunnen patiënten moeite hebben met het bewegen van hun ogen of het richten van hun blik. Het gebruik van een bril of een andere optische correctie kan helpen om het zicht te verbeteren en de symptomen van dubbelzien te verlichten. Ook kan het dragen van een ooglapje, vooral voor het afdekken van het oog dat minder goed beweegt, een tijdelijke oplossing zijn voor dubbelzien. Bespreek met je arts welke hulpmiddelen voor jou het meest effectief zijn.

Leer oogspieroefeningen en technieken

In sommige gevallen kunnen oogspieroefeningen nuttig zijn om de oogspieren te versterken of te leren compenseren voor de beperkte bewegingen. Een optometrist of oogarts kan je specifieke oefeningen aanleren die helpen om de oogspieren te trainen en de symptomen van Duane-syndroom te verminderen. Deze oefeningen kunnen ook helpen om dubbelzien te voorkomen of te verlichten door de spieren op de juiste manier te laten werken.

Maak aanpassingen in je dagelijkse activiteiten

Als je last hebt van oogproblemen door Duane-syndroom, kunnen bepaalde dagelijkse activiteiten, zoals het lezen of autorijden, uitdagender worden. Het is belangrijk om te leren hoe je je activiteiten kunt aanpassen om je zicht te ondersteunen. Bij het lezen kan het helpen om goed verlichte gebieden te kiezen, en het dragen van een bril met de juiste correctie kan je zicht verbeteren. Bij het autorijden is het raadzaam om te overleggen met een arts of rijbewijsbeperkingen nodig zijn, afhankelijk van de ernst van het Duane-syndroom.

Gebruik hulpmiddelen om de coördinatie te verbeteren

Wanneer je moeite hebt met het coördineren van de bewegingen van je ogen, kan het nuttig zijn om hulpmiddelen te gebruiken die je helpen om makkelijker te navigeren. Denk hierbij aan een navigatiesysteem voor in de auto of het gebruik van een blindengeleidehond als je ernstige mobiliteitsproblemen hebt. Deze hulpmiddelen kunnen je helpen om obstakels te vermijden en je zelfstandigheid te vergroten.

Bespreek behandelingsopties met je arts

Afhankelijk van de ernst van Duane-syndroom kunnen er verschillende behandelingsopties zijn, zoals chirurgie, brillen, of prismatische lenzen. Het is belangrijk om je arts te raadplegen over de beschikbare behandelingen en om een behandelplan op maat te maken dat het beste bij jouw situatie past. Chirurgie kan bijvoorbeeld worden overwogen om de oogspieren te corrigeren, maar dit wordt meestal alleen gedaan als andere opties niet effectief zijn.

Overweeg psychologische ondersteuning indien nodig

Het omgaan met een visuele beperking kan soms emotioneel belastend zijn, vooral als het invloed heeft op je dagelijkse activiteiten en je sociale interacties. Het kan nuttig zijn om psychologische ondersteuning of therapie te overwegen om te leren omgaan met de emotionele aspecten van het Duane-syndroom. Het hebben van een ondersteunend netwerk van vrienden, familie, of een steun-groep kan je helpen om je aanpassingen gemakkelijker te maken en je gevoel van eigenwaarde te behouden.

Wees geduldig met je herstel en aanpassingen

Duane-syndroom kan een langdurige aandoening zijn die de manier waarop je ogen bewegen beïnvloedt, en het kan even duren voordat je de beste behandelingen en aanpassingen hebt gevonden die voor jou werken. Wees geduldig met jezelf tijdens dit proces en wees flexibel als het gaat om het proberen van verschillende behandelingen of hulpmiddelen. Het kan enige tijd duren voordat je de beste manier hebt gevonden om met de aandoening om te gaan en je dagelijkse leven aan te passen.

Leer de signalen van overbelasting te herkennen

Bij Duane-syndroom kan het zijn dat je vaker last hebt van vermoeidheid of hoofdpijn door de extra inspanning die je ogen moeten leveren om te compenseren voor beperkte bewegingen. Het is belangrijk om de signalen van overbelasting te herkennen, zoals vermoeide ogen, hoofdpijn, of verhoogde moeite met het focussen, en pauzes te nemen wanneer dat nodig is. Zorg voor voldoende rust voor je ogen en vermijd langdurig intensief gebruik van de ogen, zoals het kijken naar schermen zonder pauzes.

Zoek steun van anderen met Duane-syndroom

Als je het gevoel hebt dat je alleen staat in het omgaan met Duane-syndroom, kan het helpen om contact te maken met anderen die dezelfde aandoening hebben. Dit kan via ondersteuningsgroepen of online fora, waar je ervaringen kunt delen en tips kunt krijgen van mensen die vergelijkbare uitdagingen ondergaan. Het delen van ervaringen met anderen kan je niet alleen emotioneel steunen, maar je ook praktische inzichten geven die je helpen bij het omgaan met de aandoening.

Misvattingen rond Duane-syndroom

Duane-syndroom is een zeldzame oogbewegingsstoornis die wordt veroorzaakt door een afwijking in de zenuwvoorziening van de oogspieren. Hierdoor kan het oog beperkt bewegen, vooral naar buiten of naar binnen. Ondanks de medische kennis over deze aandoening bestaan er nog veel misvattingen.

