Dwangstoornis en de relatie tot vermijdingsgedrag
Dwangmatig denken en handelen wordt ook wel een obsessief-compulsieve stoornis genoemd. Dit is een soort obsessie, waarbij iemand weet dat het niet normaal is, maar toch kan hij er niet mee stoppen. In de psychologie behoort dwanggedrag tot de angststoornissen. Een kenmerk van dwang is vermijdingsgedrag. Hierbij gaat iemand de angst zoveel mogelijk uit de weg. Ook het dwangmatig handelen is een manier om angst te ontlopen. Het vermijdingsgedrag houdt de dwang in stand en kan het dwangmatige gedrag zelfs versterken.
Wat een dwangstoornis is
Dwanggedachten, ook wel een
obsessief-compulsieve stoornis of
dwangneurose genoemd, is een angststoornis waarbij iemand dwangmatig denkt of dwangmatige handelingen uitvoert. De obsessieve gedachten keren steeds hardnekkig terug. Het kan bij alleen dwangmatig denken blijven, bijvoorbeeld wanneer iemand alles moet tellen, maar het kan ook zijn dat iemand handelingen moet uitvoeren zoals tientallen keren per dag de handen wassen of alles dwangmatig controleren. Mensen schamen zich vaak voor de dwanggedachten, omdat de gedachten erg opdringerig kunnen zijn. Het kan gaan over het hebben van een ernstige ziekte, bang zijn dat je dramatische fouten maakt, dat je iemand wat aan doet, over seks of over goddienst. De dwang kan zo hevig zijn, dat je niet meer normaal kunt functioneren.
Vermijdingsgedrag
Om angsten zoveel mogelijk uit de weg gaan, moet je dwangmatige handelingen (compulsies) uitvoeren. Dit is een typisch kenmerk van dwang. Veel negatieve gevolgen van een dwangstoornis hebben te maken met vermijdingsgedrag. De rituelen die je uitvoert, vragen veel tijd, soms bijna al je tijd en dit kost energie. Je kunt zo druk bezig zijn met bijvoorbeeld smetvrees dat je niet meer kunt genieten van het leven. Vermijdingsgedrag houdt je angst in stand. Elke keer als je het ritueel uitvoert, geef je jezelf de boodschap dat je angst terecht is. Hierdoor ontneem je jezelf de kans de situatie op een andere wijze te zien en te ontdekken dat het niet zo angstig is als je denkt.
Kern van dwangstoornis
Vermijdingsgedrag is de kern van een dwangstoornis. Je ontloopt de angst zoveel mogelijk omdat je het niet wilt ondergaan. Je wilt de angst koste van het kost vermijden. Om het te vermijden kunnen er obsessieve gedachten of rituelen ontstaan, waarbij je de situatie of plek waarvan je angstig wordt zoveel mogelijk vermijdt. Door de dwang verdwijnt de angst, maar het leven met dwang is ook niet fijn. Mensen kunnen zo met hun dwang bezig zijn, dat het ten koste gaat van bijvoorbeeld je relatie, werk, kinderen en andere sociale contacten.
Het gevolg
Iemand die lijdt aan vermijdingsgedrag en compulsies gaat meestal steeds een stapje verder. Bijvoorbeeld bij smetvrees. Iemand begint extra schoon te maken omdat hij iets vies vindt en wast zijn handen twintig keer per dag. Het kan zo ver gaan dat je op een gegeven moment minstens vijftig keer per dag je handen moet wassen. Andere gevolgen kunnen zijn:
- Handen wassen met chloor omdat het beter ontsmet
- Meerdere malen per dag schone kleren aantrekken
- Niet meer buiten de deur eten omdat het onhygiënisch is
- Dagelijks het hele huis schoonmaken
- Geen schoenen dragen in huis, dat geldt voor iedereen, ook voor bezoek
De schoonmaakdwang kan in geleidelijke stappen steeds meer tot dwanggedachten leiden. Op een gegeven moment staat je hele leven in het teken van de dwang en heb je er een dagtaak aan om besmetting te voorkomen. Niet alleen jij hebt er last van, maar ook je partner, kinderen en andere mensen uit je directe omgeving.
Je dwang blijft bestaan
Wanneer iemand bijvoorbeeld bang is om een ander wat aan te doen, zal hij scherpe voorwerpen uit de weg willen gaan. De angst om iemand wat aan te doen overheerst alles. Door scherpe voorwerpen te vermijden, wordt het vermijdingsgedrag in stand gehouden. De persoon wil het zichzelf onmogelijk maken om iemand geweld aan te doen. In werkelijkheid is de kans dat iemand zoiets doet niet zo groot. Door dit gedrag te handhaven, blijft de dwang bestaan.
Korte-termijngedrag
Veel mensen die lijden aan een dwangstoornis zien wel in dat ze een hoge prijs betalen voor het vermijdingsgedrag. Ze beseffen niet altijd dat door het vermijdingsgedrag de dwang in stand wordt gehouden en dus de angst. Je hebt jezelf iets aangeleerd, maar je moet het juist afleren. Door dwang in stand te houden maak je elke keer weer opnieuw een koppeling tussen de angst en het voorwerp of situatie. Omdat je de angst steeds uit de weg gaat, maak je het in je gedachten steeds rampzaliger. Als je jezelf telkens zegt dat je met messen niet te vertrouwen bent, ga je hier uiteindelijk zelf in geloven. Het beeld dat je hebt, heeft weinig te maken met de werkelijkheid.
Behandeling
Het belangrijkste is dat het vermijdingsgedrag doorbroken moet worden, zodat je het probleem bij de kern aanpakt. Het blijven ontlopen van angst zal je in de grijp blijven houden en zal je leven blijven beheersen. Alleen door de angst aan te gaan, zul je het kunnen overwinnen. Dit is erg moeilijk en daarbij is professionele hulp vaak noodzakelijk. Mocht je last hebben van een dwangstoornis, schaam je niet en raadpleeg een huisarts.
Lees verder