Glaucoom (groene staar), een aandoening van het oog
Glaucoom is een oogaandoening die in de volksmond ook wel groene staar wordt genoemd. Mensen met glaucoom lijden aan gezichtsveldverlies, zij kunnen steeds minder goed zien. Een verhoogde oogdruk speelt in veel gevallen van glaucoom een belangrijke rol. Schade aan de oogzenuw die eenmaal is opgelopen bij glaucoom is niet meer te herstellen. Het is dus belangrijk om glaucoom vroegtijdig te herkennen en te behandelen.
Indeling
Wat is glaucoom?
Glaucoom is een ziekte van het oog. Glaucoom wordt in de volksmond ook nog wel eens groene staar genoemd, wat niet verward moet worden met grijze staar (cataract). Glaucoom is wereldwijd een veel voorkomende oorzaak van slechtziendheid. De daling van de visus (het gezichtsvermogen) bij glaucoom is in veel gevallen het gevolg van een verhoogde oogdruk. Normaal ligt de oogdruk tussen de 10 en de 22 mmHg. Vroeger werd gedacht dat deze verhoogde oogdruk gelijk stond aan glaucoom, maar in de laatste jaren is ontdekt dat ook mensen met een normale oogdruk glaucoom kunnen ontwikkelen en dat mensen met een verhoogde oogdruk niet per sé glaucoom hoeven te ontwikkelen. Vroege opsporing van glaucoom is zeer belangrijk. Door vroegtijdig in te grijpen kan geprobeerd worden om de schade te beperken. Als glaucoom niet wordt behandeld kan dit leiden tot blindheid.
Hoe ontstaat glaucoom?
Glaucoom ontstaat in de meeste gevallen, maar lang niet altijd, door een verhoogde druk in het oog. Deze verhoogde oogdruk kan ontstaan door een verhoogde aanmaak van vocht in de voorste oogkamer of door een verminderde afvoer van dit vocht. Bij een verhoogde oogdruk is er vrijwel altijd sprake van een probleem in de afvoer van dit kamervocht. Deze afvoer vindt plaats in de kamerhoek, deze ligt tussen het hoornvlies (de cornea) en het regenboogvlies (de iris). Het kamervocht passeert in deze hoek een filtersysteem (het trabekelsysteem) om vervolgens via afvoerkanalen (de kanalen van Schlemm) afgevoerd te worden. De afvoer van het kamervocht kan op verschillende manieren worden belemmerd en soms is er sprake van glaucoom zonder dat de oogdruk verhoogd is. Dit heeft ertoe geleid dat er onderverdeling is gemaakt in verschillende typen glaucomen. Daarover later meer.
Hoe glaucoom kan ontstaan zonder een verhoogde oogdruk is nog niet geheel duidelijk. Naar de gevolgen van de verhoogde oogdruk en de rol die deze speelt bij het ontstaan van glaucoom is wel veel onderzoek gedaan. De verhoogde oogdruk bij glaucoom leidt tot beschadiging van de oogzenuw. De verhoogde oogdruk leidt ertoe dat oogzenuwvezels geleidelijk afsterven door verdrukking en dat de bloedtoevoer naar deze zenuwvezels ook wordt verminderd door verdrukking van de bloedvaten. Hierdoor ontstaat een verminderde toevoer van zuurstof naar de zenuwvezels. Uiteindelijk kan dit leiden tot versterf van het zenuwweefsel. Dit is een zeer langzaam proces. Daarnaast is er bewijs dat erfelijke factoren een rol spelen bij het ontstaan van glaucoom.
Welke typen glaucoom zijn er?
De volgende indeling maakt onderscheid tussen verschillende vormen van glaucomen. De wijze waarop glaucoom ontstaat staat hierbij centraal.
- Oculaire hypertensie: Eigenlijk is er hier nog geen sprake van klachten, maar wel wordt hier een verhoogde oogdruk gemeten. Dit wordt gezien als een eventueel voorstadium van een symptomatisch glaucoom dat zich later kan ontwikkelen.
- Open kamerhoek glaucoom: Hierbij is er sprake van een verhoogde oogdruk, een afwijkende oogzenuw bij inspectie met een ophtalmoscoop en een verminderde visus (het gezichtsvermogen). De kamerhoek is hierbij niet vernauwd, het kamervocht bereikt dus het trabekelsysteem. Hier gaat het mis. Het trabekelsysteem dat functioneert als een filter is verstopt waardoor het kamervocht niet kan worden afgevoerd. Deze vorm van glaucoom komt vaker voor bij mensen met een hoge mate van bijziendheid (myopie), dat heeft te maken met de vorm van het oog.