Duane-syndroom leidt altijd tot blindheid

Hoewel de oogbewegingen beperkt zijn, leidt Duane-syndroom zelden tot volledige blindheid. Veel mensen met deze aandoening hebben een goed gezichtsvermogen, al kunnen ze last hebben van scheelzien of een afwijkende hoofdstand om hun zicht te corrigeren. Regelmatige oogonderzoeken zijn belangrijk om eventuele complicaties op te sporen.

Duane-syndroom kan worden verholpen met een bril

Een bril kan bepaalde brekingsafwijkingen corrigeren, maar heeft geen invloed op de beperkte oogbewegingen die kenmerkend zijn voor Duane-syndroom. In sommige gevallen kan een aangepaste oogbehandeling, zoals oogspieroefeningen of chirurgie, helpen om de hoofdstand te verbeteren of klachten te verminderen.

Het is een vorm van psychische stoornis

Duane-syndroom is een aangeboren neurologische aandoening en geen psychische stoornis. Het wordt veroorzaakt door een afwijking in de zenuwen die de oogspieren aansturen en heeft niets te maken met mentale gezondheid of gedragsproblemen.

Alle patiënten met Duane-syndroom hebben dezelfde klachten

De ernst en symptomen van Duane-syndroom variëren sterk. Sommige mensen ervaren nauwelijks hinder, terwijl anderen ernstige beperkingen in hun oogbewegingen hebben. Dit hangt af van welke zenuwen en spieren zijn aangetast en in hoeverre het andere oog kan compenseren.

Het is een progressieve aandoening die steeds erger wordt

In tegenstelling tot sommige andere neurologische aandoeningen is Duane-syndroom niet progressief. De oogbewegingen blijven meestal stabiel gedurende het leven. Wel kunnen de gevolgen van de beperkte beweging, zoals nekklachten door een gedraaide hoofdstand, op latere leeftijd merkbaarder worden.

Een operatie kan de oogbeweging volledig herstellen

Chirurgie kan in sommige gevallen helpen om symptomen zoals scheelzien of een afwijkende hoofdstand te verminderen, maar het kan de normale zenuwfunctie niet herstellen. Daarom wordt een operatie alleen overwogen als de klachten ernstig zijn en andere behandelingen niet voldoende helpen.

Duane-syndroom komt alleen voor bij mensen met andere oogafwijkingen

Hoewel Duane-syndroom soms voorkomt in combinatie met andere oogaandoeningen, kan het ook op zichzelf staan. Het is een geïsoleerde ontwikkelingsstoornis van de oogzenuwen en hoeft niet per se gepaard te gaan met andere visuele problemen.

Lees verder

© 2014 - 2025 Miske, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Deze informatie is van informatieve aard en geen vervanging voor professioneel medisch advies. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Oogaandoeningen: Scheelzien of strabismeOogaandoeningen: Scheelzien of strabismeStrabisme of scheelzien is een visuele aandoening waarbij de ogen niet in dezelfde richting kijken. Het ene oog kan bijv…
Scheelzien (strabismus) en een lui oog (amblyopie)Scheelzien (strabismus) en een lui oog (amblyopie)Scheelzien (strabismus) en een lui oog (amblyopie) zijn aandoeningen van het oog die veel voorkomen bij kinderen. Scheel…
Scheelzien of loensenScheelzien of loensenScheelzien is een afwijking aan de ogen, hierbij zijn beiden ogen niet op hetzelfde punt gericht. Er zijn meerdere vorme…
Orthoptie of recht kijkenOrthoptie of recht kijkenIedere dag maken we gebruik van onze ogen, ze zijn dus heel belangrijk. Voor een rechte oogstand is een goede samenwerki…

Keelontsteking, wat te doen?Heeft u last van uw keel? Heeft u pijn met slikken? Dan zou het goed kunnen dat u een keelontsteking heeft. Er kan sprak…
Ziekte van Pompe: spiercellen die langzaam kapot gaanZiekte van Pompe: spiercellen die langzaam kapot gaanMensen die lijden aan de ziekte van Pompe kunnen niet of onvoldoende alfaglucosidase aanmaken. Dit is een eiwit dat bela…
Bronnen en referenties
  • Inleidingsfoto: TobiasD, Pixabay
  • http://www.aapos.org/terms/conditions/46
  • http://www.asz.nl/specialismen/oogheelkunde/folders/6350.pdf
  • http://www.erasmusmc.nl/47445/674532/2253329/OBM
  • http://www.kinderneurologie.eu/ziektebeelden/gezicht/duane.php
  • http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC3471494/
  • https://www.gezondvgz.nl/%7B0638dce0-dad2-4dad-b612-d070293c9490%7D
  • https://www.mchaaglanden.nl/stimulansz/ziekten-a-z/duane-syndroom
Miske (4.039 artikelen)
Laatste update: 13-03-2025
Rubriek: Mens en Gezondheid
Subrubriek: Aandoeningen
Bronnen en referenties: 8
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.
Medische informatie…
Deze informatie is van informatieve aard en geen vervanging voor professioneel medisch advies. Raadpleeg bij medische problemen en/of vragen altijd een arts.