Infectie met bacterie Helicobacter pylori: Maagproblemen
Een infectie met de bacterie Helicobacter pylori komt zeker in ontwikkelingslanden nog zeer veel voor. De bacterie veroorzaakt meestal een maagslijmvliesontsteking, die niet altijd gepaard gaat met symptomen. Soms komt ook een maagzweer voor en tevens is het risico op maagkanker door deze bacterie verhoogd. De besmettelijke infectie resulteert in vele maag- en algemene klachten zoals bijvoorbeeld braken, misselijkheid, een opgeblazen gevoel, buikpijn en brandend maagzuur. Antibiotica en maagzuurremmers zijn nodig bij patiënten met een ontsteking van het maagslijmvlies en/of een maagzweer. Patiënten met kanker krijgen een combinatiebehandeling met chirurgie, chemotherapie en/of radiotherapie. Veelal veroorzaakt de bacterie een maagslijmvliesontsteking en dan is de prognose zeer goed.
Epidemiologie van Helicobacter pylori-infectie
De prevalentie van
H. pylori is hoog in ontwikkelingslanden (80-90% van de bevolking) en veel lager (20-50%) in ontwikkelde landen. Infectiesnelheden zijn het hoogst in lagere-inkomensgroepen. De infectie wordt meestal verworven in de kindertijd, voor vijfjarige leeftijd. De incidentie van de symptomen veroorzaakt door de bacterie, neemt verder toe met de leeftijd en is vooral aanwezig in de volwassenheid.
Oorzaken van bacterie
H. pylori is een langzaam groeiende, spiraalvormige,
gramnegatieve bacterie. De bacterie speelt een belangrijke rol bij gastritis (een
ontsteking van het maagslijmvlies) en een maagzweer, en af en toe komt zelfs maagkanker tot stand. De exacte
overdracht van de besmettelijke infectie is onzeker. Dit is wellicht zowel via de fecale-orale route (via de ontlasting naar de mond) of orale orale route (via de mond naar de mond) mogelijk, bijvoorbeeld door het kussen of innemen van besmet braaksel. De overdracht van de infectie gebeurt uitsluitend bij kinderen die jonger dan vijf jaar oud zijn. Wellicht verhogen slechte hygiënische omstandigheden het risico op de besmetting. De bacterie komt in het slijmvlies van de maagwand terecht en overleeft in de zure omgeving van de maag. Eenmaal verworven, blijft de infectie levenslang aanwezig, tenzij de arts deze behandelt.
Symptomen: Gastritis, maagzweer en maagkanker
H. pylorie veroorzaakt zeker in het begin vaak geen klachten. Mogelijke uitingsvormen van de infectie zijn:
- gastritis (ontsteking van het maagslijmvlies),
- een maagzweer en
- maagkanker.
Gastritis (ontsteking van maagslijmvlies)
Een
maagslijmvliesontsteking komt veruit het meeste voor bij een infectie met
Helicobacter pylori. Niet altijd komen klachten voor. Symptomatische patiënten hebben één of meer van volgende symptomen:
Bij een bijkomende
maagbloeding verschijnt een
zwarte ontlasting en moet de patiënt
bloed braken.
Atrofische gastritis is het resultaat van een chronische ontsteking van het maagslijmvlies. Hierbij verdunt (verschrompelt) de slijmvlieslaag aan de binnenkant van de maag.

Pijn op de borst komt voor bij een maagzweer /
Bron: Pexels, Pixabay Maagzweer
Soms mondt een maagslijmvliesontsteking uit in een
maagzweer. Volgende tekenen zijn dan mogelijk:
- bloed braken
- branderige of knagende pijn in de streek boven de maag die enkele minuten tot uren aanhoudt (verbetert bij het eten)
- een bloederige, donkere of zwarte ontlasting (als gevolg van bloedingen)
- een opgeblazen gevoel
- een verlies van eetlust
- gewichtsverlies
- misselijkheid
- overgeven
- pijn op de borst
- pyrosis (zure oprispringen, brandend maagzuur)
- slaapstoornissen door de pijn
- uitstralende pijn naar de nek, de navel of de rug
- vermoeidheid
Maagkanker
Bij
chronische gastritis (aanhoudende ontsteking van het maagslijmvlies) ontstaan wijzigingen in het weefsel van de maag, hetgeen een risicofactor is voor
maagkanker. Volgende symptomen komen hierbij tot uiting:

Een bloedonderzoek is nodig /
Bron: Frolicsomepl, PixabayDiagnose en onderzoeken
Serologische testen
Een
bloedonderzoek is vereist. Serologische testen detecteren IgG-antilichamen en zijn redelijk gevoelig (90%) en specifiek (83%). IgG-titers kunnen tot 1 jaar duren om na de uitroeiingstherapie met 50% te dalen en zijn daarom niet bruikbaar voor het bevestigen van de uitroeiing of de aanwezigheid van een huidige infectie. Antilichamen kunnen ook in het
speeksel worden gevonden, maar tests zijn niet zo gevoelig of specifiek als serologische onderzoeken.