- Normale oogdruk glaucoom: Hierbij is er sprake van schade aan de oogzenuw en een verminderde visus, maar de oogdruk is niet verhoogd. Er wordt gedacht dat de bloedvaatjes die de zenuw voorzien van zuurstof bij deze vorm van glaucoom aangedaan zijn. Deze vorm van glaucoom komt dan ook vaker voor bij mensen met hart- en vaatziekten.
- Nauwe kamerhoek glaucoom: Hierbij is de kamerhoek vernauwd of afgesloten. De iris ligt tegen het hoornvlies aan, wat ertoe leidt dat de afvoer van het kamervocht naar het trabekelsysteem wordt bemoeilijkt. Deze vorm van glaucoom komt vaker voor bij mensen met een hoge mate van verziendheid (hypermetropie), dat heeft te maken met de vorm van het oog.
- Aangeboren glaucoom: Hierbij is er sprake van een aangeboren afwijking van het trabekelsysteem.
Wat zijn de risicofactoren voor het krijgen van glaucoom?
Naar aanleiding van de bovenstaande uitleg over de ontstaanswijze van glaucoom kunnen de volgende risicofactoren worden aangewezen:
- Een verhoogde oogdruk
- Glaucoom bij een familielid
- Sterke ver- of bijziendheid
- Hart- en vaatziekten (waaronder diabetes mellitus)
Daarnaast zijn de volgende factoren aangewezen als risicofactoren voor het ontwikkelen van een glaucoom:
- Afrikaanse of Aziatische afkomst
- Leeftijd
- Gebruik van corticosteroïd-oogdruppels
- Een dun hoornvlies (hierbij wordt ten onrechte een te lage oogdruk gemeten, deze mensen lijken zo een normale oogdruk te hebben terwijl deze in feite verhoogd is)
- Grote verschillen in de boven- en onderdruk (de bloeddruk mag niet te hoog zijn, dat leidt immers tot vaatschade. Maar een te lage bloeddruk kan ervoor zorgen dat de oogzenuw niet goed wordt voorzien van bloed)
Wat zijn de symptomen van glaucoom?
In het begin veroorzaakt glaucoom vaak geen klachten. De eerste verminderingen van het gezichtsveld vallen namelijk niet op voor de patiënt, deze bevinden zich namelijk aan de buitenzijde van het gezichtsveld. Soms wordt deze uitval gecompenseerd door het andere oog. Langzaam verergert het glaucoom en valt er een steeds groter deel van het gezichtsveld uit. Het centrale gezichtsveld blijft hierbij lange tijd gespaard, dit is het gedeelte van het gezichtsveld dat wij het meest gebruiken. Hierdoor heeft de patiënt vaak lange tijd zelf geen klachten.
Hoe wordt de diagnose glaucoom gesteld?
De diagnose glaucoom wordt door een oogarts gesteld. Hiertoe wordt een oogdrukmeting, ook wel tonometrie genoemd, verricht. Maar dat is het niet het enige onderzoek. Er wordt ook gekeken naar de oogzenuw, dit is een niet-ingrijpend onderzoek waarbij de oogarts met een speciale microscoop in het oog kijkt. De tonometrie en het bekijken van het oog worden in hetzelfde consult uitgevoerd. Daarnaast wordt een gezichtsveldmeting verricht om te bekijken welke delen van het gezichtsveld zijn aangedaan.
Wat is de behandeling van glaucoom?
Er zijn verschillende behandelingen mogelijk voor glaucoom.
Oogdruppels: hierbij is het van belang dat er consequent gedruppeld wordt. Deze behandeling dient in principe levenslang te worden uitgevoerd. Er kan gedruppeld worden met middelen die de productie van kamervocht verminderen (bijvoorbeeld met timolol, een bètablokker), met middelen die de afvoer van kamervocht bevorderen (bijvoorbeeld latanoprost, een prostaglandine analoog) of met een combinatie van deze middelen.
Laserbehandeling: er zijn verschillende laserbehandelingen mogelijk bij glaucoom, dit is afhankelijk van het type en de ernst van het glaucoom.
Operatie: er zijn ook verschillende operaties mogelijk bij glaucoom, ook dit is afhankelijk van het type en de ernst van het glaucoom. De mogelijkheden zijn een trabeculectomie (een verwijdering van het trabekelsysteem), een perifere iridectomie (waarbij een gaatje wordt gemaakt in de iris zodat het vocht via de achterste oogkamer naar het afvoersysteem kan lopen) en een lensverwijdering (hierdoor ontstaat meer ruimte en dus minder druk).
Wat is de prognose van glaucoom?
Schade aan de oogzenuw die reeds is opgetreden is niet meer te herstellen. Het doel is dan ook om de oogdruk te normaliseren en om verdere schade te voorkomen. Levenslange behandeling en controles zijn dan ook noodzakelijk.
Lees verder