Ademtest
Via de 13C-ureum ademtest, een snelle en betrouwbare test voor
H. pylori, is het mogelijk om
H. pylori op te sporen. De patiënt moet hiervoor een speciale vloeistof met ureum drinken. Daarna meet de arts de uitgeademde lucht, waarin zich mogelijk nog de bacterie bevindt. De test is zeer gevoelig (97%) en specifiek (96%). Deze test is geschikt voor het testen van uitroeiing van het organisme, maar is mogelijk vals negatief als patiënten op dat moment
protonpompremmers (medicijnen die het maagzuur verminderen) nemen. Een snelle afgiftetablet die een resultaat in 15 minuten produceert, is beschikbaar. Protonpompremmers zijn medicijnen die de protonpomp gaan blokkeren zodat er geen waterstof meer in de maag gepompt kan worden. Deze krachtige medicijnen zijn hierdoor in staat om de hele maagzuursecretie stop te zetten.
Stoelgang-antigeentest
Bij het onderzoek van de ontlasting spoort de arts het
H. pylori-antigeen op. De algemene gevoeligheid is 97,6% met een specificiteit van 96%. De test is handig bij de diagnose van
H. pylori-infectie en voor de controle op de werkzaamheid van de uitroeiingstherapie. Patiënten moeten hierbij wel minimaal één week gestopt zijn met de inname van protonpompremmers maar ze mogen wel H2-blokkers (histamine H2-receptorantagonisten: bepaalde klasse van geneesmiddelen die het zuur in het slijmvlies van de maag verminderen) blijven gebruiken.
Gastroscopie en biopsie
Een inwendig kijkonderzoek van de maag (
gastroscopie) is nodig zodat de arts wijzigingen in de maag kan identificeren. De arts neemt hierbij een stukje weefsel van de maag weg (
biopsie). Dit weefselmonster toont mogelijk de aanwezigheid van de bacterie aan. De test kan vals negatief zijn als patiënten op dat moment protonpompremmers,
antacida (soort
maagzuurremmers) of
antibiotica gebruiken.
Behandeling door medicatie en/of medische behandelingen
Gastritis en maagzweren
Alle patiënten met maagzweren veroorzaakt door
H. pylori, moeten antibiotica nemen. Veel patiënten hebben een incidentele
H. pylori-infectie zonder maagzweren, maar ook zij nemen best antibiotica. Hierdoor verkleint namelijk het risico op
kanker in de maag. Deze antibiotica hebben soms wel bijwerkingen zoals buikpijn en diarree, maar het is belangrijk om deze geneesmiddelen volledig leeg te nemen. Verder krijgen patiënten met een infectie van
H. pylori een maagzuurremmer voorgeschreven, zodat het maagslijmvlies sneller herstelt.
Probiotica zijn verder goede bacteriën die de patiënt bijvoorbeeld via
yoghurt kan innemen. Stoppen met
roken is belangrijk aangezien roken leidt tot een vertraagd herstel van het slijmvlies. Patiënten met maagzweren krijgen voorts zes weken na de behandeling een nieuwe gastroscopie (inwendig kijkonderzoek van de maag) om een tumor (maagkanker) uit te sluiten. Indien nodig moet een biopsie de diagnose bevestigen. Een chirurgische behandeling is eigenlijk enkel nodig bij complicaties zoals een recidiverende onbehandelde bloeding en soms bij een maagperforatie. Langetermijncomplicaties van de operatie zijn onder andere een recidiverende zweer, het dumpingsyndroom, diarree, ijzertekort (als gevolg van slechte absorptie), foliumdeficiëntie (meestal door een slechte inname), een
vitamine B12-tekort (door een intrinsieke factor tekort) en gewichtsverlies (meestal door een verminderde inname).
Maagkanker
Net zoals vele andere vormen van kanker, verloopt de behandeling van maagkanker via een combinatie van chirurgie,
chemotherapie en/of
radiotherapie.
Prognose van ontsteking van het maagslijmvlies
Een standaardbehandeling van
H. pylori is succesvol bij ongeveer 90% van de patiënten. Een herinfectie is zeer ongewoon (1%) in ontwikkelde landen. In ontwikkelingslanden is herinfectie vaker voorkomend. De behandelingsmogelijkheden zijn daar beperkten en bovendien is de weerstand tegen metronidazole hoog (> 50%). Dit komt omdat dit medicijn vaak wordt ingezet voor de behandeling van parasitaire infecties, zodat de behandeling vaak onvoldoende is. Is maagkanker aanwezig, dan is de prognose vaak minder goed omdat de diagnose vaak pas in een laat stadium gebeurt. De vijfjaarsoverleving bedraagt gemiddeld 20%.
Lees verder